De Zeeuwse berg bouw- en
sloopafval
Wat doen gemeenten en bouwbedrijven er aan?
Erik Ottens
De bedrijfstak bouw is één van de grootste afvalpro-
ducenten in Zeeland. In 1990 kwam in onze provin
cie ruim 220.000 ton bouw- en sloopafval vrij.
Deze hoeveelheid groeit nog. Voor 1997 verwacht
men een aanbod van 241.000 ton. Er zijn twee
mogelijkheden om deze berg te verkleinen:preventie
en hergebruik.
De hoeveelheid afval die momen
teel wordt voorkomen is gering.
Doelstelling van de provincie is
om in 1997 5% van het aanbod
bouw- en sloopafval te voorkomen. De
provincie schat dat het percentage herge
bruik van bouw- en sloopafval momenteel
op ongeveer 60% ligt. Men streeft naar een
percentage hergebruik van 80% in 1997.
Bouwverordeningen
Er moet dus nog heel wat werk verzet wor
den om deze doelstellingen te bereiken.
Zeeuwse gemeenten en bouwbedrijven
kunnen hierin een grote rol spelen. Zij
beschikken over diverse instrumenten die
van de berg bouw- en sloopafval een heu
vel kunnen maken. Gemeenten kunnen
bijvoorbeeld in de bouwverordening het
scheiden van bouw- en sloopafval ver
plichten. Ook kunnen zij bij gronduitgifte
eisen stellen aan de bouwmaterialen die
mogen worden gebruikt. Bouwbedrijven
hebben directe invloed op het aantal frac
ties waarin het afval wordt gescheiden. Ze
kunnen hun bouw zo inrichten dat zo min
mogelijk afval ontstaat.
Enquête
Wat doen de Zeeuwse gemeenten en
bouwbedrijven nu aan preventie en herge
bruik van bouw- en sloopafval? Om daar
achter te komen heeft de Zeeuwse
Milieufederatie zowel onder de gemeen
ten als de bouwbedrijven een enquête
gehouden.
De gemeenten in de regio Walcheren en
Noord-Beveland blijken het verst gevor
derd met scheiden van bouw- en sloopaf
val. Vlissingen bijvoorbeeld kent een lijst
"algemene voorwaarden bij sloopvergun
ningen", waarin de sloper verplicht wordt
het afval te scheiden in de fracties che
misch afval, puin, hout, metalen, pvc en
overig. Gemeenten op Zuid-Beveland ken
nen de geringste verplichting tot schei
den: gemiddeld slechts twee fracties.
In een reactie op de uitkomsten (zie ook
tabel 1) zegt ing. O. van den Eloek van de
Centrale Dienst Gemeentewerken verrast
te zijn: "Ik dacht dat de gemeenten in
Zeeland verder zouden zijn met het ver
plichten van het scheiden van houw- en
sloopafval".
Uit de enquête komt verder naar voren dat
gemeenten voor het verminderen van de
berg bouw- en sloopafval eigenlijk alleen
het instrument van verplichting tot afval
scheiding zien. Het voorkomen dat afval
ontstaat - preventie - is veel minder in
beeld.
Bouwbedrijven
De mate waarin bouwbedrijven het bouw
en sloopafval scheiden staat in tabel 2.
J. Van der Linde van Bouwbedrijf De Delta
uit Middelburg zegt in een eerste reactie
op deze resultaten dat het gaan scheiden
van bouw- en sloopafval zeer projectafhan-
kelijk is. "De resultaten geven daarom
Tabel 1: fracties waarin Zeeuwse gemeenten verplichten het bouw- en sloopafval te scheiden.
Fractie bouw- en
Percentage Zeeuwse gemeenten waar betreffende
sloopafval
fractie moet worden gescheiden uit:
Bouwafval
Sloopafval
puin
67%
63%
metalen
40%
43%
chemisch afval
100%
70%
papier-karton
3%
0%
hout
53%
47%
kunststof
43%
43%
glas
7%
3%
geen verplichting
-
23
onbekend
-
7%
l) betreft vrijwel alleen PVC
Tabel 2: fracties waarin Zeeuwse bouwbedrijven het bouw-
en sloopafval scheiden.
Fractie bouw- en
Percentage van de Zeeuwse bouwbedrijven
sloopafval
die betreffende fractie scheiden:
puin
86%
metalen
36%
chemisch afval
100%
papier-karton
14%
hout
64%
kunststof
7%
glas
21
l) betreft vrijwel alleen PVC
11
WANTIJ JUNI 1995