oblematiek 13 rulp haam zullen opslaan. Wat precies de ge- olgen van deze stoffen zijn voor vogels p de Westerschelde is (nog) niet be- end, maar op andere plaatsen en in ergelijkbare andere organismen zijn terk nadelige effekten op voortplan- ng, groei en funktioneren van organen n zenuwstelsel gekonstateerd. (Denk in negatief worden beïnvloed en daarmee de gelegenheid tot voedselzoeken, broeden, slapen en vluchten voor hoog water. Direkt zichtbaar is verder nog de verstoring door mensen langs de oevers en soms op de platen. Een deel van de broed- en ovemachtingsplaatsen en hoogwatervluchtplaatsen genieten Hoewel de Westerschelde een inter nationaal erkend watervogelgebied is, wordt er nog altijd gejaagd. Het hoeft geen betoog dat jacht op watervogels op open water zoals op de Westerschelde niets met beheersjacht te maken heeft en zelfs averechts kan werken. Het is te hopen dat de bevoegde instanties in het voorjaar van 1987, wanneer het huidige jachtkontrakt afloopt, een wijze dus verantwoorde beslissing nemen en de jacht zullen beëindigen. -J i niet-broedvogels aan de internatio- I e normen te voldoen. jl Enkele soorten overschrijden de iJ rm zeer ruim. De topaantallen voor d nmige soorten liggen in bepaalde ja- II nog hoger dan te lezen valt uit tabel 1 J:t mag dus duidelijk zijn dat de Wes- d schelde een internationaal belangrijk- .n. „wetland" is (een waterrijk gebied t internationaal erkende belangrijke logische waarden). Vergelijkt men nu |t gebied met de Oosterschelde, waar- i de natuurwaarden inmiddels boven e diskussie verheven zijn, dan blijkt de Westerschelde in voor- en najaar n steltlopers net zo belangrijk is als de •sterschelde. We moeten konklude- i dat de Oosterschelde en Wester- elde internationaal belangrijke wet- ds zijn en grote ornithologische over- nkomsten hebben, maar ook dat de esterschelde een duidelijk eigen ka- cter draagt, met specifieke en voor Ne- rland soms unieke vogelfunkties. sals bekend, is de Westerschelde sterk rvuild met giftige stoffen. Doordat ze stoffen zich ophopen in vetweefsels n dieren lijkt het aannemelijk dat vo ls via hun voedsel hoge koncentraties n deze schadelijke stoffen in hun li- Drieteenstrandlopers dit verband ook aan het artikel over het RIV O-onderzoek naar vissen in de W es terschelde in het vorige nummer). Vogels lopen grote risiko's door mo gelijke scheepvaartongelukken, waarbij schadelijke stoffen kunnen vrijkomen. Door uitdieping van de vaargeulen kan de oppervlakte aan schorren- en slikken dankzij hun ontoegankelijkheid en/of situering in „natuurgebieden" een zeke re mate van rust. De problemen doen zich vooral voor op de slikken waar pie- renspitters, kokkelrapers, fuikenvissers, zeekraal- en lamsoorensnijders èn vogels gezamenlijk hun voedsel moeten vin den. In een recent Rijkswaterstaat-nota over de verstoring van vogels op de slikken van de Oosterschelde konsta- teerde men bovendien dat met name het effekt van vliegtuigen beangstigend groot was. Hoe rekreatie de broedvogelstand kan beïnvloeden is duidelijk geworden op het opgespoten zgn. DOW-strand, ten oosten van het Paulinaschor. Al snel na het ontstaan vestigden zich tientallen paren strandplevieren en dwergsterns. Met de komst van de zonaanbidders waren twee jaar later alle broedvogels verdwenen en daar is tot op heden (vier jaar later) nog geen verandering in op getreden. Pogingen vanuit de partiku- liere natuurbescherming, in samen spraak met Vogelbescherming, om het gebied te „verdelen" tussen badgasten en vogels zijn tot nu toe voor de vogels zonder sukses gebleven.

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1987 | | pagina 13