waarin de gevolgen van de wegaanleg voor het milieu in zeer ruime zin worden aangege ven. Zowel de plannota als het milieu-effectrapport kennen een uitgebreide inspraakpro cedure. Wanneer de plannota en het milieu-effectrapport de advies- en in spraakprocedu- res ongeschonden hebben doorlopen, stelt de minister van verkeer en waterstaat het tracé vast. De aanleg kan dan nog niet beginnen. Eerst moet de aanleg van de weg in het be stemmingsplan worden geregeld en moeten er uiteraard nog de nodige gronden worden aangekocht. De procedures zijn in hun geheel zo ingewikkeld en omvangrijk, dat er tus sen het begin van de plannota en de feitelijke aanleg vaak een periode van tien jaar ligt. figuur 1Veranderingen in de verkeersintensieteiten na openstelling van de weg over de Oosterscheldekering, Voor de dammenweg op Walcheren werkt Rijkswaterstaat op het ogenblik aan de plannota en het milieu-effectrapport. Zoals reeds eerder vermeld, is de aanleg van de weg niet voor het jaar 2000 gepland. Theoretisch gezien zou de bouw wel eerder mogelijk zijn. De prioriteiten van het rijk liggen wat de aanleg en verbetering van wegen betreft echter niet in Zeeland, maar in de randstad. Na de openstelling van de weg over de Oosterscheldekering eind 1987 is de dammen weg als verbinding tussen de A15 bij Brielle en de A58 bij Middelburg feitelijk al tot 1 12

Tijdschriftenbank Zeeland

Walacria | 1990 | | pagina 114