Heersers van duisternis en stilte Landschap Foto: SLZ Een overwinterende dwergvleer- emuis tussen twee zolderbalken trilt even met zijn kop; een witte uil in de toren kijkt verbaasd op, maar dut even later weer verder. Het is nog licht. Straks, als de duisternis valt en het voor jaar wordt, vliegen zij uit. Zij zijn heer en meester over hun domein: duisternis en stilte. Met onhoorbaar hoog piepgeluid en weerkaatsende echo's vindt de vleermuis zijn weg door de duisternis naar een sma kelijke nachtvlinder; de kerkuil luistert vooral naar het geritsel in de slootkant en slaat dodelijk doeltreffend zijn prooi. Leeuwen en beren De koster komt ze 's nachts wel eens tegen op de fiets. Dan ziet hij hoe de mensen hun domein hebben uitgebreid: dankzij de spaarlampen en televisie zij er overal licht in de huizen die ons onveilige gevoel voor leeuwen en beren dooft. Samen met de vurige torens van welvaart aan de horizon, de overdonderende vlieg tuigen, en het grootlicht geronk van auto's op de kleine polderwegen laten wij het elkaar weten: we zijn er allemaal nog, knus bij elkaar. Een enkeling die nog zeurt over stiltecompensatie en buiten dijkse duisternis; de roepende in de woe stijn mag eindelijk zwijgen. Niets De koster doet ook wel eens mee aan een nachtelijke natuurexcursie. Ook dan blijkt dat wij mensen niet bestand zijn tegen het niets. De wandelingen worden altijd druk pratend en tegen elkaar aan botsend afge legd. Bij volle maan spelden we elkaar allerlei spannende fabels op de mouw; bij nieuwe maan zijn er sowieso geen aan meldingen. Na afloop gaat de koster nog even naar de kerk om de voorbereidin gen voor zondagmorgen te tref fen. De versnummers op het let- terbord plaatsen, het glas water op de kansel. Niet vergeten de braakballen op de stoep weg te vegen en de vleermuiskeutels van het opengeslagen Woord te bla zen. Hier kan het vaak nog don ker zijn; hier is het nog stil Nanning-Jan Honingh is medewerker soortenbeheer bij Stichting Landschapsbeheer Zeeland (SLZ) Het is een stille en donkere zondagmorgen in de kerk van een dorpje in de Zak van Zuid Beveland. Aan het begin van wat een flinke donderpreek dreigt te wordenverzoekt de predikant de koster om het licht uit te doen en de gemeente om het gekuch en geschuif te staken. We gaan het hebben over het 'in den beginne'..., 'het woeste en ledige'..., 'de bui tenste duisternis'... de TACHOEM!!!!! Nanning-Jan Honingh 18 WANTIJ december '03

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2003 | | pagina 18