Zeeland in transitie naar een nieuwe economie Ira von Harras, directeur ZMf: Hoe lang mag je een directeur nieuw noemen? Net als de Amerikaanse president en een nieuw kabinet: honderd dagen? Nieuwe ZMf-directeur Ira von Harras (Goes, 1974) maakt de balans op. Conclusie: ze heeft het reuze naar haar zin in haar nieuwe erkomgeving. Authentiek leiderschap Helicopterview Het Goese Sas. Foto: Loes de Jong. Willem de Weert 'Het is bijzonder intens. Ik doe veel nieuwe kennis en contacten op, zowel in de natuur- en milieubeweging, als in de politiek en het bedrijfsleven. Ik ervaar dat je als directeur van de ZMf van alles tegelijk bent: eindverantwoordelijke, beleidsbepaler, aanjager, communicator, actievoerder, diplomaat en ga zo maar door.' Ira von Harras wil in al die rollen vooral zichzelf blijven. 'Ik geloof in authentiek leiderschap. Ieder mens heeft zijn sterke en zwakke kanten. Daar ben ik zelf heel open in. Ik ga me niet anders voordoen nu ik directeur ben. Men moet accepte ren wie ik ben, met mijn positieve en negatieve eigenschappen. Ik doe dit werk niet om te scoren. Ik ben leergierig. Er zit voor mij ook wat aan: ik wil groeien. Natuurlijk word ik getest. Gelukkig ben ik niet zo snel geïntimideerd. Ik vind het ook wel leuk om een beetje recalcitrant te zijn. Dat past wel bij de ZMf, denk ik. Maar laten we het niet langer over mij hebben, maar over de ZMf.' Ze vervolgt: 'De ZMf heeft in roerig vaarwater gezeten, met wisselingen van de wacht. De situatie is nu weer stabiel. Er zijn nieuwe mensen aangetrokken, waarvan ik er zelf een ben. De medewerkers die het schip drijvende hielden, kunnen zich ook weer op hun eigenlijke werk focussen. De rust is teruggekeerd. Ik wil het beste uit het individu halen in het belang van het collectief. Daarvoor hebben we met zijn allen een strategie vastgesteld hoe de ZMf verder gaat.' 'De ZMf legt de lat hoog: een groen, schoon en duurzaam Zeeland. Zeeland is in transitie. We zijn op weg naar een nieuwe economie. De ZMf stimuleert dat 4 wantij oktober 2017

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2017 | | pagina 4