Oudtijds hadden ze betekenis voor de handel: pottenmarkt, botermarkt, vismarkt, graan markt, varkensmarkt, kalvermarkt, groenmarkt. In feite behoort de Balans, waar tot in de 19de eeuw de waag stond, ook thuis in dit rijtje. Sommige hadden een kenmerkende clas sicistische outfit gekregen. De Vismarkt is er het beste afgekomen als ruimte met een eigen bestemming. De Botermarkt (de vroegere Koopmansbeurs) is na de brand uit het gezichtsveld verdwenen omdat de plannenmakers er geen functie voor in petto hadden. Pottenmarkt en Varkensmarkt zijn vóór alles doorgangen voor het verkeer geworden, of liever, dat zijn ze gebleven, want ook vóór de brand waren ze dat al. Schoenmakers heeft met zijn opmerking vooral de nieuw gecreëerde pleintjes op het oog: Plein 1940 en Bodenplein, de voor de bezoeker van de stad meer direct zichtbare pendanten van de hier voor genoemde twee. Zusterplein en Walplein. Ze dienen alleen het parkeerbelang. Het onvoltooid blijven van het hier (en in de Koorkerkstraat) geplande beeld kan men de ont werpers niet aanrekenen. Schaalvergroting en toeneming van de parkeerbehoefte maken 'voltooiing', nu nog, tot intieme stedelijke ruimte tamelijk illusoir. Tot de nieuwe rommeligheid in de tussenzone tussen de Abdij en de ringstraten draagt ook bij het door Schoenmakers gereleveerde 'Vaticaan'. Ik denk dat hier een stil voor pleintje beoogd is als introductie op de rooms-katholieke kerk. Het is niet verwezenlijkt, wat een kwestie is van architectuur gecombineerd met stedebouw. Het is billijk hier naar voren te brengen, dat in de restauratie-fase die op de herbouw volgde, nieuwe intieme ruimten zijn ontsloten voor het publiek. Ik denk aan het met creativiteit tot leven brengen van het 'gangenstelsel' in de Kuiperspoort, op de achterterreinen van de Spanjaardstraat en de Bellinkstraat, in de Suikerpoort en elders. Een niet te onderschatten winstpunt is dat daar zicht op mooie achtergevels wordt geboden. De beleving van de straat is dubbelzijdig geworden, er is een hoeveelheid verborgen stadsschoon toegankelijk gemaakt. Een minder gelukkige hand heeft men na de bevrijding gehad bij de voortzetting van het 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Walacria | 1994 | | pagina 21