he|lid[PleR9e zietdestrandenbijTerneuzen.Onderaan
dedijkachter hem bsaUZuid-Beviêfend.
Geen pannenkoek
Nieuwe armoede
Gabi Sinke
TnZeeland
heeft het uitzicht
Rinus is er geboren en getogen. Verknocht
is hij, aan het Zeeuwse landschap.
'In Zeeland heeft het uitzicht geen einde'
duidt hij met een weids armgebaar. 'Je
voeltje er vrij.' Al bijna zijn leven lang kijkt
hij door keukenramen uit over het land van
dijken met populieren, diepliggende
polders met wisselende zomervacht van
tarwe, aardappelen, bieten. Ja, vooral
bieten ziet Rinus graag, 's Winters blikkeren
hun spekkige geploegde voren in de
waterige zon. En achter de zeedijk altijd de
zee, die geen dag dezelfde kleur heeft.
Rinus ontwikkelde zijn schrijverschap pas
op latere leeftijd. Nu kan hij niet meer
zonder. Schrijven geeft zin aan zijn leven.
In Spruits boeken vormt Zeeland het decor.
De verhalen nemen je mee naareen
vroeger bestaan op het platteland. Het
leven rond het einde van de achtende
eeuw en begin negentiende eeuw was
eenvoudig en hard.
'Vader was gaan zitten achter een bord
waar eenflinke pannenkoek op lag. Hij
schoof z'n pet voor z'n ogen en begon een
sttl gebed. 'Ik dacht, ikzal maar lang
bidden,'zei vader, 'ze waren zo verrekte
gereformeerd.' Toen hij de pet van voorz'n
ogen wegschoof en z'n ogen opendeed was
de pannenkoek verdwenen. Hij was op de
plaats van de meid gaan zitten. Rietdekkers
kregen geen pannenkoek.'
Uit De Rietdekker, Rinus Spruit.
Uitgeverij Cossee, 2009.
Oud en arm eindigen, dat was toen een
realistisch schrikbeeld. Om niet arm oud te
worden werkte men zich letterlijk krom, op
het land of, zoals Rinus' vader en grootvader,
op het dak als rietdekker. In 2013 won Rinus
Spruit met zijn boek De Rietdekker de Prijs van
de Zeeuwse Boekhandel. Zijn roman Een dag
om aan de balk te spijkeren werd lovend
ontvangen. In deze boeken beschrijft Rinus
het leven van zijn vader en hoe dat samen
vloeit, soms met horten en stoten, met het
zijne. 'Mijn vaders leven lag vast, werken,
rietdekken, er was geen keuze. Voor mij was
dat anders. Ikdeed maar een beetje, van alles
wat. Mijn vader begreep dat niet, dat
'dobberen'. Hij vond dat ik met geld smeet
als ik een nieuwe broek had gekocht.'
De armoede die Rinus' vader heeft gekend is er
nu gelukkig bijna niet meer in Nederland. Maar
er is een nieuwe vorm van armoede vindt
Rinus. Met dat we nu zoveel binnen werken en
leven is de band met onze omgeving, de
natuur, minder sterk denkt hij. Het gevaar is dat
we daarmee ook een deel van ons verantwoor
delijkheidsgevoel verliezen. Merken we
eigenlijk wel dat die natuur ook armer wordt?
'Bepaalde soorten vlinders, meikevers, vogels
8 1 wantij oktober 2020