Vliegasunie in zaken a In gevaar 1982 Aan de bel 14 Moeten kolencentrales binnen af zienbare tijd tijdelijk buiten bedrijf worden gesteld, omdat men het afval nergens kwijt kan? De Vliegasunie acht dit niet denkbeeldig en kondigt in ieder geval aan, dat er een nijpend probleem zal ontstaan met de opslag van afval (vliegas) van de Nederland se kolencentrales. Op dit moment worden in Borssele twee olie/gasgestookte elektriciteits centrales omgebouwd tot één kolen- gestookte centrale van 424 MW. Het probleem met de afzet (d.w.z. doorver koop) van vliegas zal dus ook in Zeeland gaan spelen. Dit nog afgezien van het feit dat de PZEM het reeds uitgekozen op slagterrein voor vliegas heeft aangebo den aan de COVRA voor de opslagbun kers van radioaktief afval. Het vliegasprobleem is volgens de Vlieg- asunie zó ernstig, dat de elektriciteits- produktie van de kolencentrales in ge vaar dreigt te komen indien de overheid niet op korte termijn met een oplossing komt. Deze waarschuwing laat de Vliegas unie in haar jaarverslag 1985 horen. Men konstateert dat de mogelijkheden om vliegas via hergebruik kwijt te raken steeds beperkter worden. Daardoor werd in de afgelopen 3 jaar in totaal 330.000 ton vliegas, waarvoor geen in dustriële bestemming kon worden ge vonden, op diverse stortplaatsen gede poneerd. De Vliegasunie voorziet dat de overschotten aan vliegas nog aanzienlijk zullen toenemen als de kolencentrales in Borssele en op de Maasvlakte in gebruik worden genomen. Het is toch wel merkwaardig dat de Vliegasunie in haar jaarverslag 1985 plotseling haar ernstige bezorgdheid toont over de afzet en opslag van vliegas. Toen de besluiten werden genomen om in Borssele een kolencentrale te bou wen, werden die vliegas-perikelen heel wat anders beoordeeld. In de aanvraag voor de benodigde milievergunningen werd zelfs gedaan alsof het vliegaspro bleem vrijwel niets om het lijf had. Het is aardig om te herlezen hoe de aan deelhouders van de PZEM hierover op 27 december 1982 werden voorgelicht: „De afgescheiden vliegas wordt alvorens Open opslag vliegas afgevoerd te worden, zoveel mogelijk opgeslagen in gesloten bunkers en van daaruit afgevoerd naar vliegasverwer- kende bedrijven (cementindustrie, we genbouw, enz.) Een aantal bedrijven w.o. onze zusterbedrijven de PNEM, PGEM en PLEM, heeft een vennoot schap opgerichtde Vliegasunie, die de afzet van vliegas gaat verzorgen, coör dineren en regelen. Het ligt voor de hand dat de PZEM zich bij de Vliegasunie zal moeten aansluiten, teneinde te bewerk stelligen dat de vliegas in een zo continu mogelijke stroom kan worden afge voerd". Verder zei de PZEM toen, dat het door stagnatie in de afvoer of vanwege kwaliteitseisen zou kunnen voorkomen, dat er vliegas bij de PZEM moet worden opgeslagen. Maar die tijdelijke opslag zou erg beperkt zijn, zodat toestemming werd gevraagd voor de open opslag van max. 100.000 ton vliegas. In de bezwaren- en beroepsprocedures tegen het verlenen van de benodigde milieuvergunningen heeft de Zeeuwse Milieufederatie al vroegtijdig aan de bel getrokken over het te verwachten pro bleem met de vliegas. De ZMF was de mening toegedaan - en dat hebben we op de hoorzitting in augustus 1983 ook laten weten - dat de bouw- en milieuvergunningen pas ver strekt mochten worden, als verzekerd was dat de afvalstoffen van de kolenc trales (behalve vliegas ook gips en bi demslakken) op een milieuhygiënb verantwoorde manier zouden word verwerkt. Bekend was, dat de situatie Nederland - met name voor vliegas 1983 al uiterst moeilijk was. Zelfs b Ministerie van Economische Zaken li zich toen al bezorgd uit, getuige devc gende passage uit haar begroting„Ki lenreststoffen moeten zich vooralsr c een plaats verwerven op een markt, d zich in een dalende lijn beweegt en waa op ook steeds meer alternatieve mat rialen worden aangeboden". De ZM1 bezwaren op dit punt vonden nauwelijl gehoor. Opvallend is, dat zelfs de voo zitter van de Raad van State in zijn ui spraak van 11 december 1984 stelde di er met betrekking tot de vliegas uit k( lencentrales geen problemen bestau daarbij afgaand op gegevens van Vliegasunie. Letterlijk wordt door Raad van State het volgende overwi gen„Volgens de gegevens van Vliegai unie B.V., die de afzet van vliegas en c kolengestookte elektriciteitscentralf coördineert, zal in 1983 ca. 332.000 to vliegas worden afgezet afkomstig va Nederlandse elektriciteitscentrales. D belangrijkste afnemers zijn de cemen industrie (200.000 ton), asfaltwegei bouw (45.000 ton), export naar Du land (56.000 ton) en betonfabrikante (15.000 ton). De vliegasproduktie za' i 1983 naar verwachting 450.000 ton b( dragen. Voor 1984 luidt de afzet-pro|

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1986 | | pagina 14