ublikatie Avifauna
3
S
Witte vlekken
en grap
Waarnemingen
9
let zeevogelland bij uitnemend-
eid is voor mij nog altoos Schouwen,
i zonder van Texel, Hoek van Hol-
nd of Rottumeroog één kwaad
oord te willen zeggen, prefereer ik
ch het eiland Schouwen, dat onge-
teen rijke ornithologische ver-
heidenheid biedt en dat valt te be
houwen als een compendium van
>geloverdaad"*).
Met deze lyrische inleiding begint
et boek „De vogels van Schouwen-
'uiveland" dat zopas is uitgebracht
oor de Natuur- en Vogelwacht
chouwen-Duiveland. Ted Sluijter en
rans Beekman, twee van de samen-
tellers, vertellen over deze mijlpaal
si over het werk dat zij hiervoor de
fgelopen jaren verzet hebben.
eerste instantie zijn we toen met de
mensen van de redaktie, Frans Beek
man, John Beijersbergen en Peter Mei-
ninger rond de tafel gaan zitten om ge
schikte auteurs te vinden. Toen sloegen
we de lange weg in die uiteindelijk in
1986 werd afgesloten. De Vogelwerk
groep van de Vogelwacht bestond pas
sinds 1980. Dat is allemaal heel snel ge
gaan.
Voor Schouwen is dit hoek de eerste komplete
avifauna. Er is ooit wel eens een lijst opgesteld
van dwaalgasten en trekkers maar dat is dan
niet meer dan een konstatering geweest.
TedWe moesten over een aantal
dingen nog een hoop gegevens zien te
'e beschouwen het als een onverge-
ilijke periode van ons leven. Vooral ook
oor de kontakten binnen de redaktie.
Is we van tevoren geweten hadden
oeveel werk het was, hadden we het
isschien niet aangedurfd. Maar dat het
zo'n plezierige sfeer is gebeurd, gaf
dkens weer de stimulans om door te
aan.
Als we het over het eerste initiatief
oor dit boek hebben, kom je al gauw uit
p de term "LSV-koncern", Leeftink,
iuijter en Vergeer. Door hen is ergens in
2 een begin gemaakt. Als een goeie
rap, op een avond onder het genot van
en aantal Duvels en Trappisten zo van
waarom maken wij nou eigenlijk
iet eens een goeie avifauna?Maar toen
erd het serieuzer, onder dat drietal. In
w-
edaktie en fotografen Avifauna v.l.n.r. F. Beekman, P. Meininger, J. W. Vergeer,
7. Harmsen, 1 W. de Vos, T. Sluijter, K. Leeftink,]. Beijersbergen, A. van der Wees.
vinden. Zo was bijvoorbeeld nog een
aanvullend broedvogelonderzoek no
dig. Je moet dit boek, en zeker ook het
vogelgedeelte, niet als "af' beschouwen.
2
w
cd
w
\X
Z
cd
O
O
iP
De pioniers Rij kei ten Kate links en
Johannes Vijverberg op het Verklikkerstrand
op fotojacht (juni 1952)
De kijker van Jacob Viergever
Want wat juist door deze avifauna naar
voren komt, is dat er nog vele witte
vlekken zijn die je niet gauw gaat onder
zoeken. Maar het moet wel nog gebeu
ren. Met name van natuurgebieden zoals
polderland en weidegebieden zijn geen
gedetailleerde gegevens over weidevo
gels. Daar is minder onderzoek gedaan,
omdat ze minder interessant zouden
zijn. We hebben ons dan ook hoofd
zakelijk moeten baseren op steekproe
ven, wetend dat je daar dan relatief on
nauwkeurig mee bent.
Ted: In de periode van samenstelling is
ook nog aanvullend onderzoek gedaan
in de duingebieden, kreken en inlagen.
Daaruit bleek dat de wat kritische soor
ten toch licht naar beneden sukkelden.
Het aardige van dit boek is dat dit j ongste
materiaal direkt gepubliceerd is. De
laatste waarneming is gedaan in decem
ber 1985.
Er staan ook veel oude waarnemingen in het
boek opgenomen die zeer de moeite waard zijn.
Ted: We zijn daarvoor stad en land afge
weest. Dat is een van de verdiensten,
vooral van Jan W illem V ergeer. Hij heeft
heel wat oudere mensen aangeschoten,
bijvoorbeeld baron Schimmelpenninck
van der Oije bij wie normaal niemand
over de drempel komt. We zijn in het
Zoölogisch Museum Amsterdam ge
weest, we hebben bladen als Limosa,
Ardia, Natura, van onder tot boven uit
geplozen. Dat is wel het grootste karwei
geweest. Er zijn uiteindehjk vele, vele
duizenden waarnemingen in verwerkt.
Frans: Het is de grote verdienste van