Milieugebruiksruimte als concept voor duurzame ontwikkeling Gerda Spaander De Zeeuwse Milieufederatie vindt milieugebruiksruimte een bruikbaar concept om duurzame ontwikkeling vorm te geven. Het begrip kan dienen om grenzen vast te stel len. Bijvoorbeeld grenzen aan de uitstoot van verontrei nigende gassen in een gebied of grenzen aan de mestafzet. De Zomeruniversiteit Zeeland besteedde een dag studie aan milieugebruiksruimte als concept voor duurzame ontwikkeling. Duurzame ontwikkeling is in korte Otijd als begrip behoorlijk ingebur gerd. Het wordt geregeld opge voerd als manier waarop het verder moet gaan met de provincie, met Nederland, met de wereld. Onder duur zaam kan van alles worden verstaan, maar de meest gangbare omschrijving is "een ontwikkeling die voorziet in de behoefte van de huidige generatie, zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijk heid in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien". Maar hoe moet die ontwikkeling er dan uit zien? Hoe veel ruimte bieden de natuurlijke hulpbronnen? Hoeveel verontreiniging kan de wereld verwerken? Hoe kunnen de beschikbare grond en grondstoffen eerlijk verdeeld worden? Om op dit soort vragen antwoord te krijgen is het begrip 'milieugebruiksruimte' geïntro duceerd. Over dit begrip, de inhoud, de kanttekeningen, de toepassing ervan in het beleid en met name bij twee Zeeuwse milieuvraagstukken, werd op 28 augustus een studiedag georganiseerd. Grenzen T. Warns, beleidsmedewerker van Milieudefensie, stelde om te beginnen dat het Nederlandse milieubeleid tot nu vooral een beleid is geweest om uitstoot van schadelijke stoffen te beperken. Dat is voor een deel ook geslaagd. Wat nog ontbreekt is een beleid waarbij ook gestreefd wordt naar sterk terugdringen van het grond stoffenverbruik. Aangezien de aarde een eindige hoeveelheid grondstoffen herbergt en kan voortbrengen is het nodig aan het gebruik daarvan grenzen te stellen. De milieugebruiksruimte is de totaal op de wereld aanwezige bruikbare hoeveelheid natuurlijke materie, als die wordt verkregen op een manier die ook in de toekomst houdbaar is. Uitgangspunt daarbij is dat iedere wereld burger recht heeft op een even groot aan deel in die voorraad, nu en in de toekomst. Dit principe houdt overigens niet in dat iedereen op dezelfde manier zou moeten gaan leven: de invulling ervan is ieders eigen zaak. Berekenen Het berekenen van onze voorraad is uiter aard geen eenvoudige zaak. Milieudefensie heeft een poging gedaan om de milieuge bruiksruimte te berekenen voor energie, water, niet vernieuwbare grondstoffen, agrarische grondstoffen en bos/hout in 2010, daarbij uitgaande van een wereldbe volking van 7 miljard mensen. De resulta ten daarvan zijn te vinden in het rapport 'Nederland duurzaam'. Om een idee te geven van wat er bij zo'n rekenpartij zoal komt kijken een voorbeeld voor energie: •inschatten wat de winbare voorraden zijn (maar waar ligt de grens tussen wel en niet winbaar, als het gaat om milieuschade en moeite?); •vaststellen welke milieu-effecten nog aan vaardbaar zijn (door verzuring, waterver vuiling en afval) •en vooral: het verhoogde broeikaseffect bepalen (hoe hoog mag de jaarlijkse tem peratuurstijging zijn, met welke gevolgen is nog te leven?). Bonnenboekje De uitkomst van het energie-rekensomme tje laat zien dat de C02-uitstoot in 2010 met 60 omlaag moet, en in 2030 nog maar 15 van het huidige niveau zou moe ten bedragen. Dit is niet hetzelfde als een energieconsumptie van 15 dat hangt af van de manier waarop er tegen die tijd energie geproduceerd wordt. In de wetenschap dat een gemiddelde wes terling minstens tien maal zoveel energie en grondstoffen consumeert als een derde wereld-burger is het verrassend Theo Warns te horen stellen dat het huidige westerse welvaartspeil haalbaar is voor heel de wereld. Het besef van een beperkte milieu gebruiksruimte kan een zodanige stimulans aan industriële ontwikkelingen geven, dat er met minder veel meer gedaan kan wor den. Bijvoorbeeld zo bouwen dat gebou wen gemakkelijk aangepast kunnen worden wanneer ze te groot, te klein of slecht Kan het begrip milieugebruiksruimte dienen voo in Zeeland nog meer ruimte is voor mestvarkens 14 WANTIJ oktober'96

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1996 | | pagina 14