Oernatuur en nieuwe bossen Richard Struijk Wat lijkt makkelijker dan onderuit gezakt in je luie stoel te kunnen genieten van de televisienatuur? Velen geven echter de voorkeur aan de "reality", zoals alleen buiten te beleven valt. Het Zeeuws landschap met zijn blauwe luch- daar lachen de rietorchissen ons toe, die zich vanaf smalle kerkenpaden laten be wonderen. Plaatselijk zien vroegere weiden rood. Sinds het konijn als gevolgen van virusziekten vrijwel uit het landschap is ver dwenen, sneuvelen weinig bloeistengels. Weidevogels Helaas, waar vroeger nog kieviten duikel den, grutto's hun roep lieten horen en een mens van hun kleinere broers tureluurs ten, voorbij zeilende wolken, wijde verten en grote water oppervlakten zal ook in 2030 nog veel te bieden hebben. Tussen zeeasters en lamsoren is het tgoed toeven. Waar enkele decennia geleden nog aardappels en bieten de zee hoorden ruisen, ligt nu een schit terende paarse gloed over het landschap. Land, ooit aan de zee ontrukt, omgezet in vruchtbare akkers, maar weer teruggegeven aan Moeder Natuur. Deze weet er wel weg mee. Tijdens hoge vloeden dringt het zilte nat ver landinwaarts, kreken en kreekjes uitschurend als in het verleden. Duizenden steltlopers draaien en zwenken, evenals de mens genietend van een stukje oernatuur. Tussen de talrijke liefhebbers, waarvan vele gewapend met kijker en telescoop, mokt een enkele boer. Hij kan zich in het ontpol- deren nog steeds niet vinden. Minnaars van natuurlijke kost zoeken er zeekraal, die garant staat voor een pittig hapje. Of ze de bordjes "Geniet, maar pluk met mate" heb ben opgemerkt? Nieuwe bossen Wanneer de wind opsteekt begeven we ons naar de nieuwe bosgebieden. Ofschoon er nog steeds Zeeuwen zijn, die iets tegen bomen hebben, oefenen oude en nieuwe bossen grote aantrekkingskracht uit op mens én dier. Ze schieten sneller op dan velen voor mogelijk houden. In de kruinen van populieren en wilgen zitten als enorme heksenbezems de eksternesten. Vlaamse gaaien laten zich evenmin onbetuigd. Nu de jacht is uitgebannen en de aangeplante eiken hun vruchten voortbrengen, gaat het ook deze vogels voor de wind. Dankzij hun vergeetachtigheid schieten overal jonge eik- jes op, die het wat stijve bos een natuurlij ker aanzien geven. De damherten, vroeger alleen in de Ekstemesten als heksenbezems in nieuwe Zeeuwse bossen. Foto: Richard Struijk. Rietorchissen kleuren de weilanden. Foto: Richard StruijJ Manteling van Walcheren present, breiden zich dankzij de dekking langzaam uit en vormen in toenemende mate een toeristi sche attractie. Mei- en sleedoorns, rozen van velerlei aard, wilde liguster, gemixed met besdragende cultivars zorgen voor een rijke zangvogel stand. Groepjes groenlingen struinen de viltroos af en de fraai gekleurde putters mogen tot de stamgasten gerekend wor den. De groene specht voelt zich hier steeds beter thuis, zoekt de kleine mieren in gazons en bermen, maar rommelt ook graag tussen de dikker wordende humus- laag. Dat het dichte struweel een bijdrage levert aan een gunstig microklimaat is mooi meegenomen. Orchideeën Nu natuurontwikkelaars steeds vaker de gelegenheid krijgen hun talenten te ontwik kelen, grijpen pioniers hun kans. Hier en werd, is het stil geworden. Ondanks gemaakte afspraken zijn hollebollige, voch tige weilanden omgezet in bieten- en maïs- akkers. Gelukkig brengen smalle kavels met bloemen voor de zaadteelt enige fleur. De leeuweriken doen er het zwijgen toe en de gele kwikstaart zoeken we tevergeefs bij de schaarse met water gevulde greppels. Gelukkig breidt het areaal natuur gebied, waar een vogelkoor ons elk voorjaar weer opwacht, zich langzaam uit. Zeeland bezit in potentie nog volop mogelijkhe den, mits zijn inwoners dat wil len. Niets is den willende onmo- gelijk. Richard Struijk is voorzitter van de KNNV Walcheren. 15 WANTIJ maart '99

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 1999 | | pagina 19