Slakken K Hans Bannink Slakken en vliegas zijn reststoffen die vrijko men bij verbrandingsprocessen. Zowel bij de verbranding van kolen in kolenge- stookte elektriciteitscentrales als bij het ver werken van ertsen (zoals fosfaaterts en ijzer erts), ontstaan slakken en vliegas als afval- produkt. Beide aktiviteiten vinden in Zeeland plaats bij resp. de PZEM en Hoechst in het Sloegebied. Misschien komt er in de toekomst nog een derde bron bij, een afvalverbrandings installatie voor huishoudelijk afval. Waar moe ten we met de steeds maar groeiende berg vliegas en slakken naartoe? De landelijke overheid streeft naar meer herge bruik, maar hoe staat het met de kwaliteit van deze afvalprodukten. Fosfaaterts Hergebruik kolenreststoffen Onverbrandbare afvalprodukten kolen bestaan voor 7 - 15% uit onbrandbaar materiaal, dat na stoken vrijkomt als vliegas en bodemas (slak ken). Vliegas bevat naar verhouding de meeste milieugevaarlijke stoffen, maar ook in de slakken hopen de niet verbrandbare stoffen op. Het gaat vooral om zware metalen en radioak- tieve stoffen. Dat het voor heel Nederland niet om kleine hoeveelheden gaat is te zien in de tabel. De kolencentrale Borssele (vermogen 600 MW) verstookt per jaar 840.000 ton kolen. Daaruit ontstaat per jaar 13.000 ton slakken en 110.000 ton vliegas. 1985 2000 kolenstook in centrales 6 miljoen ton 17 miljoen ton hoeveelheden afvalprodukt: slakken 110.000 ton 550.000 ton vliegas 570.000 ton 1.850.000 ton Met het sinteren van fosfaaterts in drie ovens ontstaan bij Hoechst ca. 600.000 ton fosfaatslakken per jaar. In het recente verleden werden die voor al aangewend bij de Deltawerken en de wegenaanleg in ZW-Nederland. Slakken worden ook gebruikt voor de fabrikage van steenwol. Fosfaaterts bezit een natuurlijke koncentratie radioaktiviteit. Dit is te lezen uit de tabel. Fosfaatslakken zorgen voor een duidelijke toename van de straling, er moet dus zorgvuldig mee worden omgegaan: niet toepassen voor de aanleg van paden naar kinderspeel plaatsen of als oeverbescherming van drinkwaterbassins. Bij gebruik als wegverharding moet er een bitumen afdeklaag op worden aangebracht. Vliegas en slakken kunnen "los" gestort worden bij wegenaanleg of "gebonden" worden toegepast in kunstgrind, baksteen of betonelemen ten. In ons land wordt nog geen gebruik gemaakt van technieken om de ernstig vervuilende bestanddelen uit vliegas en slakken te halen. Het zelfde geldt ook voor de daarin nog aanwezige nuttige en bruikbare stof fen. De terugwinning van o.a. metalen uit kolenreststoffen is technisch moge lijk met het "Calsinterproces". Het "los" storten van vliegas en slak ken is een slechte keuze. Aan het "binden" is het nadeel verbonden dat in het ontstane produkt te hoge kon- centraties milieugevaarlijke stoffen kunnen voorkomen, die door uitspoe ling of door verwering of slijtage in het milieu komen. In vliegasproduk- ten zitten bijvoorbeeld radioaktieve stoffen als uranium en thorium. Bij de verwerking in de woningbouw ver hoogt dit de stralingsbelasting met 20-50 m.rem per jaar. Volgens de onlangs verschenen notitie "preventie en hergebruik van Stralingsbelasting uit fosfaatslakken, gemeten in 1980: - boven het opslagdepot 400 m.rem/jaar; -boven wegverharding met laag van 50 cm slakken 200 - boven wegverharding met een laag van 15 cm aan afvalbeton daar bovenop 80 Ter vergelijking, de natuurlijke achtergrondstraling in Zeeland (Neder land): -uit de kosmos 45 m.rem/jaar -uit de aarde 35 afvalstoffen" van het Ministerie van VROM moet in het jaar 2000 alle vliegas uit kolencentrales zijn weg vinden als nuttige toepassing in de bouw. In 1986 werd al 95% van het vliegas hergebruikt. De Zeeuwse Milieufederatie vindt dat hergebruik van vliegas en slakken zoveel moge lijk moeten worden toegepast, maar dat de produkten dan wel via extraktie of herwinningstechnieken gezuiverd moeten zijn van de schadelijke zware metalen en radio-aktieve stoffen. Uiteraard wordt de samenstelling van slakken en vliegas ook beter als er schonere kolen worden verstookt. Het Nationaal Milieubeleidsplan (NMP) gaat ervan uit dat de toekom stige afvalverwijdering (van alle soor ten afval bphalve mest en baggerspe cie) er als volgt komt uit te zien in vergelijking met de stand van zaken op dit moment: 1988 2000 -preventie - 10% -hergebruik/nuttige toepassing 35% 55% -verbranden 10% 25% -storten 55% 10%

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1990 | | pagina 15