orte berichten en
ededelingen
Harm Venekamp
Ervoer gevaarlijke stoffen over
eeuwse vaarwegen
17
eer een nieuw gezicht bij de federatie, Marnix de Vriend
irdinator van het Deltaoverleg geworden en volgt als
ig Theo van Kuyck op. Marnix is erkend gewetens-
'zSjaarde en hoopt daarmee zijn funktie als koördinator 18
jjden in Goes te vervullen. Marnix is (binnenkort afge-
ïdeerd) bioloog. Het Deltaoverleg is een bundeling van
Mculiere en (waarnemend) overheidsnatuurbescher-
Hsinstanties in het Deltagebied als geheel.
Al enige tijd zijn we op zoek naar een nieuwe penningmeester.
Jan Karman heeft zich helaas terug moeten trekken. Ieder die
interesse heeft en verstand heeft van verenigingsfinanciën
wordt verzocht kontakt op te nemen met Jan de Vries, koör
dinator, tel. 01100-28259.
Nog steeds is het streven van Rijkswaterstaat erop gericht de
pijlerdam in de Oosterschelde voor het stormseizoen '86-'87
bedrijfsklaar te hebben. Hij is dan nog niet af en de Ooster-
scheldewerken zijn dat als geheel -kompartimenterings-
dammen! - zeker nog niet. Maar de schuiven kunnen, als de
nood aan de man komt, omlaag.
Wanneer is de nood aan de man? Daarover zijn al heel wat
Een rubriek waarin politici hun mening
geven over een aspekt van het milieuge-
beuren.
■mei 1982 zag een interdepartemen-
Sjvapport het licht over de risiko's van
evaarlijke stoffen over de grote Ne-
erlandse vaarwegen en de mogelijkhe-
en van hulpverlening bij rampen.
Met betrekking tot Zeeland luidde de
ate vaststelling, dat de bestaande
B>verleningsdiensten van de overhe-
en niet in staat werden geacht om met
m toen ten dienste staande materieel
■tere branden en milieu-ongelukken
5 Bestrijden. In dat zelfde rapport wer
en een aantal suggesties gedaan op het
iflied van preventie en hulpverlening
ie bij uitvoering tot grote verbetering
■den kunnen leiden.
Wat is er, nu drie jaren later, veran-
,e|d in de toen geschetste situatie? Veel
wveinig.
weel in die zin, dat het vervoer van
[aarlijke stoffen over Westerschelde,
isterschelde, Kanaal door Zuid-Beve-
p en Schelde-Rijnkanaal nog is toege
nomen en daarmee ook het aantal stran
dingen en aanvaringen met kans op ern
stige gevolgen voor mens en milieu.
Weinig, omdat van al die prachtige
aanbevelingen uit het rapport nog bit
ter weinig is terechtgekomen in de prak
tijk. Ik kan dat het best duidelijk maken
aan de hand van de situatie op het Schel
de-Rijnkanaal.
In de periode 9 januari t/m 13 maart
1985 vonden op het kanaal in elk geval
25 strandingen en aanvaringen plaats.
Dat is bijna evenveel als het aantal gere
gistreerde ongevallen op dit kanaal in het
hele jaar, waar het rapport zich op ba
seerde. Gebleken is, dat de registratie
van ongevallen niet sluitend is, waardoor
tot nu toe onvoldoende wordt ingezien,
hoeveel risiko's de scheepvaart hier met
zich mee brengt.
Niet alleen is het aantal scheepvaart
bewegingen er in de laatste jaren toege
nomen, maar vooral het aantal ladingen
met milieuschadelijke stoffen: het
Schelde-Rijnkanaal is een belangrijke
schakel tussen de chemiekomplexen
langs Schelde, Westerschelde, bij Rot
terdam en in het Duitse achterland.
Op welke wijze kunnen de risiko's, die
nu eenmaal horen bij het vervoer van
gevaarlijke stoffen, voor alle betrokke
nen zo klein mogelijk worden gehou
den?
De noodzakelijke maatregelen zijn te
splitsen in preventieve en hulpverle
nende.
Preventieve maatregelen:
-het instellen van een vaarverbod bij
slecht zicht,
-een betere bebakening op bepaalde
punten, zoals het kruispunt Tholense
gat - Schelde-Rijnkanaal en in de nabije
toekomst het Brabants vaarwater; bij
sluiting van de Oesterdam zal een deel
van de huidige problemen zich verleg
gen naar het Oosterscheldegebied wes
telijk van Tholen,
-het komen tot de verplichting van een
minimaal motorvermogen voor duw
boten op de Zeeuwse wateren,
-een betere kontrole op het niet over
schrijden van de maximaal toegestane
lading.
Hulpverlenende maatregelen:
-een markering, analoog aan het weg
verkeer, op schepen met gevaarlijke
lading,
-een hulpverleningsvaartuig, c.q. blus
boot op een centraal punt aan het
Schelde-Rijnkanaal, bijv. in de vlucht-
haven bij Tholen,
-goede afspraken tussen de gemeenten
voor onderlinge hulp bij kalamiteiten,
mede, op basis van goedgekeurde ram
penplannen.
Dit alles kan alleen bereikt worden,
wanneer de aan het Schelde-Rijnkanaal
grenzende gemeenten en de provincies
Noord-Brabant en Zeeland gezamenlijk
druk uitoefenen op het Rijk. Het wordt
de hoogste tijd, dat dit gebeurt.
Harm Venekamp, statenlid PvdA