Deksel van het Zeeuwse
riool gelicht
Tjeu van Mierlo
De Zeeuwse Milieufederatie heeft 14 rioleringsplannen
van Zeeuwse gemeenten (GRP's) beoordeeld. Dat zijn
plannen waarin de gemeente haar rioleringsbeleid voor
een aantal jaren vastlegt. Die GRP's blijken meestal wei
nig concreet, ook zit er nauwelijks milieubeleid in. Maai
er ontbreekt nog meer.
Rioleringen zijn zelden een spraak-
r makend onderwerp. Het transport
van ons afvalwater door de rioolbui
zen naar de waterzuiveringsinstalla
tie zie je niet. Waarom zou je je er druk om
maken? Ook bestuurders maken liever
goede sier met een dorpshuis of met een
sporthal dan met de aanleg van riolering.
hoofdstuk over preventie zoek je tever
geefs. Door onwetendheid van burgers
komen er nog vaak stoffen in het riool die
er niet thuis horen. En schoon water hoeft
eigenlijk het riool niet in. Soms lukt het
met afkoppeling van een dakgoot van een
schuurtje water in een regenton op te van
gen of water in de bodem te infiltreren. Het
verminderen van drinkwaterverbruik is een
onderwerp dat eveneens past in een GRP.
Visionair
De Zeeuwse GRP's zijn geen beleidsstuk
met visionaire inhoud. Een brede integrale
visie op rioleringsbeleid vind je nergens.
Dus komt er geen antwoord op vragen als:
moeten we meer infiltreren dan per riool
afvoeren en wat is de afstemming van het
rioleringsbeleid met het bestemmingsplan?
Veel plannen zijn het karakter van het oude
basisrioleringplan nog niet ontgroeid.
Daarin ging het vooral over de techniek van
O"
Overstort
Bron: "Riolering"
nov '96
Belang
Toch is extra aandacht voor rioleringen niet
overbodig. Want de kwaliteit van natuur en
leefomgeving wordt er door beïnvloed.
Riooloverstorten, dat zijn nooduitlaten bij
stevige stortbuien, kunnen voor verontrei
nigingen zorgen. Riolen kunnen lekken.
Consumenten en bedrijven kunnen schade
lijke stoffen in het riool brengen die er
door de waterzuivering niet of onvoldoen
de worden uitgehaald en in bijvoorbeeld de
Wester- of Oosterschelde terecht komen.
Een goed functionerend riool is daarom
niet alleen van belang voor de volksgezond
heid, maar ook voor natuur en milieu.
Wettelijk
Hoe gemeenten met hun riolering omgaan
hoort in een GRP te staan. Zo'n plan is
sinds 1994 wettelijk verplicht. Maar in 1996
waren nog heel wat gemeente bezig met
het opstellen van zo'n j&lan. Sommige
zagen er, met de gemeentelijke herindeling
in het vooruitzicht, maar helemaal vanaf,
zoals Domburg en Arnemuiden.
Een GRP behoort een breed scala aan
beleidsonderwerpen te bevatten. In de wet
zijn daarover afspraken gemaakt. Het gaat
dan onder meer om een beschrijving van
de riolering, het beleid voor het buitenge
bied, de waterkwaliteit, de gevolgen voor
het milieu en het overleg met andere over
heden. In de huidige Zeeuwse plannen
komen die onderwerpen lang niet allemaal
aan de orde.
Verspreide lozingen
De gevolgen voor het milieu krijgen weinig
aandacht. Zo is er in de plannen niets terug
te vinden over probleemoverstorten en de
effecten daarvan op planten en dieren in
sloten en kreken. Ook vind je nergens
terug wat de gevolgen voor de natuur zijn
van niet op de riolering aangesloten bebou
wing in het buitengebied.
In Zeeland zijn er nog zo'n 6200 ongerio-
leerde lozingen in het buitengebied. In
sommige gemeenten treffen we er nog tien
tallen. Als je de GRP's leest valt op de grote
terughoudendheid van gemeenten in de
uitvoering van de zorgplicht voor hun bui
tengebied. Een afgewogen beleid om die
verspreide lozingen aan te pakken is er
meestal niet.
Preventie
Over de situatie van de vergunningverle
ning lees je niets in GRP's, ook naar een
het rioleringssysteem.
Om tot een goed plan te komen moeten
gemeenten wettelijk afstemmen met water
schap, provincie en Inspectie Milieu
hygiëne. Met de Inspectie bijvoorbeeld wor
den zelden of nooit gesprekken gevoerd.
De Inspectie vindt GRP's gewoon niet
belangrijk genoeg. Als gemeenten om com
mentaar vragen, reageert de Inspectie vaak
zelfs niet!
De eerste Zeeuwse gemeentelijke
rioleringsplannen kennen dus
nogal wat tekortkomingen.
Daarom zal in de tweede genera
tie plannen een flinke inhaalslag
gemaakt moeten worden.
Plaatsen die het nu nog helemaal
zonder plan stellen, zouden dan
in een klap bij de tijd moeten
zijn.
(De beoordeling van Zeeuwse GRP's is op
te vragen bij de ZMF.)
Tjeu van Mierlo is coördinator van de Zeeuwse
Milieufederatie.
WANTIJ maart '97