De carillons op Walcheren ziek bekroond. Het laatste was enkele jaren geleden een verplieht nummer bi j een door de Nederlandse klokkenspelvereniging uitgeschreven beiaardwedstrijd in Middelburg. Een ander verplicht stuk was toen "Vogels boven de stad" van Daan Manneke, een prachtig muziekstuk in moderne stijl. Het laat zich begrijpen dat beiaardier zijn zoals mij is te beurt gevallen, een afwisse lend beroep is waar je veel plezier aan kan beleven. Middelburg, de abdijtoren Als je je verdiept in de geschiedenis van torens en beiaarden blijkt het dat vele in het verleden als fakkels hebben gebrand. Dat is ook het geval met de Middelburgse abdijto ren, in de volksmond "Lange Jan" geheten. De laatste keer dat hij brandde was in mei 1940, toen de oprukkende Duitsers het hart van de stad verwoestten. Daarmee verloor Ne derland zijn enige Noorden en De Grave-beiaard. Van het carillon bleef slechts één klok heel, de grootste, gegoten in 1715, na de grote voorlaatste brand. De Nederlandse Orgel- en Klokkenraad. met aan het hoofd Ferdinand Timmermans, ontwierp een nieuw carillon, met als basis die ene, nog bruikbare klok, een g, die de bes voor het pedaal van de speeltafel werd. De firma Van Bergen uit Heiligerlee kreeg op dracht er nog 48 klokken bij te gieten. In 1950 was men daarmee klaar. Maar het werd pas 1955 voor de klokken geplaatst konden worden, omdat de herbouw van de toren nog niet gereed was. Het is daarmee Zeelands grootste klokkenspel geworden. De stadsbeiaardier was toen Th.C. Ferwerda. Op 11 juni 1955 gaf hij de eerste bespeling. In 1964 werd hij opgevolgd door P.H. Broerse en toen deze in 1979 om gezondheidsredenen moest bedan ken, werd hij opgevolgd door de tegenwoordige stadsbeiaardier van Middelburg. H.G. van Putten. Een bekende Middelburgse stadsbeiaardier. tenslotte, was de in 1926 gestorven Jan Morks, tevens een bekend componist. Hij schreef onder andere de kleppermars (Marcia Castagnole) en zette het Zeeuwse volkslied op muziek. Op hoge. forse torens horen zware klokkenspelen. Die van de Lange Jan is ook zwaar, in mijn tijd eigenlijk te zwaar om gemakkelijk bespeeld te kunnen worden. Dat betekende vooral in de zomer zweten, wat zeg ik? Afbeulen! Door verbeteringen aan het klavier en het pedaal, alsmede door het aanbrengen van compensatieveren, kortom door modernise ring van de tractuur. is het spelen op de Lange Jan gelukkig heel wat lichter geworden. Zo'n zwaar klokkenspel vertegenwoordigt met elkaar een heel gewicht. De grootste klok van de Lange Jan weegt circa 6150 kg en laat de toon g horen. Dan volgen de a en de b klokken en dat zijn ook zware jongens. Tezamen fungeren ze ook als luidklokken en wanneer zo'n trio aan het zwaaien gaat, zou bijvoorbeeld een rank torentje als dat van het Veerse stadhuis het met zulke klokken niet overleven. Ter vergelijking, het hele klokken spel in Veere. compleet met 48 klokken, weegt maar tussen de 3500 en 4000 kg! De voor naamste factoren, bepalend voor het gewicht van een klokkenspel zijn de omvang en de stabiliteit van de toren en het te besteden bedrag. Tenslotte, lichte carillons zoals die in Veere klinken helder, ijl: de zware zoals op de Lange Jan klinken sonoor, vol. Op de grootste, door de firma Van Bergen in Heiligerlee gegoten klok staat het rand schrift: "17 mei 1940 tot zwijgen gebracht, verhef ik in 1953 mijn stem met kracht". 89

Tijdschriftenbank Zeeland

Walacria | 1992 | | pagina 91