ZMF aan boord van de Rijkspolitie te Water ntmunaving Wat er mis ging met de "Aya' Hans Bannink Deze keer een reportage uit de dagelijkse praktijk van de Rijkspolitie te Water, afdeling Delta. Op maandag 8 november j.l. stapte de ZMF aan boord van de P 82 in Hansweert, waar een vriendelijke ontvangst volgde. De politiemensen aan boord, de heren J. Bom, J. van Ginkel en N. Vroman waren bezig met hun onderzoek naar de gang van zaken rond de berging van de Panamese auto-carrier "Aya". Helaas ging daarbij op milieugebied nogal wat mis, zodat de Rijkspolitie te Water een onder zoek instelde. dDe dienst Rijkspolitie te Water is een onderdeel van het landelijke korps Rijkspolitie. De Rijkspolitie te Water zorgt voor het algemeen politie-toezicht op de grote vaarwegen in ons land. De politiemensen letten in hoofdzaak op de beroepsscheeps vaart, de beroepsvisserij, het milieu en de watersport. De Rijkspolitie te Water is vooral actief op rivieren, kanalen en grote wateren als IJsselmeer, Waddenzee en de Zuidhollandse en Zeeuwse stromen. Op de Noordzee oefent ze haar taak in Kustwachtverband uit. Toezicht op scheepvaartverkeer is specia listisch werk. Naast inzicht en kennis van bijzondere wetgeving is uiteraard scheep vaartkennis en ervaring nodig. Uit het gesprek aan boord van de P 82 kwamen enkele nieuwe taken naar voren, zoals de handhaving van de milieuwetgeving en daaraan nauw verbonden, de veiligheid van de scheepvaart. Vraagtekens De bemanning van de P 82 moest voor het politieonderzoek inzake de "Aya" van Hansweert naar Vlissingen-Oost. Daar was de "Aya" inmiddels op de afzinkbare pon ton "Giant 4" geplaatst. Het politieonder zoek richtte zich op het weglekken van olie uit de "Aya." Dat gebeurde tijdens het transport over de Westerschelde en bij het plaatsen van het schip op de ponton in de Sloehaven. Achteraf bekeken zijn er, op die maandag middag van de achtste november, kritische kanttekeningen boven komen drijven. Niet ontkend wordt dat de bergers, ferme jongens - stoere knapen, een flinke klus geklaard hebben. Maar daarbij zijn ze zon der noodzaak nonchalant omgesprongen met mogelijke nadelige milieueffecten, zoals de verontreiniging van de De geborgen "Aya" in de Sloehaven te Vlissingen. In de flank is een groot gat zicht baar. De romp van het schip is met olie besmeurd. Op de voorgrond drijft een "olieboom" die moet voorkomen dat de olie zich verder ver spreidt. Foto: Nico Vroman Westerschelde met een flinke hoeveelheid olie. Daarbij gaat Rijkswaterstaat directie Zeeland, de opdrachtgever tot de berging van het onder de Wrakkenwet geplaatste schip, niet vrij uit. Het tijdens de berging rustige weertype en het wachten op de komst van de grote afzinkbare ponton uit Noorwegen, boden een goede gelegen heid om de aanwezige stookolie uit de brandstoftanks van het gezonken schip over te pompen in een daarvoor te charte ren binnenvaarttanker. Die mogelijkheid was er zeker toen het wrak eenmaal gelicht was en in de stroppen van de hef- bokken hing. Daarmee had voorkomen kunnen worden dat er naderhand onder weg een viertal grote olievlekken werd achtergelaten. Onvoldoende voorzorg Er werden ook te weinig voorzorgsmaatre gelen getroffen tegen verontreiniging van de Sloehaven en het Rammekensschor. Die maandagmiddag was te zien dat er slechts een minuscuul olieschermpje aan één zijde van de ponton lag en dat het Kustwachtvaartuig "Frans Naerebout" een wat groter scherm, maar toch nog van beperkte afmetingen, had neergelegd. Reken daarbij de aanwezigheid van een heel klein oliebestrijdingsscheepje, "Sepia", dan stemde de aanblik van de olie die op het water dreef niet vrolijk. Het wekte ook bevreemding dat ons nationale oliebestrijdingsvaartuig "Smal Agt", dat speciaal voor het opruimen van weggelek te olie naar de Westerschelde was gediri geerd, al weer -veel te snel- de aftocht had 16 WANTIJ DECEMBER 1993

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1993 | | pagina 20