i Stinkend zwart
I prutslootje
Gerard Heerebout
Gedurende heel veel jaren woonden we aan een vies
slootje. Dat zat zo. We wonen sedert 1976 een beetje afge
legen op het platteland. Het huis is gebouwd in 1927 en
de vorige (en eerste) eigenaar heeft nooit de luxe van een
w.c. gekend. In een aangebouwd kotje was op zithoogte
een plank met een gat erinmet daaronder een grote zin
ken ketel. Als die redelijk gevuld was, werd de inhoud op
het mestputje gestort, waar de twee varkens vrolijk knor
rend rondliepen.
sen overlaten. De PZC maakt regelmatig
gewag van sterke staaltjes op dit punt.
Veere (de plattelandsgemeente van
Walcheren) daarentegen heeft kans gezien
met gebruikmaking van subsidies maar
liefst 85 procent van alle bebouwingen aan
te sluiten.
Verbod
De vieze stinkslootjes moeten verdwijnen.
Er komt een verbod om op het oppervlak
tewater te lozen. Alleen als het echt niet
anders kan, zal door het waterschap een
ontheffing verleend worden. Bijvoorbeeld
in kwetsbare gebieden als een aansluiting
meer dan fl. 35.300 gaat kosten; voor min
der kwetsbare gebieden bedraagt dit drem
pelbedrag fl. 20.700. Als de aansluitkosten
lager zijn wordt geen vergunning verleend
om rioolwater op de sloot te lozen. Een
huis zonder rioolafvoer is niet erg bruik
baar! De kosten van aansluiting op de riole
ring moeten opgebracht worden door de
huiseigenaar, maar deze kan een forse sub
sidie krijgen van het waterschap. Echter,
het waterschap betaalt alleen zijn deel als
de gemeente ook subsidieert. Ook de pro
vincie zal een bijdrage leveren.
Toen we het huis kochten hebben we
thet wat gemoderniseerd, bijvoorbeeld
met een heus toilet. Maar waar laat je
dan al dat afvalwater? Er kwam een
grote septictank met een overloop in het
slootje. Dat mocht toen nog. In de zomer
stond er geen water in het slootje, in de
winter een beetje. En hoewel de septictank
jarenlang zonder problemen functioneerde,
was het toch geen ideale voorziening. De
hoeveelheid voedingsstoffen en de grote
zuurstofbehoefte van het er uitkomende
gedeeltelijk gezuiverde afvalwater waren zo
groot, dat het slootje naast ons huis een
vies stinkend zwart prutslootje werd. Elk
jaar schepte ik het met weerzin leeg, zo
goed en zo kwaad als dat ging. Dan kwam
er naast het slootje in de berm een laag
stinkende modder te liggen. We werden op
zo'n manier wel erg met ons eigen afval
geconfronteerd.
Subsidie
Gelukkig maakte de gemeente Goes alweer
een aantal jaren geleden royaal gebruik van
de subsidiemogelijkheden om woningen op
het platteland van riolering te voorzien. Na
het nodige gegraaf werden we aangesloten
op het riool. Nog eenmaal schepte ik, nu
vreugdevol, het vieze slootje schoon.
Binnen enkele jaren herstelde de slootbo
dem zich. Nu is er niet meer te zien hoe
smerig het vroeger was.
Stinkslootjes moeten verdwijnen, ook in Reimerswaal. Foto: Peter Verdurmen.
Laksheid
In Zeeland zijn ruim 6200 woningen niet
aangesloten op de riolering. Voor een
groot deel is dit te wijten aan laksheid van
sommige gemeenten in het verleden. Want
niet alle gemeenten hebben zoals Goes
volop gebruik gemaakt van de toenmalige
subsidieregeling. Reimerswaal heeft de min
ste inspanningen gepleegd: nog geen tien
procent van de bebouwing in het buitenge
bied is op het riool aangesloten. Van deze
gemeente is bekend dat de ruimtelijke
ordening en het milieubeleid nogal te wen-
De gemeenten moesten voor 1
september aangeven welke wo
ningen in aanmerking komen
voor aansluiting op het riool.
Reimerswaal was daarbij. Het is
interessant om te zien hoe men
nu de nalatigheid uit het verleden
gaat compenseren door fors in de
buidel te tasten
Gerard Heereboul is groene waterscbapsbestuurder bij
Zeeuwse Eilanden.
14 WANTIJ oktober'99