1. De havens Sprong voorwaarts 2. De opgave van de deltawateren Waterdunen Zeeuws-Vlaanderen. Foto: Loes de Jong aanpak wellicht gewenst is, en of kunnen we ons voorstellen hoe we daaraan zouden kunnen werken. Interessant is de ontwikkeling sinds de tweede Thijs Kramerlezing door Hans Smits in 2010, toenmalig CEO van de Haven van Rotterdam. Hij keek toen aan tegen een niet-vlottende samenwerking tussen Rotterdam en Zeeland Seaports. In de havenplannen van zowel Rotterdam als Antwerpen stonden en staan overigens behartenswaardige woorden over samenwerking tussen die twee grote havens, voorbij de onvermijdelijke concurrentie. De Zeeuwse havens hadden in de ogen van Smits geen grote rol. In mijn ogen gaat het vanuit een afstand gezien in de delta om één havensysteem, intensief verbonden door scheepvaart routes, wegen en vooral ook kabels en pijpen voor transport van goederen, gassen en vloeistoffen. Het is veel meer één systeem dan we denken: havens en industrieën zijn onder- en bovengronds intensief verbonden. De economieën achter de kades zijn wel verschillend. Rotterdam is de kade voor Duitsland waar de toegevoegde waarde wordt verdiend en er is vooral overslag met weinig toegevoegde waarde. Antwerpen heeft veel meer toegevoegde waarde en is ook als stad veel intenser met de haven verbonden dan Rotterdam. De sprong naar voren hier in de delta is nu North Sea Port. Een echte sprong voor waarts, en op termijn ook nog rechtstreeks verbonden met Parijs. Los van de grootte is het een enorme opdracht om met de daarin verbonden industrieën klimaat neutraal te worden. Dus nu doorpakken daar, doorspringen op weg naar een duurzaam havensysteem inclusief de daarin besloten grote industrieën: Yara, Dow, Zeeland Refinery, en vele anderen. En wat een kans, wat een kennis is daar, en hoe kunnen de privaat-verantwoordelijken worden gekoppeld aan de publiek- verant woordelijken, en de regio optillen naar zelfvoorziening. Dus niet langer de samenleving tegenover de private sector graag, immers elke winbare eigen energie van Zeeland is direct te verkopen aan de grote energievraag in de havens, en de restwarmte van de industrie kan terug naar de glastuinbouw en de steden in Zeeland en Vlaanderen. Wat een uitda ging, voorbij de traditionele tegenstellin gen. Stad, haven en land intensiever met elkaar verbonden. De zeespiegelstijging plaatst Nederland en Vlaanderen voor een grote opgave in de komend eeuw. Maar dat is niet het enige. Onze rivieren worden op dit moment ingericht om veel meer water tegelijk af te voeren. Tegelijkertijd zijn de rivieren ook een samenhangend ecologisch systeem. En daar wordt tegelijk met het vraagstuk van waterveiligheid aandacht aan gegeven. Zie bijvoorbeeld de nieuwe werkelijkheid Nijmegen - Lent waar de rivier verruimd is. Lees verder op pagina 16. wantij mei 2018 (13 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Wantij | 2018 | | pagina 13