Nog een jonge blom onder de inlagen is die van Ellewoutsdijk. Met zijn hon
derdtien jaar heeft deze inlaag maar een kort leven achter de rug; pas in
1887 werd de huidige reservedijk achter de bedreigde zeedijk aangelegd.
Niet dat het vroeger niet spannend is geweest. Het waterschap Ellewoutsdijk
was calamiteus van 1808 tot 1905 en kende een lange geschiedenis van
vechten voor het behoud van de dijk. Veel vallen en afschuivingen, stormen
en stromingen knaagden aan het land.
De inlagen langs (II)
In de loop van de tijd is ten zuidoosten van
Ellewoutsdijk veel grond ingepolderd en ook
weer verloren gegaan. Het hele gebied van
Stuivezand verdween in de golven. De
Nieuwe- en de Zoutepolder verdronken in
1497, de Kwistgeld-, Pappot- en Lutiano- of
Rauwvleispolder verdwenen in de zeventien
de eeuw. De ambachtsheer jhr. Frederik de
Lutiano kon hierdoor zijn faillissement aan
vragen. Al zijn geld was in de inpolderingen
was alles al verdwenen. Bij de dijkval van
1732 verdween bijna de helft van de zeedijk
in de golven. Zelfs de ruïnes van de kerk van
Coudorpe werden in die jaren herhaaldelijk
naar de bedreigde vooroever gesleept en als
zinksteen gebruikt. In 1747 schreef Isaac
Tirion: 'de veelvuldige en zwaare grondbraak-
en en vallen hebben de watering van
Ellewoutsdijk menigmaal tot dat uiterste
gevaar gebracht' en hij zegt dat als de Staten
het hielp niet genoeg. In 1808 overstroomden
de polders Ellewoutsdijk en Everinge: vee ver
dronk, huizen stortten in en de schade was
groot. In 1825 herhaalde de ramp zich.
Tenslotte werd in 1887 door de aanleg van
een inlaagdijk geprobeerd de polder te
beschermen. De klei voor de bekleding van
de dijk werd zoals gewoonlijk uit het tussen-
gelegen gebied gehaald, waardoor dit in een
moerassig, waterrijk stukje land veranderde.
De boeren stuurden vroeger hun jongvee de
inlaag in, want het drassige gebied was
eigenlijk nergens anders bruikbaar voor.
De bevolking van Ellewoutsdijk had een lief-
de-haat-relatie met de zee: men verdiende
zijn brood aan de dreiging van de zee en
men verloor er have en goed aan. Net als
Westkapelle was het een dijkwerkersdorp.
EI Ie wo u tsed ij k
de inlaag 1887
door Hannie Kool
gaan zitten en de verse grond was vervolgens
bij een stormvloed in zee verdwenen.
De inwoners van Ellewoutsdijk hebben door
de eeuwen heen het twijfelachtige genoegen
gesmaakt, vertrouwd te zijn met dijkvallen,
noodherstel en inlaagdijken. In de zeventien
de eeuw lag er voor het dorp nog een strook
schorren van zeker 250 meter, een eeuw later
van Zeeland niet vaak met grote geldbedra
gen te hulp zouden zijn geschoten, er allang
niets meer over was geweest van
Ellewoutsdijk.
Dijkwerk
Men gaf de moed niet op: grote herstellingen
en versterkingen werden uitgevoerd, maar
waterwerker
Storm betekende schade aan de dijken en
schade betekende werk. In de vorige eeuw
was meer dan de helft van de beroepsbevol
king werkzaam aan de dijk. Maar de dijkwer
kers waren arm. Was er geen werk, dan
moest de gemeente hen onderhouden.
Daarom verzocht de gemeente aan Provincia
le Staten het dijkwerk in de winter aan te
besteden opdat de bevolking werk en dus
inkomen had. Ook de ambachtsheren van
Ellewoutsdijk voelden het als hun sociale
plicht iets voor het dorp en zijn armlastige
inwoners te doen.
Kaart uit de atlas van Hogerwaard, 'De oever
verdediging van Zeeland'. De atlas verscheen
kort voordat de inlaag gemaakt werd en op
de kaart zie je dan ook staan: 'In 1887 te
maken inlaagkade'.
oktober 1997