Zeeuwen maken meeste
autokilometers
Verkeers- en vervoerplan schiet tekort
Albert Aartsen
We trekken er steeds vaker op uit. Voor activiteiten
als winkelen, werken, recreatie of kennissen bezoe
ken is het afleggen van grote afstanden heel gewoon.
Meestal wordt daarvoor de auto gebruikt. In
Zeeland is het aantal autokilometers van 1986 tot
1991 met vijftien procent gestegen en het groeit nog
steeds. Nergens anders in Nederland wordt zoveel
van de auto gebruik gemaakt en zo weinig van het
openbaar vervoer als in Zeeland. Er is nu een
Regionaal Verkeers- en Vervoerplan (RWP) ge
maakt om de groei van het verkeer te beperken. Het
plan straalt echter weinig durf uit en haalt bij lange
na niet de vereiste doestellingen.
Stoptrein Zeeland met
opheffen bedreigd
Foto: Thom van Amsterdam/
Brabants Nieuwsblad
Volgens de rijksoverheid mag de
V groei van het personenverkeer
van 1986 tot 2010 maximaal vijf
endertig procent bedragen en van
het vrachtverkeer twintig procent. Er
moet snel en drastisch ingegrepen
worden. In Zeeland is daarom een
"Vervoerregio" ingesteld. Dertig Zeeuwse
gemeenten vormen in samenwerking met
rijk, provincie, Rijkswaterstaat, Kamers
van Koophandel, Streekvervoermaat-
schappij ZWN en de Nederlandse
Spoorwegen de Vervoerregio Zeeland. Die
heeft een plan opgesteld om de groei van
de (auto)mobiliteit te beperken, enerzijds
door het bevorderen van het openbaar
vervoer en fietsgebruik, anderzijds door
het nemen van maatregelen die het auto
gebruik afremmen.
Opzet plan
In het plan staan de doelstellingen van de
Vervoerregio:
- het handhaven en waar nodig verbeteren
van de leefbaarheid en bereikbaarheid;
- de verwachte groei van het autoverkeer
tussen 1986 en 2010 van 72 procent
beperken tot 35 procent.
Vervolgens gaat het rapport verder met de
taakstellingen. Zeeland zal op eigen kracht
de groei van het autoverkeer van 72 pro
cent beperken tot 55 procent. Verderop in
het plan wordt gesteld "dat de
Vervoerregio zich alleen richt op het rele
vante verkeer; doorgaande verkeersstro
men vallen daar buiten, evenals een deel
van het externe vervoer." Definities van
deze soorten verkeer zijn vaag. Maar al met
al betekent het wel dat de groei toch nog
uitkomt op ongeveer 60 procent. De lan
delijke overheid moet dan maar voor de
rest van de beperking van de groei zorgen.
De buitenlandse toeristen vormen hele
maal een aparte categorie. Zij mogen in
2010 niet meer autokilometers maken dan
nu het geval is. Maar dat gaat weer niet op
voor de Zeeuwse recreanten. Kortom, het
plan is in zijn keuzes nogal grillig en
behoudend.
Milieudoelstellingen
De laatste jaren is gebleken dat de lucht
verontreiniging de draagkracht van de
natuur en het milieu heeft overschreden.
Het verkeer levert een grote bijdrage aan
de totale luchtverontreiniging. Zo is het
wegverkeer verantwoordelijk voor een
vijfde deel van de verzuring en voor de
helft van de smogvorming door koolwater
stoffen. Dat is ook doorgedrongen in het
provinciale verkeers- en milieubeleid.
Volgens Kerend Tij en het Regionaal
Verkeers- en Vervoerplan moet de uitstoot
van vervuilende stoffen door het wegver
keer in 2010 met driekwart teruggebracht
worden. Mooie voornemens, maar als er
geen scherpere maatregelen getroffen
worden, zal het daar ook bij blijven.
De katalysator en een schonere motor
bieden niet voldoende oplossing. In het
Structuurschema Verkeer en Vervoer
(SW) wordt namelijk een trendmatige
groei van het verkeer van 1986 tot 2010
van 70 procent voorspeld. Deze groei doet
de positieve effecten van de katalysator en
de schone motor geheel teniet. Om de
milieuvervuiling binnen de perken te hou
den is in het SW gesteld dat het autover
keer tussen 1986 en 2010 met niet meer
dan 35 procent en het vrachtverkeer met
niet meer dan 20 procent mag groeien.
Dat gaat eigenlijk nog lang niet ver
genoeg. Volgens het scenario van de
milieuorganisaties moet het aantal auto
kilometers t.o.v. 1986 ongeveer gehal
veerd en de vrachtautokilometers met
driekwart verminderd worden om natuur
en milieu te ontzien. De taakstellingen van
het Regionaal Verkeers- en Vervoerplan
Zeeland liggen daar ver boven: toename
van het autoverkeer mag met 60 procent
en voor de toename van het vrachtverkeer
is zelfs helemaal geen taakstelling.
12 WANTIJ DECEMBER 1993