Wetlandwachten gaan
bedreigingen signaleren
Zeeland in de top van belangrijke watervogelgebieden
Jan-Willem Vergeer
Onlangs verscheen bij Vogelbescherming Nederland
een nieuw overzicht van belangrijke vogelgebieden
in Nederland. Een bewerking van door vele ama
teur- en professionele vogelaars verzamelde telgege
vens uit de periode 1987-1991, levert een beeld op
van de voor vogels belangrijkste natuurgebieden in
Nederland. Zeeland telt maar liefst acht van dergelij
ke gebieden en hoort daarmee tot de top. Wetland-
wachten gaan bedreigingen voor deze gebieden sig
naleren.
Het telmateriaal van de vogelaars
werd getoetst aan twee interna
tionale overeenkomsten: de mon
diale Wetlands-Conventie en de
Vogelrichtlijn van de Europese Unie.
Een gebied wordt als wetland van interna
tionale betekenis beschouwd als op een
bepaalde tijd van het jaar tenminste één
procent van de populatie van een vogel
soort van het gebied gebruik maakt. Alle
gebieden die aan deze één-procentsnorm
voldoen, verdienen bescherming op grond
van de Europese Vogelrichtlijn. Daarnaast
worden vogelgebieden als belangrijk
bestempeld als ze van levensbelang zijn
voor soorten die in Europa bedreigd wor
den of zeldzaam en kwetsbaar zijn.
Veruit de meeste Nederlandse belangrijke
vogelgebieden vinden we in de
Waddenzee, de Deltawateren, de grote
rivieren en de veenmoerassen. Vrijwel al
deze gebieden voldoen zowel aan de
Wetland-norm als aan de Europese
Vogelrichtlijn.
Scheldes
De volgende acht (deels) in Zeeland gele
gen gebieden voldoen aan de zwaarste
kwalificaties en kunnen dus met recht
belangrijke vogelgebieden genoemd wor
den: de Voordelta, het Volkerakmeer, de
Grevelingen, de Oosterschelde (inclusief
inlagen), het Zoommeer, het Veerse Meer,
de Westerschelde (inclusief Saeftinghe) en
de Yerseke en Kapelse Moer. Veruit het
hoogste aantal vogelsoorten dat voldoet
aan de strenge eisen om een wetland een
belangrijk vogelgebied te noemen, vinden
we in de Ooster- en Westerschelde (zie
Tabel 1).
Landelijk gezien kunnen de beide
Scheldes zich meten met natuurgebieden
van grote faam als de Waddenzee, het
IJsselmeer en de Oostvaardersplassen.
Gezamenlijk vormen deze vijf de absolute
top in Nederland, wat betreft het interna
tionale belang voor vogels. Overigens is
het belang van gebieden als de
Grevelingen, het Volkerakmeer en het
Veerse Meer ook niet gering; het aantal
kwalificerende soorten ligt in deze gebie
den nog altijd ruim boven het gros van de
overige belangrijke vogelgebieden in het
land.
Het Nederlandse deel van het Zwin vol
doet niet aan de Wetlands-Conventie-crite-
ria, maar met het Belgische deel erbij vol
doet het wel aan de Europese
Vogelrichtlijn.
Watervogels
Tabel 2 geeft een beeld van de vogelsoor
ten die in Zeeland aan de criteria van de
Wetlandsconventie en/of de Europese
Vogelrichtlijn voldoen. Het accent ligt dui
delijk op steltlopers, ganzen, sterns, een
den en andere watervogels. De Zeeuwse
vogelgebieden blijken vooral van belang te
zijn voor in groepen trekkende of over
winterende vogels en voor koloniebroe
ders. Soorten die meer verspreiding ken
nen, zullen immers niet zo snel de één pro
centsnorm in één gebied halen. Daar staat
tegenover, dat ze door die grotere sprei
ding ook minder kwetsbaar zijn voor
ingrepen in hun leefgebieden.
TABEL 1.
Overzicht van alle in Zeeland gelegen belangrijke vogelgebieden.
naam gebied oppervlakte percentage aantal kwalificerende
in hectare beschermd broed niet broed
gebied soorten soorten
Voordelta
107.000
<1%
0
2
Volkerakmeer
6.300
54%
5
9
Grevelingen
13.580
68%
4
11
Oosterschelde
36.880
65%
3
19
Zoommeer
900
24%
3
2
Veerse Meer
3-010
83%
1
8
Westerschelde
28.400
3%
5
18*
Saeftinghe
3-500
100%
1
Yerseke/
490
66%
0
1
Kapelse Moer
*Westerschelde inclusief Saeftinghe