wov
schelde en het Grevelingen. In '87 veel
aandacht in Wantij, evenals in voorgaande
jaren en tot de dag van vandaag, voor de
Westerschelde. Alom bekend als scheep
vaartroute, riool van België en koelwater-
leverancier voor de industrie. Vergeten
gebied waar het de betekenis voor vogels
betreft. Op de grote oppervlakten schor
ren, slikken en zandplaten in en langs de
Westerschelde kunnen in de wintermaan
den wel 150.000 vogels geteld worden.
De varende of vaste oeververbinding
(WOV) heeft in Wantij '88 aandacht gekre
gen. Zo'n vaste verbinding is in natuurbe
schermingskringen een omstreden pro
ject. De discussie binnen de daarbij
betrokken overheidsorganen richtte zich
vrijwel alleen op de "centenkwestie" en de
daaraan verbonden tracé-keuze. Verbete
ring van de bestaande situatie -zeker
gezien de aanleg van een nieuwe rondweg
om Antwerpen -betekent dat een volwaar
dige varende verbinding over de Wester
schelde tussen Midden-Zeeland en
Zeeuws-Vlaanderen (Vlissingen-Breskens)
een goed alternatief voor een vaste verbin
ding is. Alleen dan is het zeker dat er geen
nadelige gevolgen voor natuur en land
schap ontstaan. Dat moet ons heel wat
waard zijn! In alle ontwerpen voor vaste
oeververbindingen zijn natuur en land
schap een sluitpost van de begroting
gebleken. Dat belooft weinig goeds voor
de toekomst.
Oosterschelde
Natuurlijk heeft de Oosterschelde jaren
lang en bij voortduring de Zeeuwse
milieubeweging bezig gehouden. Ook in
Wantij werd regelmatig het accent op de
Oosterschelde gelegd, zo ook weer in '89.
Als natuurgebied heeft de Oosterschelde
nationale en internationale betekenis. De
beslissing om dit gebied als getijdegebied
te behouden, door de bouw van een
stormvloedkering van 8 miljard gulden,
betekent dat de uitzonderlijke waarde van
de Oosterschelde met alle mogelijke mid
delen nu ook veilig gesteld moest worden
door het gebied onder de Natuurbescher
mingswet te plaatsen. Op de lijst van inter
nationaal belangrijke "wetlands" is de Oos
terschelde één van de elf door Nederland
aangeduide gebieden.
Afval
De (gebrekkige) samenwerking van de
Zeeuwse gemeenten op milieugebied, was
een onderwerp dat in '90 de kolommen
van Wantij haalde. Niet alleen omdat
samenwerking meer subsidie voor de
gemeenten uit de rijkskas oplevert, maar
voor de ZMF vooral belangrijk omdat
alleen op die manier de gescheiden inza
meling van huishoudelijk afval en de com-
postering van het groente-fruit-tuinafval
van de grond komt. Immers hoe minder
afval wordt gemaakt, dan wel na herge
bruik overblijft, hoe minder er ten slotte
nog in Moerdijk verbrand gaat worden en
dat kost al gauw zo'n 200,- per ton plus
de onvermijdelijke milieuverontreiniging.
Tureluur
In 1991 springt zonder meer het "Plan
Tureluur" naar voren in de berichtgeving,
en niet alleen in Wantij. Letterlijk en
figuurlijk een onvolprezen plan. Al lang
was de ZMF van mening dat er bij de
beleidsbepalende overheid een goed plan
op tafel moest komen om de achteruit-
Glastuinbouw
"Bij Bath een glazen stad" was een verhaal
over de komst van grootschalige glastuin
bouw in Zeeland (Wantij, '92) in de nabije
toekomst. Vooral onder de aandacht
gebracht vanwege de nadelige milieukan
ten die er aan glastuinbouw kleven. De
ernstige vormen van water-, lucht-, en
bodemverontreiniging in het Westland
door het gebruik van bestrijdingsmiddelen
zijn een teken aan de wand. Glastuinbouw
zonder milieuvervuiling is weliswaar een
lastige boodschap, maar feitelijk ook een
opdracht die de voorstanders van deze
nieuwe industriële tak in Zeeland op zich
behoren te nemen. In Zeeland moeten we
over enkele tientallen jaren niet tot de
conclusie komen dat er nieuwe onbetaal
bare saneringsproblemen zijn ontstaan.
x./^/popi
Glastuinbouw Foto: ZMF
gang van de natuur in het Oosterschelde-
gebied een halt toe te roepen. Daadwerke
lijke ingrepen tot verbetering van bestaan
de en aanleg van nieuwe natuurgebieden
mogen niet uitblijven. Lang niet alle 44
konkrete projekten uit Plan Tureluur wer
den in dank afgenomen, zo ontstond er in
landbouwkringen nogal wat opschudding
omdat in Tureluur, in de marge van de
vele geschetste mogelijkheden voor
natuurontwikkeling, ook over "ontpolde-
ren" werd gesproken.
Gelukkig bestempelden vooraanstaande
Zeeuwse bestuurders het als een goed
plan en uitstekend geschikt om in te pas
sen in het provinciale natuurbeleidsplan.
Lezers voorlichten, misstanden
signaleren, verbeteringen aan
dragen, goede plannen opstellen
en duidelijk naar voren brengen
waar de ZMF voor staat is en blijft
de komende jaren de taak van
Wantij, en dat op een zo aanspre
kend mogelijke en prettig leesba
re manier. Wantij als een gestaag
vallend druppeltje op de gloeien
de milieuplaat.
Hans Bannink is redactiemedewerker van
Wantij.
5 WANTIJ MAART 1993