Vangsten in 1995
Zeeuwse Eilanden
Schouwen-Duiveland 16
TholenISint Philipsland 320
Noord-Beveland 3
Walcheren 65
Zuid-Beveland west 1794
Zuid-Beveland oost 5033
Het Vrije van Sluis
Zeeuws-Vlaanderen west 8988
De Drie Ambachten
Zeeuws-Vlaanderen midden 2623
Hulster Ambacht
Zeeuws-Vlaanderen oost 259
De situatie in Zeeland is de laatste
jaren voor een groot deel onder
controle. Uitzonderingen zijn Zuid-
Beveland en het westen en midden
van Zeeuws-Vlaanderen.
werk organiseert vanuit het waterschaps
kantoor in Goes, twee rayonambtenaren en
tien bestrijders. Twee keer per jaar komen
ze bijelkaar, de rest van de tijd is er regel
matig contact met de rayonambtenaar. Een
bestrijder werkt alleen en heeft zijn eigen
vanggebied. Door het boek bladerend wijst
Loek op afbeeldingen van sporen van de
aanwezigheid van muskusratten, waarvan ik
er al een paar heb gezien. Zelf heeft hij ook
foto's gemaakt, die zal hij langsbrengen.
waterwerker
Woelratjes
Tijd om verder te gaan, ditmaal naar een
ander deel van de Meliskerkse watergang,
meer richting Biggekerke. In de uitgezette
klemmen vinden we niets. Loek maakt ze
schoon en zet ze opnieuw. Het valt me op
dat hij steeds met zijn voet de bodem aftast.
Ik hoor, dat dit een onderdeel van het
speuren is: de bodem en de slootkanten
onder water aftasten. Je kunt met je voet
voelen waar de ingangen zitten en waar er
6
Gegevens
Muskusrat (Ondatra zibethicus L.)
Oorsprong Alaska
Lengte en gewicht 35-38 centimeter (zonder
staart), 1,5 kg
Uiterlijk dikke bontvacht, op de rug donker
bruin en op de buik lichtbruin; kleine voor
poten, grote achterpoten met zwemborstels
tussen de tenen; 25 cm lange staart, zwart
van kleur en bijna onbehaard
Voortplanting gemiddeld zes jongen per
worp, drie keer per jaar
Natuurlijke vijanden in Zeeland op de bun
zing na niet van betekenis
Leefomgeving sloten met zoet water, weinig
stroming en een constant waterpeil, maar
ook met brak of vervuild water
Voedsel waterplanten, gras, riet en cultuur
gewassen van het land
maart 1996
zanddrempels liggen. Laatste halte voor
deze morgen is de Biggekerkse watergang.
De vangmiddelen leveren twee woelratjes op.
Aan bijvangst is helaas niet te ontkomen.
Ik sta op de kant toe te kijken en zie hoe
zich langzaam ijsrondjes rond de rietstengels
vormen. Wel mooi, net als de vlucht ganzen
boven ons. Loek heeft ze ook gezien. Terug
lopend naar de auto vraag ik of er ook zoiets
als vorstverlet voor muskusrattenbestrijders
bestaat. Nee, het werk gaat onder alle weers
omstandigheden door. Hoogstens werken ze
bij erg slecht weer wat meer binnen, dan
onderhouden ze de vangmiddelen en doen
de administratie.
In de trein op weg naar Goes kijk ik uit het
raam en zie het polderland. Als ik voortaan
een eenzame figuur bij de sloten bezig zie,
zal ik in eerste instantie denken: 'Vast een
collega'. Een paar dagen later brengt Loek
zijn fotoboek. Ik zie de opnamen die hij
tijdens zijn werk heeft gemaakt: de levende
muskusratten, best leuke diertjes, de sporen
van hun aanwezigheid en de verwoestingen
die zij aanrichten aan sloten, binnendijken
en cultuurgewassen. Ook zitten er natuur
opnamen bij, zoals een foto van een nest
jonge roofvogels. Maar dat Loek een natuur
liefhebber is, had ik al aan andere dingen
gemerkt.