Een kruidentuin in de Abdij
In 1574 kwam de Abdij in handen van Willem van Oranje. Een nieuwe tijd
brak aan. De kanunniken moesten het pand verlaten en weken uit naar zui
delijker streken. Het gebouw herbergde nu geen geestelijke instelling meer,
maar ging dienen als zetel van bestuur voor de Staten van Zeeland. Ook
voor het Pandhof betekende dit een drastische verandering. Het werd Munt
plein, zo genoemd naar de Provinciale Munt die zijn werkplaats in de noor
delijke arm van de Abdij vestigde. Tot 1798, het jaar waarin de muntslag
werd gesloopt, stond het geheel in het teken van het muntbedrijf.
Door een uitbouw tegen de westelijke arm van de kloostergang werd het
uiterlijk van de oorspronkelijke hof nog verder gewijzigd: een bestrating
van ijsselsteentjes en een stenen waterpomp completeerden de gedaante
verwisseling. De pomp was aanvankelijk bestemd voor het vlakbij gelegen
Abdijplein, de toenmalige Nederhof. maar werd uiteindelijk geplaatst op
het Muntplein. Op de pomp staat aan de ene kant het jaartal 1771 en aan de
andere kant het wapen van Zeeland.
De vraag is hoe het Muntplein er uitgezien zou kunnen hebben in de tijd dat
het nog Pandhof heette en door de Norbertijnen werd betreden. Daar dit niet
in het schaarse archiefmateriaal van de Abdij te vinden is, hebben we
getracht met behulp van gegevens van vergelijkbare kloosters een recon
structie te maken.
53