Nieuw leven voor oude synagogen
tonen dat hier twee deuren waren. De rechterdeur leidde naar de begane grond, de linker
deur naar de vrouwengalerij. In de muur kan men nog zien waar de trap gezeten heeft en
duidelijk is zichtbaar op welke hoogte de galerij zich bevond. Ook de steunen voor de pi
laren waarop de galerij rustte zijn nog te zien. Tijdens officiële gebedsdiensten zijn man
nen en vrouwen strikt gescheiden. Vandaar de vrouwengalerij.
Van het interieur is niets meer overgebleven. De biema, de verhoging waarop de To-
rahlezing plaats vond, is verdwenen. Ook het fraaie houtsnijwerk en het meubilair.
De oppervlakte is nog geen honderd vierkante meter. Het was een van de kleinste sy
nagogen van ons land. Waar eens de biema, symbool van de berg Sinai, stond, groeit nu
een boom en bij de conservatie van de restanten van de synagoge heeft men het in plavei
sel een Magen David, ster van David, aangebracht. Ook aan de achterkant bevond zich
een deur waarvan de opening nog te zien is. Met een stalen hek is de synagoge aan de ach
terkant afgesloten, om vandalisme te voorkomen. Staande in of bij de synagoge realiseert
men zich dat hier eeuwenlang een kleine joodse enclave bestond tussen de tuinen en stra
ten van de Middelburgse binnenstad. Nog altijd gaat van dit plekje een zekere rust en in
timiteit uit. Een plekje dat, zoals onlangs een rabbijn zei, geheiligd is door de vele gebe
den die hier dagelijks werden gezegd. Van 1705 af. Totdat de synagoge in de oorlog een
pakhuis werd.
Na de oorlog waren vele synagogen in ons land leeggeroofd, verlaten en na verloop
van enkele jaren, door leegstand geruïneerd. Niet alleen in Middelburg, ook in Amster
dam, Den Haag en in vele andere steden waar vroeger een rijk joods leven had gebloeid.
Vele synagogen kregen andere bestemmingen. In de Groningse synagoge werd een was
serij gevestigd en de prachtige Portugese synagoge van Den Haag kwam in handen van
een projectontwikkelaar. Een aantal synagogen veranderde in een kerk en de Asjkenazi-
sche synagoge van Den Haag werd een moskee.
Toen Ir. J. van Agt, architect in dienst van Monumentenzorg, in 1972 in Spiegel His-
toriael een artikel schreef over Nederlandse synagogen, kwam hij tot de conclusie dat
veel belangrijk cultuurgoed verloren dreigde te gaan. Het complex van de vier Asjkena-
zische synagogen te Amsterdam was bijna een ruïne en ook van de Middelburgse syna
goge stonden nog slechts de muren overeind.
Sindsdien is er veel ten goede veranderd. De Groningse synagoge werd een cultureel
centrum waarin in het midden een synagoge gevestigd is. De Portugese synagoge van
Den Haag werd gekocht door het Verbond van Liberaal-Religieuze Joden en weer als sy
nagoge ingewijd. De Amsterdamse synagogen zouden het Joods Historisch Museum
gaan huisvesten en andere synagogen, zoals in Kampen en in Schoonhoven, werden mu
seum.
Bij alle restauraties van synagogen is sprake geweest van een brede belangstelling en
steun vanuit alle lagen van de bevolking. In een aantal gevallen kon een gerestaureerde
synagoge, naast een algemeen belang, ook een specifiek joods belang dienen. Een goed
voorbeeld hiervan is de synagoge van Zwolle die na restauratie behalve als synagoge ook
dienst doet als onderkomen voor de Stichting Judaica Zwolle. Deze stichting organiseert
in de synagoge leerhuis-activiteiten. Joden en christenen bestuderen gezamenlijk de jood
se traditie.
14