Verrassingen V" -** V <3"- <'<4. stand. Het was destijds vooral de Wol- phaartsdijkse schoolmeester/vogelfoto graaf Pieters die daar veel vogelwaarne mingen verrichtte. Ongeacht de tijd van het jaar is de Heerenpolder bijzonder vogelrijk. In de lente zijn het vooral de baltsende kluten en de vele broedende weidevogels die de aandacht trekken. Op het water bouwt de fuut zijn drijvende nest en in de riet kragen wemelt het van de altijd-bezige karekietjes. Een bijzondere broedvogel van de rietkragen is de baardmees, die tussen het riet het gemakkelijkst op te sporen is aan de hand van zijn metaalach tige geluid (belletjes). Als de bruine kiekendief, die ook in de rietkragen broedt, arriveert, raakt alles in rep en roer. Fel wordthij dan aangevallen Kolganzen Heerenpolder door kieviten, grutto's en tureluurs, die bezorgd zijn voor hun legsel of jongen. Het schuchtere waterhoentje zoekt meestal ijlings dekking in het riet en de watervlügge dodaarsjes duiken graag melodieus roepende groenpootruitel Van de vele andere vogels die in hei gebied tijdelijk te gast zijn, zijn nog dj vermelding waard bosruiter, regenwulp! en niet te vergeten - de vele honderden boerenzwaluwen, die tijdens hun treil naar het zuiden in de rietvelden huil slaapplaats zoeken. In de winter heeft het gebied weer heejj! andere charmes. Grote troepen smier ten en kolganzen fourageren op de grasi landen. In wat kleinere aantallen zijn ooi vrijwel steeds wintertalingen, kuifeer den, tafeleenden en dodaarzen in hd gebied te vinden. Daarnaast leveren c winterse bezoeken vaak onverwach verrassingen op. Nu eens waagt d schuwe roerdomp zich buiten het rie dan weer geeft het zeldzame nonnet acte de présence. De laatste jaren lope er ook wel eens troepjes kemphanen, d de Hollandse winters trotseren. Vaa blijven deze troepjes hangen tot ver i mei, wanneer de mannetjes al druk bezi zijn met hun befaamde spiegelgevech ten. Nu en dan blijven zelfs enkel vrouwtjes achter om in het gebied t broeden. De Weel in de Heerenpolder ill i streert eigenlijk uitstekend waarin eerj klein reservaat groot kan zijn. Zeekraal S Smient onder om ergens tussen de waterplanten vrijwel onzichtbaar weer boven te ko men. Misschien wel het mooist is het gebied in de tijd dat de weidevogels jongen heb ben. Vanaf de aangrenzende wegen - vooral vanuit de auto - kan men rustig bekijken hoe de koddige jonge kievitjes naast al de even kleine gruttootjes, ture- luurtjes en kluutjes in de ondiepe plassen proberen hun kostje op te scharrelen. Wie maar één stap buiten de auto zet, krijgt het direct aan de stok met hun luidkeels protesterende ouders. Als de jonge weidevogels kunnen vliegen, houden de vogels zich opvallend rustig. Voor de vogelaar lijkt het een wat saaie tijd, maar... ook hier geldt: schijn bedriegt. Want al vanaf juli melden zich de trekvogels uit het hoge noorden, zoals de onopvallende goudplevier en de Tureluuh

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1985 | | pagina 10