-let ambacht van ganzenflappen sterft uit Kees Polderdijk Ganzenflappen is een typisch Nederlandse vangmethode waarbij wilde ganzen wor den gevangen met behidp van slagnetten en handtamme lokganzen. De vangtechniek is in de middeleeuwen ontwikkeld toen de ganzen waren bestemd voor consumptie. Tegenwoordig wordt de oude vangtechniek ingezet voor natuurwetenschappelijk on derzoek. --.■i De gevangen ganzen worden geringd met een pootring van het Vogeltrekstation en soms ook met een afleesbare hals- d. Aan iedere gans wordt biometrisch Iderzoek verricht naar maten en /vichten. Tevens worden swaps (uit- jijkjes) verzameld voor virologisch jderzoek. Afhankelijk van het land arin het onderzoek plaatsvindt, wordt een kleine hoeveelheid bloed afgeno- n: voor DNA en voor het vaststellen r bepaalde toxische stoffen in het ed zoals zware metalen. Soms worden c röntgenopnames van de ganzen maakt om vast te stellen of ze ooit aan geschoten zijn. Eventueel aanwezige gelkorrels in het lichaam zijn zichtbaar de foto's. Op deze manier kun je iets ?gen over de jachtdruk van een bepaal- soort. ekroutes i het verrichten van onderzoek kunnen gevangen ganzen worden losgelaten, bestaat een indrukwekkend netwerk v n vrijwillige waarnemers (vogelaars) d - met behulp van hun telescoopkijkers individuele codes van gemerkte gan- z a aflezen. Ze voeren de locatie waar de Kees Polderdijk met zijn lokganzen op de Pools-Duitse grens aan de Oder. Foto: Norbert Kentner gans zich bevond, in op de website www.geese.org. De vogelaars kunnen dan zien waar deze vogel geringd is en waar deze vogel eerder waargenomen is. Op deze wijze wordt veel kennis vergaard over de trekroutes die deze vogels afleg gen tussen de broed- en de overwinte- ringgebieden. Verder oostwaarts in Europa en in de broedgebieden worden nauwelijks zichtwaarnemingen van gemerkte ganzen geregistreerd. Daar vor men geschoten ganzen met merktekens, die worden teruggemeld aan het Vogeltrekstation, nog steeds de grootste bron van informatie. De Nederlandse Vereniging van Ganzenvangers telt nog 10 vanginstallaties. Dat worden er steeds minder. Over 25 jaar zou het eeuwenoude ambacht wel eens uitgestorven kunnen zijn. Om de lokganzen in de zomerperio de te laten grazen en broeden, kost veel en is veel ruimte nodig. Het is bijna ondoenlijk om dit oude ambacht voort te laten bestaan, laat staan over te dragen aan opvolgers. De Nederlandse Vereniging van Ganzenvangers werkt nauw samen met het Wageningse instituut Alterra. Vak Ongeveer 15 jaar geleden kwam ik in contact met één van de laatste ganzen- flappers die Nederland nog telt, langs de rivier de Maas in Noord-Brabant. De man was 80 jaar en wilde het ganzenflappen vanwege zijn hoge leeftijd beëindigen. Van hem kon ik de vanginstallatie, de schuilhut en de handtamme lokganzen overnemen. Ganzenflappen is echter een vak dat je niet zomaar even leert. Vroeger werd de vakkennis generaties lang van vader op zoon overgedragen. Vooral het werken met de handtamme lokganzen vereist veel geduld en is een ingewikkeld samenspel tussen de ganzenvanger en zijn ganzen. Schuilhut Tijdens de vangst wordt er gebruik gemaakt van het familieverband van de handtamme lokganzen. Drie tot vier mannetjes (genten) worden bij de slag netten geplaatst. De vrouwtjes en de jonge ganzen zitten bij de ganzenvanger in de schuilhut. Deze schuilhut wordt aan het begin van het seizoen meestal in 7 WANTIJ Juli '09

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2009 | | pagina 7