Gymnasiast
in ons bezit dienden te hebben. Dat Gouden Boek moet er nog zijn. want bij het 600-jarig
bestaan van de school heb ik nog even weemoedig naar nrn kinderhandje staan kijken,
evenals naar de bijbehorende lijst rapportcijfers. We waren met z'n dertienen geslaagd.
Daarvan hebben er bij mijn weten zes zonder doubleren het eindexamen gehaald.
Nauwelijks was ik thuis door vader en moeder gefeliciteerd of er meldde zich al een
leerling uit de derde klas, die me achterna gefietst was, nu keurig mijn ouders feliciteerde
en een pakje boeken te koop aanbood tegen halve prijs, leerboeken, die hij niet meer no
dig had. Dit soort handel was nieuw voor ons, maar vader zag geen reden om er niet op in
te gaan; ze stonden op de lijst, dus wat kon er gebeuren. Ik bladerde wat in de nieuwe aan
winsten. o.a. een dik boek van dr. Ritzema Bos over Natuurlijke Historie en een Frans
leerboek dat Gallia heette en ik besefte dat mijn boekenkast nu gauw een totaal ander aan
zien zou krijgen.
Die boekenkast bestond uit twee of drie op z'n kant gezette groentekistjes, door moe
der bekleed met landhuisstof. Daarin stond nog al wat van Jules Verne - toen beschouwd
als leuke fantasterij, maar nu erkend als science fiction, die nog tijdens mijn leven veel
van zijn fiction verloor en science werd - Karl May met Winnetou en Old Shatterhand. de
Lederkous-boeken van Fennimore Cooper, veel werk van Penning over de Transvaalse
oorlog (Blikoortje, De Held van Spionkop, De Mannen van Cristiaan de Wet en dergelij
ke titels), plus nog het een en ander van Kieviet, de Vletter en een mooie Brehm in een
deel met prachtige platen van wilde dieren en vogels.
Het liefst zou ik meteen naar D'huy in de Badhuisstraat of de Vey Mestdagh op het
Bellamypark zijn gegaan om de rest van m'n boeken te bestellen, maar de winkels waren
dicht en van vader moest ik ze halen bij Landsman in de St. Jacobstraat. Landsman was
echter een slome duikelaar, ondanks de lof die Peskens hem in zijn boeken toezwaait.
Toen ik er de volgende dag binnenliep, beloofde hij de boeken binnen twee weken te be
zorgen, maar ik heb er bijna twee maanden op moeten wachten, terwijl ik me er zo op ver
heugd had ze al in de vakantie te kunnen doornemen!
Ik was dus gymnasiast, al wist ik nauwelijks wat dat betekende. Vader had dit zo be
slist en er was geen haar op m'n hoofd, dat er aan dacht die beslissing in twijfel te trekken.
Als hij me gezegd had, dat ik naar de HBS moest, had ik dat ook gedaan. Discussies over
dat soort zaken werden er tussen ouders en kinderen destijds niet gevoerd. Hij wilde dat
ik later een universitaire studie zou volgen en de vooropleiding die tot dit doel de beste
kansen bood was het gymnasium; daar kon je dan in de 5de nog altijd kiezen of je de li
teraire kant op wilde of de exacte. De gamma-sector lag nog ver achter de horizon en
werd ook niet gemist. Stutterheim zou haar verschijnen ook niet hebben overleefd. Hij
sprak te graag over "baaarlijke nonsens". Vader hoopte, geloof ik. nog een beetje dat ik
voor B zou kiezen: ik wist zeker dat het A zou zijn. maar dat hoefde ik hem toen nog niet
te zeggen.
Het pak dat Landsman eindelijk bezorgde, bracht het eerste Latijn in huis. Een dikke,
tweedelige grammatica van Rogge en Koster, met bijbehorend themaboek, een Neder
landse grammatica van Acket, een bloemlezing uit de Nederlandse poëzie van een zekere
Van den Bos en een dito boek uit het Nederlandse proza van een man die niet voor zijn
werk durfde uitkomen en zich verschool achter de naam Dr.B. (de Anaiecta van Dr.B.),
27