Nieuwe milieubeleidsplan strandt bij tewaterlating Tjeu van Mierlo Nu de relatief gemakkelijke milieuproblemen in Zeeland zijn opgelost, blijven de weerbarstige over. Moeilijke pro blemen kunnen worden aangepakt met een krachtig plan en met een doelgerichte sturing van de overheid. Het nieuive Zeeuwse milieubeleidsplan 'Groen licht' mist die kracht en sturing. Het plan strandt al bij de tewaterla ting. In de voorbije jaren zijn de gemakke- Ilijke milieuproblemen aangepakt. Voorbeelden zijn het inzamelen van chemisch afval, hergebruik van 1 bouw- en sloopafval, verbod op de pro ductie van cfk's. Het ligt voor de hand dat in een nieuw milieubeleidsplan voor Zeeland met kracht wordt gewerkt aan de hardnekkige, soms grensoverschrijdende milieuproblemen zoals verzuring, broei kaseffect, lozing van giftige stoffen, ver vuiling van het water en de groeiende afvalberg. Maar dat gebeurt niet. Bij nieu we beleidsthema's zoals bedrijvigheid, ste delijke leefomgeving en landelijk gebied, ontbreken heldere doelstellingen die in een gestelde tijd bereikt kunnen worden. Milieubeleid heeft een krachtige impuls nodig om tot uitvoering te komen. 'Groen licht' levert die aansporing allerminst. Met pappen en nathouden bewijzen we het milieu absoluut geen dienst. Prikkels, afspraken en regels Het milieubeleid is de laatste jaren com plexer geworden en steeds breder. Het gaat niet langer alleen om thema's als overbemesting en verzuring van het milieu. De kwaliteit van de leefomgeving en de ruimtelijke ordening bijvoorbeeld krijgen steeds meer aandacht. Verder zijn er vele maatschappelijke partijen betrok ken geraakt bij de uitvoering van beleid. Een heldere sturing door de provinciale overheid is dan noodzakelijk. Dat kan met gerichte, economische prikkels zoals heffingen en subsidies. Maar ook door goede afspraken met de afzonderlijke doelgroepen te maken over de aanpak van milieubeleidsplan biedt niets van dat alles. Juist nu het er op aan komt, maakt het plan een lauwe indruk. Met dit nieuwe plan boet het Zeeuwse milieubeleid aan betekenis in. Duurzaam Een nieuw Zeeuws milieuplan mag niet bedoeld zijn voor de onderste bureaulade. Om het plan op tafel te krijgen zijn er diverse mogelijkheden: Er moeten concrete doelen komen die stellen wat er over zes jaar bereikt moet zijn, bijvoorbeeld dat dan de uitstoot van alle giftige stoffen onder de norm moet zijn. In het plan moet de keuze gemaakt worden voor een duurzame Zeeuwse samenleving. Duurzaam betekent bijvoor beeld opwekking van energie door wind, zon en biomassa, fabrieken die geen ein dige grondstoffen gebruiken en biologi sche landbouw. Nieuwe bedrijven zijn alleen welkom als ze voldoen aan duur zaamheidcriteria. Bedrijven als Pechiney en de kerncentrale Borssele zouden zich dan niet meer in Zeeland kunnen vesti gen. Het plan krijgt ook meer kracht als de provincie een duidelijker stempel drukt op gebiedsgericht beleid. Dat kan door eigen kwaliteitseisen voor bepaalde gebie- specifieke milieuproblemen. En natuurlijk door heldere regels vast te leggen in de provinciale milieuverordening Overheid In 'Groen licht' heeft de provincie het roer uit handen gegeven. De provincie ver trouwt erop dat de komende jaren organi saties en instanties als landbouw, recreatie en gemeenten milieubeleid als vanzelf sprekend uitvoeren. De oude methode van zelfregulering wordt in het nieuwe plan zelfs uitgebreid. Beseft de provincie wel dat doelgroepen zoals de landbouw, de recreatie en de industrie, milieupro blemen niet vanzelf en spontaan oplos sen? Dat is toch in de voorbije jaren wel gebleken. Bij milieubeleid is nu eenmaal een sturende overheid nodig. Een gezonde leefomgeving vraagt om een krachtig plan, een heldere koers en een pittige regisseur. Het nieuwe Zeeuwse den in het plan op te nemen en door zelf beleid voor de samenwerking met andere partijen te formuleren. Economische groei Ook de komende jaren zal de economi sche groei het terugdringen van de milieu druk in Zeeland in de weg staan. Om eco nomische groei samen te laten gaan met een absolute vermindering van de milieu belasting is eveneens een concrete aanpak nodig. Anders blijft absolute ontkoppeling van milieu en economie een loze kreet. Dergelijke fundamentele keuzes prikkelen het debat. Nu maakt het nieuwe beleidsplan nauwelijks iets los Tjeu van Mierlo is coördinator van de Zeeuwse Milieufederatie. 11 WANTIJ december'00

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2000 | | pagina 15