Vc
ouwblad
Natuur- en milieu-educatie in
het onderwijs
Project
Kern van het beleid
Oktober 1993
Project
Kern van het beleid
Materialen
Natuurouders
NME-coördinatoren
Handleiding
Voor meer informatie
CNME/Willem de Weert
de aard en omvang van natuur- en milieuproble
men zijn zodanig dat grote veranderingen nodig zijn
in de mattier waarop we, zowel individueel als collec
tief, met natuur en milieu omgaan. Voor zulke ingrij
pende veranderingen is een breed draagvlak nodig.
Natuur- en milieu-educatie is één van de instrumenten
om dat draagvlak te creëren. Het onderwijs is daarin
een onmisbare schakel...." Dat schreef de toenmalige
staatssecretaris van Onderwijs, drs. J. Wallage, in 1990
aan de Tweede Kamer.
hHij kondigde de start aan van het
project "Natuur- en Milieu-
Educatie in het Onderwijs".
Hierin werken zes departemen
ten samen om hun activiteiten op dit ter
rein af te stemmen en nieuwe activiteiten
te ontwikkelen: de ministeries van
Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
VROM, Ontwikkelingssamenwerking,
Economische zaken, Verkeer en
Waterstaat, WVC en Onderwijs en
Wetenschappen. Daarvoor is het meerja
renplan Natuur- en Milieu-Educatie (NME)
1992/1995 opgesteld. Uitvoering daarvan
moet leiden tot een vaste plaats van
natuur- en milieu-educatie in het onder
wijs. Niet alleen in de lessen, maar ook in
de dagelijkse schoolpraktijk. Aandacht en
zorg voor natuur en milieu op school moet
de normaalste zaak van de wereld worden.
Voorgeschiedenis
Aan het project ging een lange weg vooraf:
In 1989 werd in de Tweede Kamer een
motie aangenomen die tot doel had
natuur- en milieu-educatie in het onder
wijs een vaste plaats te geven. De motie
vroeg een bedrag van 78 miljoen gulden.
De uitvoering was moeilijk: samenwerken
tussen zoveel ministeries kost veel tijd.
Een organisatiebureau beet zich de tanden
er op stuk wat wederom vertraging ople
verde. Dat leidde ertoe dat een deel van
het geld terugvloeide naar de schatkist.
Daarnaast werd een deel van het geld dat
ministeries toch al uitgaven, simpelweg
van een NME-etiket voorzien. Er gingen
dus tijd en geld verloren.
Sectoren
Inmiddels zijn er activiteitenplannen
gemaakt voor:
Primair Onderwijs
Voortgezet Onderwijs
Beroepsonderwijs
Landbouwonderwijs.
Het NME-netwerk in Zeeland ziet -ondanks
de al genoemde beperkingen in tijd en
geld- mogelijkheden om NME een extra sti
mulans te geven. Het Consulentschap
Natuur- en Milieu-Educatie (CNME) heeft
het voortouw genomen door voor het
Primair Onderwijs en het Voortgezet
Onderwijs projecten op touw te zetten.
Voor de sectoren Landbouw- en
Beroepsonderwijs zijn wegens tijdgebrek
geen projectvoorstellen gemaakt.
*Er wordt gestreefd naar een samenleving
gebaseerd op duurzame ontwikkeling,
inclusief hel behoud van de levende
natuur, die oog heeft voor de mondiale
aspecten van de natuur- en milieuproble
matiek. Het NME-onderwijs project wil
hieraan bijdragen.
*Bij de in voering staan de scholen cen
traal. De vraag vanuit de scholen wordt
gestimuleerd. Scholen denken mee over
NME en de manier waarop dit inhoud
krijgt op hun school. Zij beslissen uitein
delijk wat ze daarvoor nodig hebben.
*De structurele invoering van NME sluit
aan bij lopende veranderingen in het
onderwijs, zoals "Weer samen naar
school", de invoering van de basisvor
ming in het Voortgezet Onderwijs en de
vernieuwing in het Beroepsonderwijs. Zo
worden scholen het minst belast, en kan
dit project de genoemde veranderingen
ondersteunen.
*De activiteiten richten zich op de ver
schillende vakken en ook op de schoolor
ganisatie. In dat verband is de invoering
van Milieuzorg Op School MOSvan
belang.
VOUWBLAD WANTIJ OKTOBER 1993