Minder mineralen en
bestrijdingsmiddelen
Groen polderen aan de ontbijttafel
Melissa Ernst
Met slaperige ogen en een glaasje jus d'orange in de hand
werd er op 1 juli j. I. om 900 uur 's morgens feestelijk
getoost op de goede samenwerking en een schoon opper
vlaktewater. Reden was de ondertekening van de inten
tieverklaring "Verminderen emissie van mineralen en
gewasbescherming naar de omgeving".
Foto: Jaap Wolterbeek
dDe verklaring komt voort uit een
samenwerkingsproject van het
Zeeuws Agrarisch Jongeren
Kontakt (ZAJK), de Zuidelijke
Land- en Tuinbouworganisatie (ZLTO), de
waterschappen Zeeuwse eilanden en
Zeeuws Vlaanderen, de provincie en de
Zeeuwse Milieufederatie (ZMF). De opzet
is de agrarische sector te stimuleren effi
ciënter om te gaan met mineralen (mest)
en bestrijdingsmiddelen. Een mooi voor
beeld van groen polderen.
Vermesting
Krap een jaar geleden was dit wel anders,
niks geen overleg en samenwerking! Toen
luidde de ZMF de noodklok in de groene
polder. Op locatie, bij de brakke wateren
van Den Inkel in Kruiningen, stelde de ZMF
de vermesting van het oppervlaktewater ter
discussie. De stikstofvervuiling van de
Zeeuwse binnenwateren had een historisch
dieptepunt bereikt. In 97% van de binnen
wateren werd de stikstofnorm flink over
schreden. In nog maar weinig binnenwate
ren was er sprake van een gezonde popula
tie schelpdieren en waterplanten. De
bestraffende vinger wees naar de land
bouw: de grootste stikstofleverancier.
Doen
De discussie in Kruiningen en het beleid
dat het Rijk met het mineralenaangiftesys
teem (MINAS) had. aangekondigd, vormden
voor het ZAJK de aanleiding om aan de slag
te gaan. Tijdens de bijeenkomst van 1 juli
gaf de voorzitter van het ZAJK, Huub
Remijn, aan dat doen belangrijker is dan
discussiëren over wie voor welk deel van
de stikstofverontreiniging verantwoordelijk
is. "Het is belangrijk dat de boer beter
inzicht krijgt in zijn mineralenboekhou-
ding. Want meer mest gebruiken is jammer.
Zowel voor het milieu als voor onze porte
monnee. En dit geldt ook voor het bestrij-
dingsmiddelengebruik". Remijn vindt het
overigens wel belangrijk dat iedereen zich
goed realiseert dat landbouw niet een of
ander industriëel proces is, waarbij alle
variabelen goed te regelen zijn. "We blijven
afhankelijk van de grillen van de natuur,
zoals het weer en ziektes".
Plan
Het samenwerkingsproject begint in okto
ber en zal in totaal 3 jaar lopen. In de eer
ste fase van het project worden duizend
(van de 6000) agrarische ondernemers
voorbereid op de introductie van MINAS. In
de tweede fase gaan rond de 250 boeren
aan de slag. Jaarlijks zullen zij een plan
maken om op hun bedrijf zuiniger om te
kunnen gaan met mest en/of bestrijdings
middelen. Met behulp van een nog te
maken Zeeuws handboek en door het bij
wonen van studiebijeenkomsten en be-
drijfsexcursies naar voorlopers, willen de
boeren de benodigde kennis vergaren,
zodat het mogelijk wordt vooruit te lopen
op het landelijk beleid. Het streven is dat
de 250 deelnemers de bemestingsnormen
van het MINAS van 2005 al in 2002 gaan
halen.
Er is nog een lange weg te gaan.
Het kost tijd voor het binnenwa
ter weer gezond is. Dit project is
voor het bodem- en waterleven
een belangrijke stap voorwaarts.
Dit geldt ook voor de samenwer
king. Hoewel de partners met
veel enthousiasme samen aan de
slag gaan, blijft samenwerking
tussen verschillende belangenpar
tijen een proces van aftasten,
proeven en leren. Voor de ZMF is
het nog meer dan voorheen
belangrijk om niet alleen een kri
tische, maar ook een constructie
ve bijdrage te leveren aan het
project
Melissa Ernst is projectmedewerker duurzame landbouw
bij de Zeeuwse Milieufederatie.
11 WANTIJ oktober'99