w
Onnozel pad aan de voet van
de kerncentrale
wai an unjjsei overmeej
Jan Moekotte
In een Wantij over kernenergie ontkom je niet aan Borssele, aan de
Kaloot, aan Hans Warren. Hij hield van 1936 tot 1942 een natuur-
dagboek bij dat pas in 1996, bij zijn vijfenzeventigste verjaardag,
werd uitgegeven onder de titel "Ik ging naar de Noordnol".
Warren was enig kind van een
waterbouwkundige, de 'diek-
baes'. Hij groeide op in de ambts
woning (in 1963 afgebroken) op de uiter
ste punt van de zeedijk. Dat huis bood,
blijkt uit foto's, een panoramische blik op
de Westerschelde en was, volgens Warren,
een baken voor trekvogels die in voor- en
najaar de Westerschelde overstaken.
Warren schrijft in 1996 dat het paradijs
van zijn jeugd niet meer bestaat: "De
mens greep in en verwoestte alles, tot in
de verre omgeving. Een van de rijkste
stukken van ons land werd een armzalige
woestenij, bedekt met vlammende en gif
tige fabriekscomplexen, van Borssele tot
Vlissingen. De Noordnol, ooit een vogel
paradijs, was echter verworden tot 'een
onnozel pad aan de voet van de beruchte
kerncentrale."
Paradijs
Is er dan nu werkelijk niets over van zijn
paradijs Ach, de zilvermeeuwen zijn er
nog en eten in de zomer van 2009 de kaas
van je brood, terwijl ze op de Kaloot vol
gens Warren in 1938 nog "heel schuw
zijn". En ook nu vind je afval op het
strand. Warren schrijft in mei 1940
(Nederland is net door Duitsland onder
de voet gelopen) dat de Kaloot bedolven
ligt onder aanspoelsel: "Tientallen pakken
turfmolm met paaltjes en ijzerdraad er
nog omheen, mijnen, vaten wijn en ben
zine, roeiriemen, zwemvesten en gordels,
kisten, planken, palen, dode honden en
katten, klompen, glazen deuren, boeien,
rekken, kajuitramen."
In de zomer van 2009 is Zeeland weer
onder de voet gelopen door Duitsers,
maar nu ligt de Kaloot bezaaid met plas
tic flessen, kunststof kabels, flarden vis
net, nylon draad, een enkele gummi
handschoen. Ook liggen, als dank voor
het aangenaam verpozen, hier en daar
snoepwikkels, lege blikjes en pizzadozen.
Warren is op 3 september 1940 verrukt
over het zien van een kleine zilverreiger.
Toen nog zeer zeldzaam in Nederland, nu
vrij algemeen, ook op de Kaloot.
Vermakelijk
Zijn natuurdagboek is bij vlagen verma
kelijk. Altijd al willen weten hoe Hans
Warrren een haas ving? Wel, op 24 okto
ber 1940 noteert hij: "Ik stortte me op
hem en had beet bij zijn lopers en kop.
Het was een groot beest. Een uur later lag
hij, schoongemaakt, in een teil, welkome
aanvulling op ons vleesrantsoen."
Benieuwd naar de smaak van de eieren
van een kokmeeuw Hans Warren kreeg
ze van schaapherder Rijkse van de Kaloot
en noteert op 27 mei 1941: "Ze zijn goed,
lijken in smaak op kippeneieren. De dooi
er is tomaatrood."
Palsenbarg
Warren schrijft in zijn natuurdagboek met
groot ontzag over Palsenbarg.
18 feburari1940: "Palsenbarg weet vogels
als het ware te betoveren, te hypnotiseren,
van de kleinste tot de grootste. Het is een
gave, niet te leren."
23 juli 1940: "Ik zag weer een staaltje van
Palsenbargs magische invloed op dieren:
ze (jonge torenvalken, noot redactie) wer
den snel rustig en zaten als leergierig lui
sterend op onze hand."
22 februari 1941: "Nee, in de natuur moet
je alleen zijn, of met een echte leermeester
als Palsenbarg. Met hem beleef je nog
meer dan alleen."
Bestaan ze nog, mannen met een magi
sche invloed op dieren? Mannen als
Palsenbarg?
Literaire wandeling
"Hart van mijn land ik ben terug" is een
literaire wandeling door het Zeeland van
Hans Warren, geschreven door Ronny
Boogaart en Eric de Rooij. Zij vertellen aan
stekelijk over het leven en werk van
Warren. "Nergens", schreef recensent Ed
Schilders, "is het decor zo 'verlelijkt' of aan
de einder gloort toch nog een appetijtelijk
gedicht. Geen cultuursteppe zo bar of er
bloeien passages uit Warrens dagboeken."
Uitgeverij Bas Lubberhuizen. ISBN
9789059371514, van 14,90 voor 6,-
exclusief verzendkosten
Jan Moekotte is lid van de Wantijredactie.
18 WANTIJ Oktober '09