loedmerken en zeeweringen Overstoven Wisselend 'ie aan het strand denkt, denkt aan innen, zwemmen, zandkastelen en ogelijk aan het horen van de Duitse al. Bijna onbekend is, dat vooral op grens van strand en duin zich ook veressante natuurverschijnselen aordoen en dat er een zeer bijzon- ere flora is te vinden, ie duinen worden vaak geroemd om an natuurschoon, maar dan gaat het joral om de al eeuwen oude gedeelten lan de duinen waar zich een kleurige en varieerde begroeiing heeft ontwik- eld. De buitenste delen van de duinen erdienen echter evenzeer aandacht. En ok zeedijken hebben onvermoede as- ekten. Zee en wind spelen hier de hoofdrol. Iet begint met zeewieren en (helaas) ok allerlei rommel die door golven op trand, duin of dijk worden gedepo- eerd. Elke strandbezoeker kent die varte stroken wel. Vooral als dit spul oog is opgeworpen, zal het blijven lig- en. Bij het ontbinden daarvan komen lierlei stoffen vrij, waaronder het nodige utraat. Een klein aantal planten houdt aarvan en verdraagt tevens het zout. /Iet name spiesmelde en strandmelde, ;roen bloeiende planten, vestigen zich oms massaal op een dergelijke strook lie we vloedmerk noemen. Ook zien we vaak de reukloze kamille staan. Zeeraket Zeewinde Interessanter wordt het als het vloed merk overstoven raakt met zand, wat alleen gebeurt aan de voet van de duinen of als er voor de dijk een strand ligt. Voor een dergelijke situatie zijn veel meer planten te vinden. De meeste komen alleen in dit heel aparte en wisselvallige milieu voor en zijn dus erg specialistisch. In landen waar de kustlijn wordt ge vormd door rotskusten ontbreken ze veelal. Een belangrijk deel van deze plan- tesoorten is mondiaal gezien dan ook zeldzaam. De Nederlandse kust speelt voor verschillende ervan een belangrijke rol. De zeeraket is een van de bekendste planten. Deze tooit zich met licht lila of witte bloemen. Hij neemt het niet zo nauw met zijn standplaats en groeit ook overal waar het zand nog stuift en wat nitraten bevat. Bij vrijwel elke strand- overgang staan er wel een paar van. Een andere plant die al snel het over stoven vloedmerk bezet, is het loog- kruid, vanwege de stevige stekels verve lend voor blote voeten. Ook deze plant is regelmatig langs en op de Zeeuwse stranden te vinden, maar een mooie bloei moet men er niet van verwachten. Zeldzamer is de zeepostelein, een ty pische verschijning met de dicht opeen gepakte en in een kruisvorm staande blaadjes. De andere planten moeten elk jaar opnieuw zien dat ze een plaatsje krijgen, maar de zeepostelein overwin tert gewoon. Daarom is deze op vaste plaatsen elk jaar weer te zien, het mooist in mei en juni als het bloeit. Een goede kans bieden, behalve het originele over stoven vloedmerk, ook sommige dijk- glooiingen waar het graag basaltstenen omringt. Zonder meer de grootste attraktie van dit aparte milieu is de gele hoornpapa ver. Dit is een papaversoort met gele bloemen en blauwgroene bladen. Een schitterende plant, die langs de Neder landse kust maar weinig voorkomt. Op Schouwen komt hij elk jaar weer terug en het lijkt wel in steeds grotere aan tallen. Verder is hij in Zeeland niet te vinden. Wat de gele hoornpapaver zo zeldzaam maakt, is niet bekend. Waar schijnlijk ligt het aan de zeestromingen die voor verspreiding van de zaden moe ten zorgen. Ook andere pioniers van overstoven vloedmerk zijn soms erg schaars. Het moeilijke is, dat ze elk jaar weer ergens anders en in sterk wisselende hoeveel- O O Q Zeekool heden voorkomen. In 1985 groeiden enkele tientallen exemplaren van de strandbiet (de plant waaraan we onze suikerbiet hebben te danken) op vloed merken langs de Zeeuws-Vlaamse kust. In 1986 haalde het aantal naar schatting de tien nog niet. Met de gelobde melde was het juist andersom. In 1984 zocht 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1987 | | pagina 13