Sportvissers houden ook van de natuur Onder de leden Elke dinsdag vaart Ben Biondina met acht sportvissers de Noordzee op en keert terug met een maal platvis, wijting en (heel soms) een zeebaars of kabeljauw. Vroeger keek hij maar raar aan tegen 'die groene rakkers', die hoorden niet tot zijn biotoop. Biondina is secretaris van de Sportvisserij Zuidwest-Nederland die met 140.000 contribuanten de grootste bij de ZMf aangesloten organisatie is. Een vreemde eend in de bijt? Beroepsvissers en NPO Grote speler Willem de Weert 'Ik ben veranderd, de sportvissers zijn ver anderd en de ZMf is vast ook veranderd', zegt Biondina op deze vraag. 'We groeien naar elkaar toe. Een voorbeeld: terwijl de milieufederatie minder naar de rechter stapt, is de bond van sportvissers juist activistischer geworden. Pas nog hebben we samen met anderen via de rechter de bouw van een stuw bij Borgharen tegengehouden omdat die de vistrek belemmert en de tur bines de vis vermalen. We werken samen met bijvoorbeeld de Vogelbescherming. Want een leeggeviste zee of een vervuild meer zonder vis bevat geen voedsel voor watervogels, maar betekent ook het einde van onze hobby. Wij hebben ontdekt dat we zelf ook deel uitmaken van de natuur.' Als kanttekening plaatst hij dat het water ook niet 'onnatuurlijk' schoon en helder hoeft te zijn en 'van zwemwaterkwaliteit' zoals het waterschap wel eens nastreeft. 'Het ene water is het andere niet. Er bestaan ook van nature modderige plassen waarin bijvoor beeld karpers gedijen. Heel schoon water bevat geen eten voor de vissen. Dat zie je aan de Oosterschelde waar steeds minder vis gevangen wordt.' Binnen de ZMf bestaat weinig draagvlak voor de jacht. Sportvissers jagen toch ook? Biondina vindt het niet juist dat sportvisserij en jacht over één kam wor den geschoren. 'Sportvissers, zeker in zoet water, zetten bijna alle vis terug.' Terwijl de sportvissers en de natuurliefheb bers oog voor elkaar krijgen, staat de relatie tussen sportvissers en beroepsvissers onder druk. 'Sommige van hen zien ons als concurrenten, maar dat slaat nergens op. We vissen in hetzelfde water, maar wat wij vangen, weegt niet op tegen de vangsten in de beroepsvisserij.' Hij heeft weinig op met de boomkorvisserij die met sleepnetten de bodem omploegt en al het leven daar om zeep helpt. 'Dat gebeurt nota bene in het Nationaal Park Oosterschelde (NPO). Daar varen nog tien eurokotters. Er moeten ste vige maatregelen komen tegen de overbe- vissing (en de zandhonger.)' Aan de andere kant ziet hij een jonge generatie beroeps vissers 'die oog heeft voor duurzaamheid en beseft dat de overbevissing hen op den duur ook werkloos maakt'. De organisatie van sportvissers is met een half miljoen leden in Nederland een grote speler in de sport(enkel de voetbal- en ten- nisbond zijn groter) die aan milieubewust zijn wint. Zo is men bijvoorbeeld op zoek naar vervanging van het loodje omdat ach tergebleven lood de bodem vervuilt (zie vol gende bladzijden). 'Sportvissers diervriendelijk noemen is voor sommigen misschien een stap te ver, maar we zijn zeker niet anti-natuur', besluit de secretaris van de Sportvisserij Zuidwest- Nederland. Willem de Weert is eindredacteur >^5' van Wantij. 141 wantij april 2013

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2013 | | pagina 14