mi Hongaarse raket op braakliggend terrein Sloehaven Gijs van Zonneveld en Peter Maas Natuur en zeehavengebieden hebben een relatie die momenteel nogal ter discussie staat. De oorzaak is dat deze gebieden te maken krijgen met Natura 2000 en de Flora- en Faunawet. In dit artikel laten we deze problematiek even voor wat die is. Op de achtergrond woedt een juridisch steekspel op hoog niveau. Maar hoe zit het met de natuurwaarden van de havengebieden zelj? WvlL Zeeland Seaports is de directe AmS beheerder van al de Zeeuwse havengebieden. Het gaat daarbij om een slordige 4.000 ha., ver deeld over het Sloegebied bij Vlissingen en de Kanaalzone tussen Terneuzen en Sas van Gent. Natuurlijk, deze gebieden zijn nooit ingericht ten behoeve van natuur. Maar er ligt veel terrein braak. Terreinen die wèl bezet zijn, zoals dat van Dow, Total of Thermfos, zijn van de bui tenwereld afgeschermd. Ook al liggen er zeeschepen in de haven of staan er con tainers op de kade, de natuur grijpt haar kansen. Al te veel weten we echter niet van die natuurwaarden. Er liggen weinig recente inventarisaties op de plank. We snuffelen in een aantal rapporten van het RIKZ en Floron. Orchis De Zeeuwse floristen hebben in 2001 enkele delen van het Sloegebied bezocht. Speciaal voor hen ging een aantal hekken van het bedrijventerrein open. Dergelijk grootschalige industriecomplexen kunnen voor flora bijzonder interessant zijn. Het is opgespoten zandgrond: van nature kalkrijk maar voedselarm. We weten al jaren dat de bijenorchis er groeit, in som mige jaren zelfs enige honderden. Ook rietorchis en brede wespenorchis werden gevonden. Andere opvallende planten op de braakliggende terreinen van het Sloegebied waren zilverhaver, stijve wind- halm, zanddoddengras, Hongaarse raket, driebloemige nachtschade, lathyruswikke en moeraslathyrus. Vogels Het Rijksinstituut voor kust en zee (RIKZ) voert regelmatig tellingen van vogels uit. Het gaat daarbij met name om de terreinen die onder de verantwoorde lijkheid vallen van Rijkswaterstaat zoals sluisplateaus, kanalen en buitenwateren. Alle Deltawateren inclusief de binnenwa teren zijn opgenomen in een telcyclus. Uit deze rapporten komt naar voren dat de havens zelf voor een aantal vogels van belang zijn. Het gaat dan bijvoorbeeld om zwarte zee-eend, wilde eend, fuut, rood- keelduiker en heel af en toe eens een zee koet of alk. Nog interessanter zijn de broedvogéls die gebruik maken van de braakliggende terreinen. Zeer karakteris tiek zijn de sterns en steltlopers. Soorten als kluut, bontbekplevier en strandplevier zijn typische pioniersoorten die afhanke lijk zijn van open zanderige vlakten. Vooral voor de plevieren blijken deze gebieden van groot belang. Hun aantallen laten al jarenlang een dalende trend zien, hoewel er de laatste jaren een stabilisatie op laag niveau is te zien. Visdieven Op het sluizencomplex van Terneuzen broedt een belangrijke kolonie visdieven. Enkele jaren terug was er sprake van een zeer slecht broedsucces. Vrijwel alle eieren of jongen gingen verloren. Weefselonderzoek wees in de richting van een locale chemische oorzaak. Maar dit kon nooit helemaal hard worden gemaakt. Intussen is de situatie sterk ver beterd. In 2004 werden 289 nesten van de visdief geteld met een goed broedsucces van 1 jong per paar. 5 WANTIJ April '07

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2007 | | pagina 5