ISSE WIND RALEND DRINKWATER 17 oen voor de pijp en de helft van de infrastruktuurkosten en en bovendien nadrukkelijk dat de effekten van zoetwater voer op het milieu van Schouwen-Duiveland goed over- en moeten worden. et is een beslissing die toe te juichen valt. De bal ligt bij de vincie Zeeland en het Waterschap. Laten we hopen dat zij terugvallen op hun vroegere standpunt om alleen voor zoute Grevelingen te zijn als het rijk de pijp helemaal aalt. Dat kompromisstandpunt is een gepasseerd station. PZEM is koploper op het gebied van windenergie"Wim n, politiek verantwoordelijk voor het Zeeuwse energie- id, mei 1986. In één opzicht heeft hij gelijk. Bij proef ingen met experimentele typen windmolen staat de Mzijn mannetje, zie de PEP-molens op Neeltjejans en het gebied. Maar hoe zit het met toepassing van al beproefde lens die de PZEM kan stimuleren of zelf installeren? Het lerlandse Elektriciteitsverslag over 1985 vermeldt dat in land bij elkaar voor 500 Kilowatt (kw) aan windmolens is esteld. Dat is niet meer dan landprovincies zoals Overijssel jelderland en minder dan in andere kustprovincies zoals sland (700 kW), Noord-Holland (1200 kW) of Zuid- iland (1600 kW). Ondertussen heeft de PEN (Noord-Holland) besloten iminste 100 molens van 30-60 kW bij te plaatsen. In Fries- d wordt gedacht over een tweede windmolenpark naast het ste dat in aanbouw is. Bovendien subsidieert men in Fries- d partikuliere windmolenkollektieven. Vaar blijft Zeeland? PZEM-medewerker De Lienden, die PEP-molens onder zijn beheer heeft„Wij zijn toch wel wat rzichtig. Aan de PEP-proj ekten hebben we veel werk, maar kostenplaatje is nog niet goed. Iedere fabrikant wil nu dmolens plaatsen, maar daar hebben wij verder geen men voor. Volgens mij moet eerst de techniek onder de genomen worden". itussen heeft minister Van Aardenne 130 miljoen gulden sidie beschikbaar gesteld voor windenergieprojekten, rvan 30 miljoen voor technische ontwikkeling en 70 mil- i voor toepassing van al uitgeteste modellen. De laatste aan vragen door exploitanten zoals de PZEM. Zal Zeeland op inspelen? Meijer, griffie ambtenaar belast met energie- leid heeft daar geen enkele aanwijzing voor. De PZEM koploper? Misschien als het om molens voor de Igende eeuw gaat, zeker niet bij toepassing nu. Het is tijd >r een frisse wind door het provinciale energiebeleid. De feiten. aprilde kerncentrale in Tsjernobyl ontploft. Op 27 april eet Zweden verhoogde stralingsniveaus in de lucht, gevolgd or praktisch alle Europese landen. Dat blijft een aantal ken zo, enkele keren onderbroken door regenbuien die de cht tijdelijk schoonwassen. De radio-aktiviteit in de rivieren jgt ook, iets vertraagd in vergelijking met de lucht. Het eau in het Maaswater bereikt op zondag 4 mei een iximum, de Rijn op 7 mei. Bij Lobith meet men 13.000 querel per m3, bij één meting zelft 18.000 Becquerel. Bij niveau van 1000 Becquerel als jaargemiddelde gaan bij de terleidingbedrijven alle waarschuwingslichtjes branden, dat moment is niet goed bekend welke stoffen deze straling .