r- Dick van Hoffen Stedelijke groenstruktuur Steeds meer gemeenten gaan over op een beheer die de natuurfunktie van het openbare groen vergroot. De oorzaken hiervan zijn het toenemend milieubewustzijn én bezuinigingen op het budget van de plantoensendiensten. Waar jammer genoeg nog te weinig aandacht aan wordt besteed, is de zogenaamde stedelijke ekologische infrastruktuur. Dat wil zeggenruimtelijke groenstrukturen en verbindingswegen voor planten en dieren binnen de stad. In de gemeente Middelburg is deze infrastruktuur nu nog redelijk ideaal. Maar hoe lang nog Natuur in de stadl I n de jaren '70 en '80 zijn een aantal experimenten op gang gekomen voor het beheer van openbaar groen. Een gevarieerd en goed ontwikkeld stads- ekosysteem blijkt steeds meer moge lijkheden te bieden aan de diverse le vensvormen van de natuur in de stad. Dit zogenaamde „nieuwe beheer" be zit de volgende kenmerken - een grotere variatie in aangeplante soortenbomen,struiken enplanten - meer geleidelijke overgangen in be- plantingsstruktuurniet van gazon naar boomgroep, maar van gazon via ruigte naar struiken en bomen - meer inheemse plantesoorten, reke ning houdend met de verlangens van de soorthierdoor krijgt ook de in heemse fauna meer overlevingskan sen - het beperken van bemesting en gif- gebruik - het laten liggen van dood hout (in grotere bosjes) - het minder vaak maaien van gazons - bij de aanleg van nieuwe wijken oude waterlopen in takt laten en de aan grenzende grond niet ophogen, zo dat zichtbaar blijft in welk landschap de wijk is gebouwd. Pas de laatste jaren heeft dit nieuwe beheer gestalte kunnen krijgen in de praktijk. In vroegere tijden blijkt niet alleen het beheer van de natuur in de stad heel anders geweest te zijn, maar daardoor ook de groenstruktuur. Inde middeleeuwse stad bijvoorbeeld werd de niet-bebouwde oppervlakte gro tendeels gebruikt voor voedselpro- duktiekruiden, groente en fruit. La ter werden deze tuinen ook meer als siertuin ingericht. In de 19e eeuw deden wandelpar ken htm entree binnen de stad. Ze werden veelal aangelegd op vroegere stadswallen. De struktuur ervan is ge baseerd op ideeën van deEngelse land schapsstijl: kronkelende paden, een beetje reliëf en afwisselende beplan- tingsgroepen. In de 19e eeuw en begin 20e eeuw werden regelmatig woonwijken ge bouwd, net buiten de stadsgrachten, met veel tuinkomplexen. Deze tuin- komplexen bevinden zich binnen ge sloten huizenblokkeneen aantal aan elkaar grenzende achtertuinen die vaak alleen via een smalle brandgang bereikbaar zijn. Na de 2 e Wereldoorlog deden vooral nieuwe stedebouwkundige ideeën hun intrede. Uit Engeland kwam de tuinstad-gedachte: in de stadswijk wilde men de voordelen van het platteland (gezonde leefomgeving en schoonheid van de natuur) kom- bineren met de voordelen van de stad. Daarbij kwam het idee om de wijken te laten funktioneren als een sociale eenheid met een vorm van zelfbestuur en beheerstaken voor de bevolking. Voor de natuur in de stad hield dit in, dat er in de wijk openbare groenvoor zieningen werden aangelegd en dat die samen met de tuinen vervlochten wer den met de bebouwing. In de loop van de jaren '50 en '60 kreeg het groen in de stad steeds meer verschillende funkties die met elkaar werden geïntegreerd. In stadsparken waren zo wandelpark, sportveld en speelplaats naast elkaar te vinden. Vaak diende het groen als kamouflage Groene longen Middelburg, situatie 1988. Bebouwing Bestaand bos Potentiële bosverbinding (suggestie) S: Sportvelden B: E: 0: WWaterwijk (Seisweg) VVeerse watergang Tracé rijksweg Erasmusdijk

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1988 | | pagina 7