Schaapskudde
Het bij wijze van proef introduceren
van een nieuwe schaapskudde op
Zuid-Beveland in 1980 moest het tij
gaan keren. Sindsdien werden ook
stukken dijk regelmatig gehooid en
was kunstmest taboe. De ontwikke
ling van de plantengroei in het aldus
beheerde gebied werd nauwlettend
gevolgd en dat leverde na zes jaar de
eerste conclusies op.
Bij matige tot intensieve bewei
ding nam het aantal soorten steeds toe
en verminderde het aandeel van de
ruigtekruiden. Ook werden de ver
schillen in structuur groter omdat
schapen selectief begrazen en er scha
pepaadjes ontstaan. De rondtrekken
de kudde helpt mee aan het versprei
den van zaden die in de vacht blijven
hangen, zodat bijvoorbeeld de in Ne
derland zeer zeldzame wollige distel
en koeiewachters met hun koeien.
Dichtbij boerderijen en schaapskooi
en werd er meer gegraasd en gemak
kelijk te maaien stukken leverden er
hooi op. Er ontstond zo een landschap
met grote verschillen in vegetatiety
pen, dat een rijke verscheidenheid aan
vogels, insecten, zoogdieren, amfibie-
en en reptielen aantrok. Zij hadden
diverse soorten grasland, zoom-, man
tel- en bosvegetaties om in te broeden,
te fourageren, te overwinteren, te
schuilen en de verschillende stadia van
hun levencycli te doorlopen.
Door het verdwijnen van de kud
des, het intensievere grondgebruik
door de landbouw (gebruik van
kunstmest en chemische middelen) en
voortgaande versnippering van de na
tuur in het hooggecultiveerde polder
landschap, verloren veel planten- en
diersoorten hun thuis. Populaties
raakten geïsoleerd in vaak tóch al te
kleine gebieden, waardoor soorten
met een klein verspreidingsvermogen
loopkevers, veel vlindersoorten en
slakken - dreigen uit te sterven.
Ook het afbranden van verruigde
vegetaties en het doodspuiten van
slootkanten aan de voet van de dijk
richt veel schade aan. Het is niet alleen
funest voor de bomen en voor de in of
onder de kruidlaag levende dieren,
maar ook voor de eenjarige kruiden.
Deze „beheersmaatregelen" brengen
in één keer een enorme dosis mine
ralen en voedingsstoffen in de kring-
Marjolein, Agrimonte, Ijzerhard en Kaardebol e.v.a. soorten op de Nieuwe Kamersedijk (Zuid-Bene: n
Grenslinde. Oude Kamersedijk (Zuid-Beveland)
loop waarvan de stikstofminnende
wortelonkruiden - de eerder genoem
de ruigtekruiden - profiteren. Op de
doodgespoten slootkanten nemen
akkeronkruiden hun kans waar op de
voedselrijke blootgekomen grond.