Van b
Beroep onder de loep (III): de
Voor dag en dauw zijn ze al in de weer, de mannen van Tractie. Rond kwart
voor zes begint hun dienst in deze drukke dagen. Druk, omdat nu de akkers
leeg zijn, maar nog niet omgeploegd. Ideaal om er op te rijden met de trac
tor en de slootkanten langs de akkers te maaien. Op stap met André Verrijzer
en Jaap Korstanje, chauffeurs van de afdeling Tractie, sector Wegen.
De zestien mannen van de afdeling Tractie
die op Zuid-Beveland werken, zien elkaar
niet zo vaak. Vier koppels werken in het
gebied van de Zoomweg tot aan de Sloedam.
Ze werken twee aan twee. In tijden van
ploegendiensten - zoals nu - ziet het ene
koppel de aflossing natuurlijk wel, maar de
andere twaalf man blijven buiten beeld,
leder koppel heeft zijn eigen deelgebied. Dat
gebied kennen de mannen op hun duimpje.
André Verrijzer (31) en Jaap Korstanje (31)
werken in de Zak van Zuid-Beveland, een
gebied met veel kleine polders en inlandse
(bloemen-)dijken. 'We kennen ieder perceel.
We zijn vertrouwd met dit land', zegt André.
Hij vindt het een prachtig gebied om in te
werken, ondanks de vele binnendijken en
keringen die het maaien wel eens lastig
maken. 'We rijden nu van bibo naar babo:
dertig meter slootkant hier, een paar hon
derd meter daar. De stukken die we achter
elkaar doen, zijn nooit langer dan vijfhon
derd meter. Vaak doen we er langer over om
bij een perceel te komen, dan dat het eigen
lijke maaien duurt.'
'Vanwege de aardappelen kun je sommige
akkers niet op; die doe je dan later vanaf de
weg. Boomgaarden kunnen wel en land waar
zwarte bessen staan is helemaal ideaal, want
daar heeft de boer een brede rijstrook vrijge
houden om zelf te rijden. We proberen het
materiaal zo gunstig mogelijk te benutten.
Het lege land waar nog stoppels staan, is uit
stekend voor ons. Stoppelvelden die al
bewerkt zijn met groenbemester en gras
zaad kunnen we niet op; dan rijd je het
kapot. Dat is best moeilijk te zien. Sommige
boeren bellen op wanneer hun land bereden
kan worden, ook uit eigenbelang.'
Mooie machines
Alle chauffeurs hebben in principe hun eigen
tractor. Die van André is keurig netjes van
binnen en voorzien van een grijskleurig tapij
tje. Als hij rijdt, heeft hij zijn schoenen uit. De
radio staat aan op een beschaafd volume.
Foto's van zijn kinderen sieren het interieur.
Wanneer de klepelmachine aan het werk is,
blijft het verbazend stil in de cabine. Je kunt
op normale sterkte heel best met elkaar pra
ten. 'Het zijn mooie machines'.
De klepelmachine die aan de tractor gemon
teerd is, is net een paar weken oud en voor
een groot deel computergestuurd. Aan het
einde van de maaiarm zit een rechthoekige
uitbouw waarin de zestien klepels - ieder
2400 gram - ronddraaien. De klepels kosten
100,-- per stuk, de moeren waarmee ze
bevestigd zitten 16,-. Een frees is ernaast
gemonteerd. De frees is speciaal gemaakt van
harddocksstaal, anders slijten ze te snel. 'We
hebben altijd reserve-onderdelen bij ons.
Maar in principe zijn deze machines heel
onderhoudsarm.'
Wanneer André de maai-arm op de slootkant
zet, kan hij regelen met welke druk de
machine op de slootkant komt. Hij zoekt naar
de balans tussen resultaat en zo min mogelijk
weerstand. Met zijn rechterhand bedient hij
behendig de knoppen, met zijn linker stuurt
hij. De maai-arm volgt bij de juiste druk op
een rustige manier het profiel van de sloot.
'Je moet ervoor zorgen dat jij met de machi
ne rijdt en de machine niet met jou. Ik kan
best sneller rijden, maar dan schiet mijn reac
tievermogen te kort wanneer er plotseling
een obstakel is.'
Nooit beu
Wanneer je zestien jaar oud bent en je wilt
gaan werken in de agrarische sector, dan kun
oktober 1998
9
waterwerker