Geïntegreerde landbouw in Zeeland'
Hoofdtendens
Gevolgen voor Zeeland
Landinrichting
16
DOOR BERT VAN DE HOI j
Verder gaan op de huidige weg met de
Nederlandse landbouw kan niet meer.
Daarover zijn velen het eens. Deze weg
zal leiden tot nog meer overproduktie,
nog meer mestoverschotten, verdere
aantasting van bodemvruchtbaarheid
en grondwater, meer verzuring door
amoniak en verder verlies van werk
gelegenheid. Ook de landbouw zelf zal
hierdoor toenemende schade onder
vinden.
Minder eensgezind is men over de
vraag hoe deze problemen opgelost
moeten worden.
Het Ministerie van Landbouw heeft on
langs verscheidene korrigerende maat
regelen genomen om de huidige pro
blemen op te lossen of te verzachten.
Om de overproduktie van melk tegen te
gaan, is gekozen voor de superheffing.
Om overbemesting tegen te gaan, is een
groeiverbod voor varkens- en pluim
veehouderijen uitgegaan en zijn bemes
tingsnormen en verplicht mesttrans-
port op kosten van de veehouders ge
kozen. De arbeidsuitstoot wil men be
perken door aan kombinatiebanen mee
te betalen.
Het zijn korrekties die diep ingrijpen,
maar waarschijnlijk nog niet ver genoeg
gaan. Het laatste is in ieder geval de stel
ling van een onlangs verschenen rapport
van de Wetenschappelijke Raad voor
het Regeringsbeleid, de WRR. Onder
zoekers van de Leidse Universiteit (af
deling Milieubiologie) en van het Land
bouw Economisch Instituut proberen
daarin een nieuwe opzet voor de land
bouw uit te werken. Zij noemen het
geïntegreerde landbouw". Hun uit
gangsidee is, dat we niet langer landbouw
moeten bedrijven uitsluitend om voed
sel te produceren (en vervolgens allerlei
maatregelen moeten nemen om de bij-
effekten van zo'n eenzijdige doelstelling
in de hand te houden). Geïntegreerde
landbouw moet tegelijk een hele serie
doelstellingen realiseren. Zij noemen
onder andere: redelijke prijzen en kwa
liteit voor de konsument, werkgelegen
heid, redelijke inkomens en arbeidsom
standigheden voor de boer, minder
konkurrentievervalsing voor de Derde
Wereld, zinniger gebruik van energie en
grondstoffen en minder milieu-aantas
ting, bevordering van een gevarieerd(e)
natuur en landschap en van het dierlijk
welzijn.
Of zo'n geïntegreerde landbouw mo
gelijk is en hoe die er konkreet uitziet, is
nog even de vraag. Maar het idee er
achter is duidelijk. Men wil niet alleen de
kwalijke gevolgen van de huidige land
bouw bestrijden, maar de oorzaak aan
pakken. Zo'n poging alleen is al de
moeite waard.
Als de hoofdtendens in de afgelopen 30
jaar, wijzen de auteurs op het steeds
duurder worden van de arbeid en goed
koper worden van kunstmest en kracht
voer. Dat is de oorzaak van de alsmaar
doorgaande arbeidsuitstoot en de over
produktie van bijvoorbeeld melk en
mest.
De onderzoekers van de Leidse afde
ling Milieubiologie pleiten dan ook voor
hogere lasten op krachtvoer en kunst
mest. Het daardoor verkregen geld kan
gebruikt worden om de arbeid goedko
per te laten worden. Een dergelijke
maatregel dient verschillende doelen te
gelijk. De konsument krijgt betaalbare
en gezonde produkten en de boer ont
vangt een redelijk inkomen, zonder dat
er roofbouw gepleegd wordt op natuur
en milieu.
Onderzoekers van het Landbouw Eco
nomisch Instituut hebben berekend, dat
de intensieve veehouderij in ons land
sterk zal verminderen als kunstmest en
krachtvoer duurder worden. In Zeeland
is echter nauwelijks sprake van inten
sieve veehouderij. Wel belangrijk voor
onze provincie is, dat de aanvoer van
onder andere met cadmium vervuilde
mest uit andere delen van het land «De
terwege kan blijven (zie Wantij no. ra:
Verder zal door duurder krachtvoer j»
vraag naar vervangende voedergewf®
sen toenemen. Dit kan leiden tot ero<
verruiming van het Zeeuwse bouwplavn
Allerlei voor het milieu nadelige bod akir
ontsmettingsmiddelen en gewasbzijj
schermingsmiddelen behoeven dA
minder gebruikt te worden. Bovenc ivaj
zal er door de lagere kosten van arbe®
meer aandacht besteed kunnen woriom
aan milieuvriendelijkere manieren valt
plaag- en ziektebestrijding. bo
Daarnaast is er al jaren in ZeehrDt
sprake van een tendens tot ontmeni; iisir
van de bedrijven. Gemengde bedrij vtw
verdwijnen ten gunste van pure akkeor
bouwbedrijven of veehouderijen. De:
tendens kan met geïntegreerde lan-r
bouw totstaangebracht worden. De ve
houder kan dan immers goedkoper zeZ
zijn voer verbouwen. Deze ontmengirJ
wordt door de overheid nog steeds ges j
muleerd door landinrichtingsmaatreg]
len, die er voor zorgen dat in ZeeL.r
veel grasland wordt omgezet in akkert
Sinds 1879 is de oppervlakte grasland:
Zeeland gedaald van 26% tot 12%. Hi
verdwijnen van fourageergebieden vo(
wintervogels, broedgebieden voor we
devogels en typische Zeeuwse biotope
als drinkputten kan met geïntegreerd
landbouw eveneens tot staan gebrad
worden.
Al met al kan geïntegreerde landbo ul
een aanzienlijke milieuwinst betekenei
ten opzichte van de huidige situatie.
De opstellers van het rapport „Geïnti j
greerde landbouw" pleiten ook voor ee t
andere aanpak bij landïnrichtingsp uH
jekten. Traditioneel gaat het bij ruilve®
kavelingen om hektaregevechten. ZPr
veel hektare voor bosbouw, zoveel hel0*
tare voor natuurreservaten en de rert
optimaal landbouwkundig inrichter^
Een aanpak die leidt tot scheiding va®
funkties, in plaats van verweving vagi
funkties. Dit wordt nog versterkt docd*
de overheersende positie die de ambtfm
lijke diensten (Landinrichtingsdienst eg*
Staatsbosbeheer) hebben in Voorbereid
dingskommissies. Daarnaast geeft cm
overheid nauwelijks voorlichting e:sc
geen subsidie voor meer geïntegreerd®
benaderingen. Als voorbeeld hiervail
bekijken we het probleem ontwatering'