ositieve rol boeren in landschap Proeftuin West Zeeuws-Vlaanderen Peter Maas Ze stamt nog uit een vorige, bijna alweer vergeten poli tieke generatie: Geke Faber, staatssecretaris voor natuur uit het tweede Paarse kabinet. Zij deed de nota "Natuur voor mensen, mensen voor natuur" het licht zien. De strekking van deze nota is: Nederland moet groener en het bestaande instrumentarium schiet daarvoor tekort. Ze wil het landschap een kwali teitsimpuls geven door het realise ren van een groen-blauwe doora dering in het landelijk gebied, bui- n de Ecologische Hoofdstructuur om. ht gebieden in Nederland zijn aangewe- n om uit te zoeken hoe je dat in de aktijk kunt brengen. Een ervan is de oeftuin West Zeeuws-Vlaanderen. De oeftuin is circa 7000 hectare groot en t tussen Cadzand, Breskens, Oostburg Sluis. egelingen en groen-blauwe dooradering van het ndelijk gebied, waar zowel landschap, atuur, recreatie en niet te vergeten de ndbouw van opkikkeren. Een ambitieu- e doelstelling die (veel) geld gaat kosten, de Proeftuin moet onderzocht worden aar de huidige regelingen voor bijvoor- eeld inrichting en beheer van natuur en 'ndschap tekortschieten. Welke vergoe- ingen moeten omhoog, welke voorschrif- n moeten versoepeld enzovoorts, 'gelopen zomer heeft Gedeputeerde taten van Zeeland het plan vastgesteld, 'et is opgesteld door de Provincie eeland en de Dienst Landelijk Gebied in auw overleg met landbouw, natuur, emeenten en waterschap laatselijke boer et uitgangspunt is dat in dit gebied glo- aal tien procent van de oppervlakte ordt omgezet in een of ander land- chapselement dat recht doet aan een roen-blauwe dooradering. Nadrukkelijk 'ordt gesteld dat die tien procent voor et grootste deel in handen moet blijven van de landbouw. De plaatselijke boer moet in de gelegenheid worden gesteld om de aders zelf te beheren. Dit alles op vrijwillige basis. Het is niet bedoeling om het wiel opnieuw uit te vinden. Daarom wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de bestaande regelingen. Er worden wel voorstellen gedaan om de regelingen aan trekkelijker te maken. Je krijgt weinig boe ren enthousiast om bijvoorbeeld een knotwilg te onderhouden voor niet meer dan 3,5 per jaar. Daar moet geld bij. En als je een laaggelegen, vochtig weiland wilt laten begrazen, maar volgens de regels mogen de koeien pas na 1 augustus de wei in, dan heeft de boer een pro bleem. Waar moeten de beesten de eerste maanden van het jaar naar toe? Die regels moeten worden aangepast. Dijken Hoe zou een groen-blauwe dooradering er in West Zeeuws-Vlaanderen uit kunnen zien? Belangrijke aders in het landschap worden gevormd door de talrijke dijken, onder andere rond het Eiland van Cadzand. Deze lijnen kun je versterken door er stroken naastliggende landbouw grond tegenaan te plakken waardoor een brede, groene ader ontstaat. In de strook is vervolgens ruimte om een wandel- of fietspad aan te leggen, wat heggen of stru weel of de voor deze regio zo karakteris tieke knotpopulier aan te planten. Ook sloten lenen zich voor een dergelijke aan pak. Er kunnen moerassige zones worden gecreëerd met wilgenstruiken of hier en daar een drinkput. Boomkikkers zitten al klaar om ze in gebruik te nemen. Een impuls is ook boerenerven meer in het groen zetten, overhoekjes van een akker met kleinschalige natuurontwikkeling aan trekkelijker maken en historische voetpa den (bekend als kerkenpaadjes of dokters paadjes) te herstellen. Het idee is niet nieuw: de ZMF presenteerde samen met het Zeeuwse Landschap vergelijkbare ideeën in de Landschapsvisie Zeeland (H+N+S, maart '01). Veel staat of valt met de mede werking van de boeren en het enthousiasme in de streek. Tot nu toe zijn de reacties positief. Nog meer zal afhangen van de nieuwe minister van LNY Hij moet het door GS aangedragen inrichtings plan goedkeuren en van geld voorzien Peter Maas werkt bij de Stichting Landschapsbeheer Zeeland en is gastredacteur van Wantij. 5 WANTIJ september '02

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2002 | | pagina 5