Dansen op de diesel van Prommelsluis de herverkaveling op het eiland zijn intrede en daarmee konden diverse nieuwe gemalen gemaakt worden. Eén van die nieuwe gema len was Prommelsluis. Wier in de waslijn Op 4 april 1958 werd het gloednieuwe diesel gemaal Prommelsluis in werking gesteld; het werd genoemd naar de vroeger daar gelegen suatiesluis. In de volksmond werd het nieuwe gemaal wel liefkozend 'de Prommel' genoemd. Niet de laagste inschrijver had het gemaal mogen bouwen. Voor die aannemer, De Rouw, werd gewaarschuwd: hij was 'zeer lastig', 'niet voor rede vatbaar', 'een onmoge lijk mens', 'onhebbelijk en onbeschoft in zijn Eeuwenlang was de wateroverlast in de polder Schouwen een groot probleem. Het centrale gedeelte van het eiland was laag en nat. Inwoners noemden het gebied een zoute spons. Stond er weinig water in de sloten, dan kwam het kwelwater onder de dijken even hard weer op. Al in de zeventiende eeuw werden in de moerlanden op Schouwen windmolens gebouwd om de natuurlijke ont watering een handje te helpen. In 1845 kwam daar nog eens de grote windwatermolen van Fiaauwers bij die op een boezem uitmaalde. Het allernatste gebied, het Prunjebevang, kreeg een aparte bemaling. Drie suatiesluizen spuiden vervolgens het water van die wind watermolens op de Oosterschelde: de Prommelsluis, de Jonge Sluis en de Weversluis. Toch bleven de problemen terugkomen. Hoe harder men maalde, hoe meer de grond door Hannie Kool inklonk en hoe lager de moerlanden kwamen te liggen. Het was dweilen met de kraan open. Daarom kwam ook juist hier - waar de nood het hoogst was - het eerste stoomge maal van heel Zeeland. Dit stoomgemaal Schouwen werd in 1877 gesticht bij Fiaauwers en kreeg vijf stoomketels voor twee scheprad machines. Diverse moderniseringen volgden, een centrifugaalpomp verving de scheprad machines - vol trots zei men dat het de groot ste centrifugaalpomp ter wereld was - en de electrificatie van Schouwen maakte definitief een einde aan de stoombemaling op het eiland. Na de inundatie van 1944 en de water snoodramp van 1953 was het duidelijk dat forse verbeteringen in de afwatering nodig waren. Al in 1946 was een ingrijpend afwate ringsplan ter hand genomen, dat echter door de ramp van 1953 werd doorkruist. Nu deed waterwerker 14 december 1996

Tijdschriftenbank Zeeland

Scheldestromen/de Waterwerker | 1996 | | pagina 12