verbijstering en niemand was voorbereid op de plotselinge vraag: noem eens een paar be kende gebouwen in Parijs. Alleen Pimmetje de Jong bleek nog bij zinnen te zijn, want in de stilte van de klas klonken de historische woorden: "de kathedraal van Reims, juf frouw". Terwijl Renkema geruisloos de weg naar de deur zocht, stond Cler trillend voor het raam met haar rug naar de klas. Arend Winters' "rund!" vatte de toestand aardig sa men. Het trio voor de moderne talen werd gecompleteerd door de heer Petermeier, alias De Mof, die er de wind behoorlijk onder had, maar daarvan zo overtuigd was, dat hij de stroom van ongerechtigheden, die onder zijn ogen doortrok, niet opmerkte. Als hij de klas binnen kwam, maakte hij aan alle geschuifel een einde door met dreigende stem te roepen "het is hier geen paardenstal" en je dacht inderdaad na als hij je een zin voorlegde, die volgens hem "vol voetangels, klemmen en automatische schietgeweren zat", maar dat soort teksten werden al gauw routine en maakten geen indruk meer. In de stilte van de klas, alleen onderbroken door zijn stem en die van een ondervraagde leerling, speelden Aert en ik een spelletje schaak met een zakboekje, prepareerden het volgende uurtje Grieks of schreven parodieën op de door hem zo aangeprezen gedichten als 'Das Lied von derGlocke', 'Die Kraniche des Ibikus', 'die Handschuh' e.d. Alleen van de Erlkönig herinner ik me nog een paar regels: Wie rijdt er 's nachts door 't hondeweer? 't Is 't zoontje met zijn ouwe heer. Hij houdt het knaapje warm omvat Z' n interlockje wordt al nat. "Mijn zoon wat bibber je toch met je lijf!" "Ik zie in de verte een walgelijk wijf." "Ach jongen, schei uit, doe niet zo raar Je ziet toch het is juffrouw Mulder maar..." enz. Het was de tijd dat de jazz-muziek zich van de jeugd meester maakte met Duke El lington en Louis Armstrong, dat de big bands je lieten meedeinen op hun swing, dat Bing Crosby 'croonde', de Ufa met z'n schlagers kwam en we dansten op de muziek van Henry Hall, Roy Fox, Bert Ambrose en vele anderen. De teksten van hun songs schreven we op van de radio en we wisselden ze op school uit en noteerden ze in onze agenda's of in apar te schriften. De Mofkreegeen keer mijn agenda te pakken 'Ich kiisse IhreHand. Madam', 'Parlez- moi d'Amour', Je chante, Always, Music, maestro, please, het geheel geïllustreerd met foto's van filmsterren, zangers, cabaretiers, geknipt uit radiobladen, het Amusantje. de Lach en de beruchte badnummers van Het Leven, absoluut verboden lectuur in elk fat soenlijk huisgezin. Een paar 'hochbrüstige Deutsche Edelweiber von ur-arischem Wuchs' completeerden de lay-out. Die meiden boden zich aan om in de stoeterijen van de S.S. 'Edelgermanen' voor de legers van de Führer te produceren. De toen nog rose H.P. verza melde deze annonces onder de kop 'Uit de dierenwereld' en hoefde na de inval van de Duitsers niet meer te verschijnen. Ik zie de Mof nog staan achter zijn tafel, de agenda tus sen duim en wijsvinger alsof hij besmet was door de vliegende tering en de walgelijkste pornografie. Een seconde later lag het boekje in de hoek van het lokaal: hij was zo kwaad, dat hij na de les vergat het mee te nemen. Maar 'Schwere Wörter' hebben we bij hem wel 42

Tijdschriftenbank Zeeland

Walacria | 1990 | | pagina 44