Zeeuwse problemen
Maatregelen
Zachte heelmeesters
ling van natte en droge bodems ont
breekt. Maar ondanks het feit, dat niet
alle gegevens om een echt strategisch
milieubeleid op te stellen voorhanden
zijn, is er voldoende aanleiding om
nu al op verstrekkende maatregelen
aan te dringen.
In het Zeeuws milieubeleidsplan zijn
de meeste, landelijke opgenomen.
Sommige daarvan vragen vanwege
hun specifiek Zeeuwse karakter om
extra aandacht. Zo komen rekreatie
en rekreatieverkeer, de vermesting in
de vorm van uitspoeling van mest
stoffen en zoute kwel en de zwavel-
dioxydeuitstoot, als typisch Zeeuwse
problemen naar voren. Uit de maatre
gelen die worden voorgesteld is ech
ter niet steeds de urgentie van het pro
bleem af te leiden. Wel is dat het geval
met de vermesting. Daarvan wordt
gesteld, dat de landelijke maatregelen
in Zeeland niet zullen leiden tot de
beoogde reduktie van het stikstofge
halte met 70 procent. Dat komt, om
dat die maatregelen vooral zijn toege
sneden op de intensieve veeteelt. En
het is juist deze vorm van landbouw
die in Zeeland slechts in beperkte ma
te voorkomt. Vandaar dat extra maat
regelen worden aangekondigd. Het
uitrijden van dierlijke mest in het na
jaar dient binnen vijf jaar te zijn
beëindigd. Verder verwacht men heil
van groenbemesting, peilverhogin-
gen en kwelschermen.
Over het algemeen zijn de maatrege
len in het ZMP beperkt in aantal en
weinig konkreet kwa inhoud. Zo be
perken de maatregelen voor de land
bouw zich tot restrikties aan het uit
rijden van drijfmest en tot een ver
mindering van het gebruik van che
mische bestrijdingsmiddelen met
20% in 2000 ten opzichte van het jaar
1985.
Het belangrijkste voor de rekreatie-
sektor lijkt de stroomlijning van de
afvalstroom. Die aanpak is wel erg
mager. De voorbije vakantieperiode
heeft aangetoond dat de druk van de
rekreatie op de natuur zo overmatig
is, dat samen met de rekreatiesektor
een beheersplan zal moeten worden
opgesteld. En willen we nog uitbrei
ding van rekreatieve voorzieningen
toestaan, dan is het wenselijk dat de
rekreatiesektor steeds aangeeft of de
natuur die verhoging van de rekrea
tieve druk wel kan verdragen.
Ook de aktiviteiten voor het bedrijfs
leven zijn in het beleidsplan te alge
meen en te vrijblijvend geformuleerd.
Het ZMP zegt, dat de industrie zal
dienen na te gaan hoe het gebruik van
energie en grondstoffen kan worden
verminderd. Wij vinden het noodza
kelijk dat iedere ondernemer om de
twee jaar eigen energiebesparings
plannen maakt. Als de provincie het
bedrijfsleven vraagt om maximale
aandacht te schenken aan de afvalpro-
blematiek, dan worden de onderne
mers niet echt gebonden aan konkrete
stappen. Ons inziens levert het meer
op als producenten nu al verplicht
worden inzamel- en verwerkingssys
temen voor afval op te zetten. Nu
worden er ook in Zeeland door ver
schillende bedrijven nog heel wat
produkten geproduceerd die veel mi
lieubezwaren opleveren. Daarom is
het van belang dat de provincie on
dersteuning geeft aan initiatieven om
belastende produkten en produktie-
processen te vervangen door schone.
Te denken valt aan proefproj ekten die
tot duurzame ontwikkeling in de che
mische industrie aanzetten.
De Zeeuwse milieusituatie vraagt om
een ingrijpende aanpak. Het provin
ciebestuur rekent erop, dat de ver
schillende doelgroepen, zoals de
agrarische sektor, de industrie, de re
kreatie, de konsument en de milieu
beweging daartoe flinke inspannin
gen zullen leveren. Hoewel die in
spanningen in het plan als akties wor
den omschreven, hebben ze slechts de
status van verwachtingen.
Daarom zou je kunnen zeggen, dat
het ZMP hooguit een programma van
morele overtuiging is.
Uiteraard is vrijwilligheid van belang
als mensen zich echt gemotiveerd wil
len inzetten voor het milieu. Het
grootste rendement mogen we ver
wachten als met name instanties als
overheden en doelgroepen als de mi
lieubeweging, die toch al met arguso
gen worden gevolgd, het goede voor
beeld geven. Want goed voorgaan
doet nog steeds goed volgen. De over
heden kunnen hun inspanningen
richten op het realiseren van allerlei
publieke milieuvoorzieningen als:
bodemsanering, rioleringen, optima
le afvalwaterzuivering en afvalbeleid
dat preventie en hergebruik aanmoe
digt.
De milieubeweging zoals de ZMF zal
de bevolking van Zeeland zo moeten
aansporen, dat deze zich vanuit de ei
gen overtuiging milieuvriendelijk
gaat gedragen. Dat proces van verin
nerlijking zal tot stand moeten wor
den gebracht met voorlichting, edu-
katie en milieuzorgsystemen in on
dernemingen en instellingen. Op de
ze wijze kreëren we mogelijk een
breed maatschappelijk draagvlak.
Of we daarmee de regulerende maat
regelen dan maar onbesproken moe
ten laten zoals het ZMP doet, lijkt
ons verkeerd. Wij vertrouwen niet
enkel op zachte heelmeesters. Van
daar, dat meer aksent behoort te wor
den gelegd op: strengere regelgeving,
heffingen en diverse sankties wanneer
het beleid niet het gewenste resultaat
oplevert. Tenslotte zal met man en
macht het tij moeten worden gekeerd.