Duurzame stad kan ramp in de
ruimtelijke ordening voorkomen
ECOLOGISCHE VOETAFDRUK
Willem de Weert
In de ruimtelijke ordening dreigt een ramp. Iedereen
in Nederland wil meer: meer huizen, meer wegen,
meer bedrijventerreinen, maar ook meer ruimte
voor recreatie en natuur. Nederland wordt één chao
tische bouwplaats. Het concept van de duurzame
stad kan echter uitkomst bieden.
Wantij sprak over dit concept
met Jan Goedman uit
Middelburg. Hij is Senior
Beleidsmedewerker bij de
Rijksplanologische Dienst in Den Haag.
Daar coördineert hij het studieprogramma
naar duurzame ontwikkeling van stedelij
ke systemen. Ook heeft hij een eigen
onderzoeksbureau.
Wat moet je je voorsteilen bij een
ecologische of duurzame stad?
Goedman: "Kort gezegd: een stad die zo
min mogelijk beslag legt op de milieuge
bruiksruimte. Een stad gebruikt veel meer
ruimte dan haar eigen grondgebied. Dat
komt omdat er allerlei dingen de stad in-
en uitgaan, bijvoorbeeld energie, water,
verkeer en afval die ook ruimte vergen. In
de duurzame stad is er niet alleen aan
dacht voor het grondgebied van de stad
zelf, maar ook voor die aan- en afvoer. We
zien dan de 'ecologische voetafdruk'. Die
is veel groter dan de bebouwde kom van
de stad zelf. Neem alleen al de ruimte die
buiten de stad nodig is om voedsel voor de
inwoners te produceren. De ecologische
voetafdruk geeft het werkelijke ruimtebe
slag weer. De hoeveelheid ruimte die
Nederland bijvoorbeeld nodig heeft voor
het bestaan is veertien keer zo groot als
ons land zelf (zie illustratie). Dat is een
gebied dat Nederland, België en de helft
van Frankrijk omvat. Die ruimte slokken
we elders op, in de ontwikkelingslanden
bijvoorbeeld voor het winnen van grond
stoffen. In mijn ogen is die voetafdruk
onverantwoord groot."
Hoe ziet de duurzame, ecologische
stad eruit?
Goedman: "Dat zijn we aan het onderzoe
ken. We concentreren ons op het ver-
keersnetwërk en het waternetwerk. Je
kunt de duurzame stad zichtbaar vormge
ven op basis van deze twee netwerken.
Dat kan in het klein op het niveau van de
wijk, maar ook in het groot. Een paar voor
beelden om dit duidelijk te maken. Je legt
voor het verkeer op de korte afstand een
netwerk van fietspaden aan, terwijl je voor
het verkeer binnen en tussen de steden
voor goed openbaar vervoer zorgt. Ook
het waternetwerk kun je zichtbaar maken.
In de steden van nu blijft dat netwerk gro
tendeels verborgen in leidingen en buizen.
In de duurzame stad wordt het waternet
werk weer zichtbaar. Regenwater wordt
niet direct door het riool uit de wijk
gespoeld, maar vastgehouden: de vijvers
vormen een buffer tegen verdroging en
kunnen als zuiveringsmoeras en voor
recreatie dienen. Op grotere schaal kun je
het waternetwerk in een regio voor de
landbouw en voor natuurontwikkeling
gebruiken."
Is de ecologische stad een visioen?
Wordt ze ooit werkelijkheid?
Goedman: "Er zijn al voorbeelden van de
ecologische stad, in binnen- en buitenland.
De Braziliaanse stad Curitiba is door de
Verenigde Naties tot Ecostad uitgeroepen.
Voor de uitbreiding van Curitiba is .een
geïntegreerd openbaar vervoerssysteem
ontwikkeld: de dichtheid van de bebou
wing varieert met de afstand tot de voor
naamste buslijnen. Vanuit de opvatting dat
'iedere rivier het recht heeft te overstro
men' is het waternetwerk gebruikt als dra
ger voor de omvangrijke groenstructuur.
Voor de zuivering van afvalwater wordt
gebruik gemaakt van meren en moerasge-,
bieden nabij de rivieren.
In eigen land zijn de wijken Morra Park in
Drachten, Ecolonia in Alphen aan de Rijn,
Ecodus in Delft en de Waalsprong in
Nijmegen pogingen tot ecologische stads
uitbreiding. In Zeeland is nog weinig
gebeurd. De studie naar "de Tuin van
Walcheren" van adviesbureau De Hoog
kan een nieuw tijdperk in de ruimtelijke
ordening van Zeeland inluiden."
De ecologische voetafdruk van Nederland is 14 keer zo groot als Nederland zelf. Illustratie: Rijksplanologische Dienst.
4 WANTIJ DECEMBER 1995