De 'Middelburgse Sfeer' bewezen?
Een persoonlijk commentaar.
(De reconstructie van een verwoeste stad)
G.B. Schoenmakers
Uit afbeeldingen van Middelburg vóór de Tweede Wereldoorlog is af te lezen hoe rijk en
gaaf bewaard deze stad er uit zag. Bijna onwezenlijk en als een vlucht terug in de tijd met
zeker honderd jaar. Wat jammer dat door het bombardement van 17 mei 1940 ons de kans
is ontnomen dat alles te restaureren en zo te behouden voor de volgende generaties! Hier
echter bedriegen wij onszelf, want de geschetste idylle werd door de tijdgenoot met nuan
ces beschouwd.
Het vooroorlogse Middelburg had een schitterend kleinschalig stratenpatroon. Zo overge
leverd uit de middeleeuwen; dus volledig ongeschikt voor moderne verkeersontwikke-
ling. En hoewel Middelburg zeker toen niet behoorde tot gemeenten met een dynamische
ontwikkeling, was ook desondanks de toegankelijkheid van de binnenstad een in intensi
teit toenemend probleem. Vooral luchtfoto's uit die tijd laten zien via welke flessenhalzen
de Markt te bereiken was en hoe toenemend verkeer van een naar Domburg en Vlissingen
nauwelijks kon doorstromen. Daarbij kwam dat het bedrijfsleven steeds meer behoefte
kreeg aan bedrijfsmodernisering doch daarin werd belemmerd door de geringe omvang
van de kavels. Dezelfde benauwdheid deed zich ook voor in de volkshuisvesting. Kortom.
Middelburg groeide naar een stadium waarin doorbraak - en kaalslagplannen een reële
kans van slagen kregen, analoog aan doorbraak - en kaalslagplannen zoals wij die kennen
uit andere steden.
Het bombardement van 17 mei 1940 kwam natuurlijk ongevraagd en wekt tot op heden de
woede van de tijdgenoten die getuigen moesten zijn. Maar vanuit stedebouwkundig oog
punt bezien ontstond de mogelijkheid een aantal knelpunten terzake van verkeer, bedrijfs
modernisering en volkshuisvesting op te lossen.
Deze aan de praktijk van alle dag ontleende verlangens gingen hand in hand met de emotie
de verwoeste monumenten in oude luister te restaureren. Zo werd de wederopbouw van de
stad een poging tot harmoniëring van beide elementen. De restauratie van het Stadhuis en
de Abdij stonden daarin centraal; enerzijds als monumenten als zodanig, anderzijds als
objecten die, sterker dan vóór de oorlog het geval was, moest domineren in de stedelijke
zichtlijnen.
Wat uiteindelijk werd gerealiseerd kunnen we tot op heden constateren. Ten gevolge van
het bombardement gingen ongeveer vijfhonderd panden verloren. Daarvoor in de plaats
kwam nagenoeg de helft terug. De straatprofielen werden veel ruimer ontworpen ten dien
ste van het verkeer. En ten dienste van de volkshuisvesting werden terreinen bestemd bui
ten de vesten; momenteel bekend als 't Zand, Griffioen en Stromenwijk. Als industrie
terrein verscheen Arnestein op de kaart.
De nieuwe Lange Delft werd zó verlegd dat, lopend in de richting van de Markt, het
Stadhuis niet frontaal maar overhoeks zou worden waargenomen. Dit vanwege de
45