1 Locatie van het kassencomplex bij het Sloegebied. Kaart: MER-rapport. kunnen komen, zoals de Koegorspolder. Die polder is recentelijk door het georga niseerde bedrijfsleven als vestigingsplek naar voren geschoven Achterban Haar reactie op de MER en de streekplan- uitwerking glastuinbouw heeft de ZMF samen met de georganiseerde achterban, die actief is in de drie onderzochte glas tuinbouwgebieden, opgesteld: Zeeuws landschap. Natuurmonumenten, BZZB en de Planologiewerkgroepen van Walcheren, Beveland en de Steltkluut. Kern van de reactie is dat de realisatie van grootschali ge glastuinbouw in onze provincie aan een aantal voorwaarden moet voldoen. Een van die voorwaarden is absolute ont koppeling. Hiermee wordt bedoeld dat groei van glastuinbouw in Zeeland enkel aan de orde kan zijn, wanneer de totale milieudruk in Nederland als gevolg van de glastuinbouw, vermindert. Dat is te berei ken door autonome of verdere groei van deze bedrijfstak te voorkomen. Maar ook door verouderde bedrijfsvoering in de Randstad te beëindigen en te vervangen door bedrijven die werken met een geslo ten systeem. Daardoor kunnen bestrij dingsmiddelen niet in het milieu komen, wordt afvalwater hergebruikt en restwarm te van industriële bedrijven in de buurt benut. Het streven van de ZMF is glastuin bouw die zo weinig mogelijk energie, water, meststoffen en chemische bestrij dingsmiddelen gebruikt. Maximaal Glastuinbouw met maximaal milieurende ment vraagt ook om gesloten systemen voor emissies, C02 en energie en om een duurzame afvalverwerking. Hier hoort ook een gesloten waterinfrastructuur bij met maximale benutting van collectieve regen- wateropvang en waterzuivering én infiltra tie van overtollig regenwater in de bodem. Als grootschalige glastuinbouw buiten industrieterreinen wordt ontwikkeld wor den het landelijk gebied en soms ook de natuur aangetast. Dat vraagt niet alleen om compensatie van het verlies aan natuurwaarden maar ook om toepassing van het beginsel 'rood voor groen'. Dat wil zeggen dat naast deze economische investering, ook een investering plaats moet vinden in een versterking van de kwaliteit van platteland, leefomgeving en de leefbaarheid van de dorpen. Concentratie Heel belangrijk vindt de ZMF de voor waarde dat de provinciale overheid enkel nog concentratie duldt. Gespreide ontwik keling van de kassen is uit den boze. Alleen met concentratie kan optimaal geprofiteerd worden van de mogelijkheid tot milieuvriendelijke productie en wordt versnippering van het landschap voorko men. Strijdig hiermee is het recente stand punt van Gedeputeerde Staten om naast Nieuwdorp een beperkte concentratie van kassen in de Kanaalzone toe te staan om in de regionale vraag van Zeeuws- Vlaanderen te voorzien. Hiermee wordt meteen al weer het principe van één loca tie over boord gegooid en dreigen Gedeputeerde Staten opnieuw te verval len in het verguisde beleid van spreiding, dat zij nu juist met de MER en de streek planuitwerking willen voorkomen. WCL in de knel Mocht het glas bij Nieuwdorp zich uitein delijk toch aandienen, dan is de geplande uitbreiding vanuit de Quarlespolder naar het oosten, richting het Waardevol Cultuur Landschap van de Zak, niet ver teerbaar. Zo'n keuze grijpt te fors in op het karakter van het open gebied in het westen van de Zak van Zuid-Beveland en op de overgang naar het oudland (klein schalig polderland). Logischer is dan om zonodig naar het westen, richting het ste delijk gebied van Middelburg uit te brei den. Borsele en Middelburg dienen dan samen een inrichtingsvisie op te stellen. Grootschalige kascomplexen grij pen diep in op het landschap, op de schaarse ruimte en de kwali teit van de leefomgeving. Daarom vraagt het verkassen van glas uit de Randstad een om wel overwogen beleidskeuze met harde voorwaarden. Voorop staat een duurzame landbouw gecon centreerd op één plek Tjeu van Mierlo is coördinator van de Zeeuwse Milieufederatie Lokatie Zuid-Beveland West Kaart 5 lokatie Zuid-Beveland West 780 ha dienst landelijk gebied voor ontwikkeling en beheer echaal 1 25000 6 WANTIJ oktober '00

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2000 | | pagina 6