Het Haringvliet - Hollandsch Diep Waterbeheer Rotterdam Europoort Nieuwe Waterweg Nieuwe Maas VOORNE Noord Gorkum\ Beneden Merwede PUTTEN Brouwersdam Dordrecht HOEKSE WAARD Grevelmgenmeer Tiengemeten S. Hellegatplein OVERFLAKKEE Moerdi/k Grevelingendam DUIVELAND Het Haringvliet - Hollandsch Diep is door de beleidsmakers lange tijd verwaarsloosd. Van enige (bestuur lijke) begeleiding bij de grote ver anderingen die na de afsluiting in 1970 optraden, was nauwelijks spra ke. Hierdoor kon een aantal uit het oogpunt van natuur en milieu nega tieve ontwikkelhigen jarenlang doorgaan, zonder ingrijpen van de kant van de overheid. De afsluiting van het Haringvliet was de eerste grote primaire afsluiting in het kader van het Deltaplan. Weliswaar was het Veerse Meer al tien jaar eerder, in 1960, afgesloten, maar dit werk was toch veel kleinschaliger en eenvoudiger. Er is gedurende 16 jaar aan gewerkt. Milieu overwegingen hebben bij de aanleg van de Haringvlietdam nauwelijks een rol gespeeld. Zo is er nooit een (serieuze) diskussie gevoerd over de mogelijkheid de Haringvlietsluizen te beheren als stormvloedkering, waardoor bijv. het zoetwatergetijdegebied van de Bies- bosch zijn karakter grotendeels had kunnen behouden. In eerste instantie werden de veilige afvoer van vervuild Rijn- en Maaswater, -ijs en -sediment, als mede de scheepvaart als de belangrijkste funkties van hetHaringvliet-Hollandsch Diep beschouwd. Daarom werden ook de voornaamste rekreatieve ontwikke lingen in het Grevelingenbekken ge dacht, ondanks het feit dat dit op grotere afstand van de Randstad is gelegen. Van af het eind van de jaren zeventig is er echter tevens een toenemende aan dacht voor de andere funkties van dit bekkendrinkwatervoorziening, na tuurbehoud en ook openluchtrekreatie. vóór de afsluiting De waterbeweging op het Haringvliet Hollandsch Diep wordt in hoofdzaa bepaald door drie faktoren - de afvoer van Rijn en Maas; - de waterbeweging op de Noordzee, ii het bijzonder bij Hoek van Holland; - de opening van de Haringvlietsluizen De opening van de Haringvlietsluizer is afhankelijk van de Rijnafvoer bij L> bith. Bij lage Rijnafvoeren (tot 170( m3/s) zijn de Haringvlietsluizen vrijwe volledig afgesloten. Al het rivierwata stroomt dan via de Nieuwe Waterwq naar de Noordzee. Bij toenemende Rijnafvoer worden de Haringvlietsli i zen steeds verder geopend, tot ze bij eer afvoer van 9000 m3/s volledig geoperc zijn. Dit is overigens een situatie die gemiddeld maar eens in de paar jan voorkomt. Bij lage rivierafvoeren heeft het H ringvliet-Hollandsch Diep het karaktei van een (stuw)meer, waarbij de open verbinding met de Noordzee via het Spui en de Dordtsche Kil zorgt voor eer getijverschil van 20 a 30 cm. Bij hogere Rijnafvoeren krijgt het Haringvliet- Hollandsch Diep het karakter van eer rivier. De stroomsnelheden zijn dar 5 aanzienlijk hoger en het getijverschil kan oplopen tot 80 a 100 cm. De waterkwaliteit is vooral afhanke lijk van de kwaliteit van het aangevoerde Rijn- en Maaswater. De rechtstreekse

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1986 | | pagina 6