Neeltje Jans wat is er veel mogelijk B Natuur centraal op het eiland Paul Hulzink De krant staat er vol mee. Het voormalige werkeiland nodigt uit tot kreativiteitin eerste instantie Louis van Gasteren met zijn ambitieuze toeristisch-rekreatieve plannen, nog onlangs het departement voor Nijverheid en Handel en uiteraard Natuurmonumenten en de Stichting „Het Zeeuwse Landschap" die in dit artikel aan het woord zijn. Kapers op de kust Paul Hulzink is distriktsbeheerder van natuur monumenten Zeeland. ij het maken van voorstellen voor de inrichting van Neeltje Jans hebben we te maken met een aantal vast staande gegevens. Een van de belang rijkste gegevenheden op Neeltje Jans is uiteraard het beleidsplan voor de Oosterschelde. Hiermee dient reke ning te worden gehouden bij de idee vorming. Als dat niet gebeurt, ver mindert dat de haalbaarheid van de voorstellen. Het beleidsplan geeft aan dat het centrale deel van Neeltje Jans een natuurfunktie dient te krijgen. Hiermee wordt rechtgedaan aan de waarde van het natuurrijke kustmilieu van Noordzee en Oosterschelde. In het noordelijk deel dienen de rekrea- tieve voorzieningen te worden gekon- centreerd. Natuurmonumenten en Het Zeeuwse Landschap hebben plan nen gemaakt die overeenkomen met wat in het beleidsplan is aangegeven. Deze ideeën zijn in een brochure be schreven en komen op het volgende neer. Zoals het eiland er nu bij ligt, zal er niet snel een hoogwaardig natuurgebied ontstaan. Een grootdeelvanhet eiland is bijvoorbeeld bedekt met betonpla ten, grind en slakken. Hier zal de na tuur een handje geholpen moeten worden. Door verwijdering van de bo venlaag komt het eronderliggende zand vrij. Het „zeeklimaat" zal voor verstuiving zorgen, waardoor er een duinlandschap ontstaat. De verstui ving zal door middel van het plaatsen van rietschermen gestuurd worden. Helm en andere pioniers zullen het duin verder vastleggen. Aan de Noordzee-zijde van het eiland kan een duingebied met een slufter worden aangelegd. Het be staande kunstmatige duin kan vergra ven worden in de vorm van een duin richel met een geul erdoor die eindigt in een natte strandvlakte, welke alleen bij zeer hoog water overstroomt. Plantesoorten als Engels gras en lams oor vinden daar hun plekje. Als broed- vogels kunnen we er verwachten scholekster, kluut en wellicht de strandplevier. Aan de Oosterscheldekust zijn twee elementen gedacht. In de luwte van de betonhaven zal een vogeleiland voor sterns en plevieren worden aan gelegd. Aan de andere zijde van de betonhaven kan een zanddepot door Noordzee/voordelta Neeltje Jans, natuurproject uitgraving worden afgewerkt als in laag. Deze zal zeer vogelrijk zijn, te meer daar de inlaag in de nabijheid van de zandplaat Neeltje Jans ligt. Bij hoog water zal het kunnen funktioneren als hoogwatervluchtplaats. Er kan, kort om, op Neeltje Jans een komplex van typisch Zeeuwse natuurelementen ontstaan waarvan de totale waarde meer is dan de som van de afzonder lijk delen. Dit geldt voor de natuur en zeker ook voor de bezoekers die op Neeltje Jans de verschillende natuur elementen naast elkaar zullen kunnen aantreffen. In het plan zijn veel waarnemings voorzieningen voor bezoekers opge nomen, zoals observatiehutten, een Oosterschelde Het „zeeklimaat" zal voor verstuiving zorgen uitkijkplatform en wandelpaden. Na tuurmonumenten en de Stichting Het Zeeuwse Landschap hebben het plan op 9 december 1987 aangeboden aan de voorzitter van de Projektgroep Neeltje Jans, J. B. Ventevogel. Uit de reakties van bestuurders en beleids makers blijkt dat onze plannen inhou delijk haalbaar zijn. Onze verwachting is verder, dat het benodigde geld ver kregen kan worden. Een spoedige in richting is wenselijk, zodat de natuur de haar benodigde tijd kan gebruiken om zich ten volle te ontplooien. Het is eerder al geschreven, iedere plannenmaker moet zich aan de spel regels houden. Dat betekentnatuur in het centrale deel van het eiland en intensieve rekreatievormen in het noordelijk deel. Tevens is gesteld dat verblijfsrekreatie uit den boze is. Het is onwenselijk deze uitgangspunten om wille van de haalbaarheid opzij te zet ten. Komplexen van zomerwoningen in het centrale deel van het eiland, zoals onlangs voorgesteld, en hotels dienen dan ook als niet realistisch te worden beschouwd. A

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1988 | | pagina 15