Hoogaktief afval c Lekkages Straling 8 en zwavel, tritium en koolstof 3 keer meer. In de Westerschelde kan ook twee keer zoveel tritium terechtkomen. Hier komt bij dat de oven tot de sto- ringsgevoeligste onderdelen behoort. Filters kunnen uitvalen of verstopt ra ken per ongeluk kan verkeerd afval in de ovens terechtkomende brandstof toevoer kan haperen met onregelmatige verbranding als gevolg, en dergelijke. Niet voor niets heeft de Covra zelf de hoogste frekwentie bij dit soort inciden ten ingeschat. Zowel de uitstoot bij normaal bedrijf als deze incidenten zijn dus te vermijden door enkele schuren extra te bouwen en daarin al het middel- en laagaktieve afval in geperste vorm op te slaan. De eisen die het hoogaktieve afval aan opslag stelt, maken de konstruktie van een veilige opslagplaats tot een ingewik keld karwei met veel gereken. Aan de ene kant moet dit afval onder alle denk bare omstandigheden die zich geduren de 100 jaar kunnen voordoen, geschei den blijven van mens en milieu. Maar tegelijk moet de warmte die het afval geeft ook gegarandeerd worden afge voerd. Voor een veilige insluiting zou je het afval zo goed mogelijk willen inpak ken voor een goede warmteafvoer wil je juist dat de verpakking niet te veel warm te vasthoudt. In de praktijk kiest men dus een, hopelijk betrouwbaar, kompro- mis. Of de Covra daarin geslaagd is, is voor niet-ingewijden haast onmogelijk te kontroleren. Waaruit bestaat eigenlijk dit hoog aktieve kernafval De splijtstofelemen ten in een kernreaktor bestaan uit holle metalen staven, gevuld met tabletten uranium. Door de splijting van uranium ontstaan allerlei nieuwe, sterk radioak- tieve stoffen, waaronder gasvormige. Na een paar jaar is het uranium „op" en I n: a - 50 S- s~ o 8- S> O SC 7Z SS n e O - s worden de splijtstofelementen uit het reaktorvat gehaald. Ze blijven dan nog één a anderhalf jaar in een waterbassin in de centrale opgeslagen om enigszins af te koelen. Daarna kunnen de spijtstofele- menten naar de opslagplaats zoals de Covra hem wil bouwen. Die krijgt vol doende kapaciteit voor de elementen van Borsele, Dodewaard en eventueel vier nieuwe kerncentrales. Tot nu toe worden echter alle splijtstofelementen naar Frankrijk en Engeland gestuurd om daar „opgewerkt" te worden. Via een chemisch proces haalt men het overge bleven uranium en het ontstane pluto nium uit de splijtstofelementen. Het overblijvende, nog steeds hoog radioaktieve „kernsplijtingsafval" (KSA) is vloeibaar - er zitten geen gassen meer in - en wordt daarom gemengd met een soort glas. Om het verglaasde KSA wordt een roestvrij stalen cilinder aan gebracht. Deze cilinders kan Nederland vanaf begin jaren '90 terugverwachten. Of er nu splijtstofelementen of KSA- cilinders worden opgeslagen, de Covra moet de straling ervan afschermen en de warmte die eruit vrijkomt voortdurend afvoeren. De afscherming wil men rea liseren door een tweede stalen bus om ieder(e) splijtstofelement of KSA-cilin- der aan te brengen. De dubbelwandige bussen worden daarna in een bunker met dikke betonwanden geplaatst. In de zijwanden en het dak van de bunker zitten ventilatieopeningen. Door na tuurlijke trek moet de warmte die het afval afgeeft naar buiten verdwijnen. De direkte straling die door dit op slagsysteem naar buiten komt, is heel gering te noemen. Niet meer dan enkele duizendsten van de natuurlijke achter grondstraling. Het wordt ernstiger als een splijtstofelement of de dubbele wand lek raakt onder invloed van de hoge temperaturen (honderden graden en de agressieve chemische stoffen i het afval. Dan kan een gedeelte van d radioaktieve inhoud ontsnappen en me de luchtstroming naar buiten gevoeri worden. Bij de berekening van de ekst stralingsbelasting die dit veroorzaakt gaat de Covra uit van 0,1% beschadigd elementen. En ook dit percentage word door kritici in twijfel getrokken. Duitsland verwacht men bij vergelijk bare elementen echter 1% lekkages Door de speciale opslagomstandigh e den zouden er meer stuk kunnen gaa: zodat 20 tot 30 keer zoveel lozinge zouden optreden als de Covra aangeef t Zoals gezegd veroorzaakt de opsla: plaats een verhoging van het stralings niveau. De Covra heeft allerlei bereke ningen uitgevoerd om aan te tonen da de ekstra dosis die mensen in de omge ving oplopen maar heel gering is. Het it nog de vraag of dit rekenwerk helemaa klopt. Zo is het de Covra niet opgevallei dat de afstand tussen de spoorlijn naai het Sloegebied - één van de aanvoerrou tes - en het dorp Heinkenszand wt uiterst klein is. Bij de gevolgen van lozingen in d< Westerschelde is voornamelijk gekekei naar het indirekte effekt (via visvangst voor de mensen, en nauwelijks naar d< direkte schade voor het Westerse helde milieu zelf. De gevolgen van ongevallen tenslott zijn nog het moeilijkste te berekenen Die hangen immers niet alleen af van d< maximale uitstoot van radio-aktievt stoffen bij een incident, maar ook met d< kans op incidenten. Alleen daarom a moeten technieken die aanleiding kui: nen geven tot incidenten vermeden worden als dat maar enigszins mogelijk is. II ^1 i d S J3' O:} 33*

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1987 | | pagina 8