-roorzaken. Het meeste zal wel jodium zijn (met een korte hjtlfwaardetijd van 8 dagen), maar er kan ook cesium en I rontium (met halfwaardetijden van ongeveer 30 jaar) tussen I tten. Wat doe je als je verantwoordelijk bent voor de kwaliteit van drinkwater dat uit Maas en Rijn afkomstig is, en je ziet kort voor het weekend van 4 mei het stralingsniveau stijgen? De beheerder van de Waterleidingmaatschappij Zuid-West Nederland, die water infiltreert in de duingebieden van Goeree en Schouwen, nam het zekere voor het onzekere en deed op 3 mei, 12 uur de kraan dicht. In dezelfde situatie sloot ook het Rotterdamse Waterleidingbedrijf de waterinlaat naar de Biesboschbekkens. Die inlaat blééf enkele weken dicht, ondanks de mening van het krisiscentrum op het milieu ministerie dat hier geen reden voor was. Liever geen dan enige radioaktiviteit vond men in de Maasstad. De WMZ echter deed op zondag 4 mei, 8.45 uur de kraan weer open, zodat in de 2 a 3 weken erna tussen de 200.000 en 500.000 kuub licht besmet water in de duinen is gepompt. 2. De meningen. Wat is er nu tussen 3 en 4 mei bij de WMZ gebeurd? Iedere betrokkene geeft een ander verhaal. Bassie, hoofd labora torium WMZ„Wij moesten een afweging maken tussen mogelijke schade aan de duinvegetatie door grondwater daling als we de inlaat stopten, en aan de andere kant de radio aktiviteit buiten houden. Daarbij was het zo dat het krisis centrum van VROM heel nadrukkelijk niet wilde dat we stopten, om paniek bij de bevolking te voorkomen. Met die aandrang van het krisiscentrum waren wij niet gelukkigals WMZ beslisten we liever zelf'. Beyen, inspekteur milieuhygiëne, dus Winsemius' verte genwoordiger in Zeeland: „De WMZ heeft uit eigen be weging de toevoer weer geopend. Mijn ministerie vond sluiten inderdaad ongewenst, in tegenstelling tot de aanvankelijke mening van mijn medewerkers hier in de inspektie. Dat leidde tot een flink meningsverschil, maar die diskussie is pas ge voerd nadat de WMZ-direktie zijn besluit genomen had". VROM-medewerker Bos: „Wij vonden stoppen van de drinkwaterinlaat uit het oogpunt van de volksgezondheid niet nodig. Maar de WMZ had kunnen stoppen om het zekere voor het onzekere te nemen, net zoals het Rotterdamse waterlei dingbedrijf heeft gedaan". Wist Bassie in het bewuste weekend hoeveel radio-aktiviteit van jodium en van bijvoorbeeld cesium afkomstig was? „Ik dacht een paar procenten cesium, afgaande op metingen van Rijnwater in Duitsland". Het RIVM heeft inmiddels (Volks krant 17 mei) 20% cesium gemeten. En TNO-medewerkers stellen„Als op een te vroeg tijdstip berekeningen worden gemaakt, kan men gemakkelijk een faktor tien naar boven of beneden van de werkelijkheid afwijken". En wist Bassie of jodium en cesium gemakkelijk door de duingrond heenlopen of bijvoorbeeld op de bodem van de infiltratieputten vasthechten? „Deverblijfstijdvanhetwaterin de duinen is minstens drie maanden, dus als deze stoffen onbelemmerd meegaan, is het jodium zijn radio-aktiviteit bijna geheel kwijt; en dat is het meeste. Het cesium zal zeker doorslaan door de duigrond maar hoe snel weten we niet. We nemen nu slibmonsters in de infiltratieputten om te meten hoeveel daar in zit". Eén man weet de uitkomst van deze metingen al. Gede puteerde Wim Don, voorzitter van het WMZ-bestuur en zoals bekend chemicus van beroep „De drinkwatervoorziening in Zeeland heeft geen gevaar gelopen door Tsjernobyl. De ver hoogde radio-aktiviteit blijft in de duinen achter" (PZC, 29 mei). Wat het cesium betreft is dat dus volgens Bassie nietwaar - dat komt vroeg of laat in het drinkwater terecht. En als Don wel gelijk heeft, moet mogelijk de slibbodem van de infiltratie putten gereinigd worden; geen goedkope operatie. Onder tussen kan het ministerie misschien nog eens overwegen hoe een maatregel die deze problemen heel simpel had voor komen, tot paniek had kunnen leiden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1986 | | pagina 17